Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments (Statenvertaling 1637) (2008)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.00 MB)

ebook (11.07 MB)

XML (23.68 MB)

tekstbestand






Editeur

Nicoline van der Sijs



Genre

non-fictie

Subgenre

vertaling
non-fictie/theologie
bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Biblia, dat is: De gantsche H. Schrifture, vervattende alle de canonijcke Boecken des Ouden en des Nieuwen Testaments (Statenvertaling 1637)

(2008)–Anoniem Statenbijbel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Het xxvij. Capittel.

Iotham regeert wel, vers 1, etc. laet veelderley gebouwen maken, 3. hy maeckt de Ammoniten hem cijnsbaer, 5. hy volhert in 't goede, 6. sterft, ende sijn sone Achaz wert Coninck, 9.

1

Ga naar margenoota IOtham was Ga naar margenoot1 vijf en twintich jaer out, doe hy Concinck wert, ende hy regeerde sestien jaer te Ierusalem: ende de naem sijner moeder was Ierusa, eene dochter van Zadok.

2

Ende hy Ga naar margenoot2 dede dat recht was inde oogen des HEEREN, nae alles dat sijn vader Uzzia gedaen hadde, behalven dat hy Ga naar margenoot3 inden Tempel des HEEREN niet en ginck: ende het volck Ga naar margenoot4 verdorf sich noch.

3

De selve Ga naar margenoot5 bouwde Ga naar margenoot6 de Hooge-poorte aen het Huys des HEEREN: hy bouwde oock veel aen den muer Ga naar margenoot7 van Ophel.

4

Daer toe bouwde hy steden op 't geberchte van Iuda: ende inde wouden bouwde hy Ga naar margenoot8 burchten, ende torens.

5

Hy krijchde oock tegen den Coninck der kinderen Ammons, ende hadde de overhant over hen, so dat de kinderen Ammons in dat selve jaer hem gaven hondert Ga naar margenoot9 talenten silvers, ende tien duysent Ga naar margenoot10 Cor tarwe, ende tien duysent gerste: dat brachten hem de kinderen Ammons wederom, oock in het tweede, ende in het derde jaer;

6

Also versterckte sich Iotham: want

[Folio 210r]
[fol. 210r]

hy Ga naar margenoot11 richtede sijne Ga naar margenoot12 wegen voor het aengesichte des HEEREN sijnes Godts.

7

Het overige nu der geschiedenissen Iothams, ende alle sijne Ga naar margenoot13 krijgen, ende sijne wegen; siet, sy zijn geschreven in het boeck der Coningen Israëls, ende Iuda.

8

Hy Ga naar margenoot14 was vijf en twintich jaer out doe hy Coninck wert; ende hy regeerde sestien jaer te Ierusalem.

9

Ende Iotham ontsliep met sijne vaderen, ende sy begroeven hem inde Ga naar margenoot15 stadt Davids: ende sijn sone Achaz wert Coninck in sijne plaetse.

margenoota
2.Reg. 15.33, etc.
margenoot1
Hebr. een soon van vijf-en-twintich jaer.
margenoot2
T.w. in 't voorstaen van den suyveren Godts-dienst. Vergel. bov. 26.4. ende siet de aenteeck.
margenoot3
T.w. (nae sommiger gevoelen) om sich aldaer neffens andere geloovige in den heyligen Godes-dienst te oeffenen: het welcke aldus kan verstaen worden, dat hy 't niet en liet uyt verachtinge, maer uyt eenige menschelicke swackheyt, om dat sijn vader daer melaetsch geworden was. sommige verstaen dat dit hier tot sijnen lof gesproken wort, dat hy niet in den Tempel des Heeren en ginck om te roocken gelijck sijn vader gedaen hadde. Siet bov. cap. 26.16.
margenoot4
T.w. door afgoderye, mits te offeren, ende te roocken op de hoochten, gelijck verklaert wort. 2.Reg. 15.35.
margenoot5
D. vernieuwde, vermaeckte, sterckte, beterde. Vergel. bov. 11.5. ende d'aenteeck.
margenoot6
Siet 2.Reg. 15. op vers 35.
margenoot7
Verstaet een deel van de mueren Ierusalems, soo genoemt, om dat het op eenen heuvel, ofte hoochte stont. Siet ond. cap. 33.14. ende Neh. 3.26. ende 11.21.
margenoot8
Vergel. bov. 17. op vers 12.
margenoot9
Siet 1.Reg. 16. op vers 24.
margenoot10
Siet van dese mate, Lev. 27. op vers 16. alwaerse een Homer genoemt wort: 1.Reg. 4. op vers 22. alwaerse een Cor geheeten wort, gelijck hier.
margenoot11
Siet bov. 19. op vers 3.
margenoot12
D. aenslagen, voornemen, woorden, daden, manieren van leven. siet Gen. 6. op vers 12. ende 1.Reg. 2. op vers 4. alsoo hier int volgende vers 7.
margenoot13
T.w. die de Coninck van Syrien, ende de Coninck Israels tegen hem gevoert hebben.
margenoot14
Hebr. een soon van 25 jaer.
margenoot15
Siet 1.Reg. 2. op vers 10.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken