Streven. Jaargang 11
(1957-1958)– [tijdschrift] Streven [1947-1978]–
[pagina 436]
| |
Politieke kroniek
| |
I. VreedzaamNiet alleen specifiek-nationale omstandigheden, maar ook louter toevallige factoren verklaren waarom de Poolse revolutie, in tegenstelling tot de Hongaarse tragedie, zonder bloedvergieten is verlopen, alhoewel, zoals uit het verloop der gebeurtenissen duidelijk blijkt, de Russische machthebbers ook t.a.v. Polen een militaire interventie hebben overwogenGa naar voetnoot1). De Polen hebben de faam dappere en onvermoeibare vechters voor de vrijheid te zijn - doch zonder effect, omdat hun Don Quichotterie meestal niet op ‘Realpolitik’ steunde. Ditmaal was het geluk echter aan hun zijde. Indien de Poolse opstand ná de Hongaarse had plaatsgehad, zou het Kreml, t.a.v. de snelle afbraak van het satellietenglacis, de Poolse heterodoxie waarschijnlijk niet hebben geduld. Anderzijds heeft de coïncidentie van de Suezoperatie de Russische inhibities tot het aanwenden van geweld te Budapest verminderd. Dat de Polen zelf niet naar de wapens hebben gegrepen, is ook niet helemaal logisch te verklaren; volgens betrouwbare ooggetuigen was in oktober 1956 te Warschau, Krakau en Stettin een uitbarsting imminent. De snelle en gelukkige wending der gebeurtenissen op het Plenum van de Poolse Communistische Partij van 21 okt., waarop, de woede van een Sovjet top-kwartet (Kroestsjef, Mikoyan, Molotov en Kaganovitch) ten spijt, Gomulka als partijsecretaris en no. 1 van het regiem werd geïnvesteerd, heeft bloedvergieten tijdig kunnen voorkomen. In Hongarije daarentegen werd de volksgeliefde Imre Nagy pas op 24 oktober als eerste minister op de commandobrug teruggeroepen. Naast zich moest hij als partijsecretaris de gehate Gerö gedogen, die daags tevoren, in een onverzoenlijke rede, de hoogopgelaaide revolutionaire koorts nog had aangewakkerd. Op de Communistische Partij had Nagy geen vaste greep. Zijn terugroeping geschiedde onder dubbelzinnige voorwaarden, nadat reeds bloedige onlusten hadden plaatsgegrepen en terreur en contra-terreur elkaar afwisselden. De verdere ontwikkeling, gestuwd door de hoopvolle roes van een fier-bevochten vrijheid, induceerde de fatale interventie. Toen de verruimde regering Nagy op 31 okt. Hongarije's deelname aan het Warschau-pakt opzegde, had de dappere opstand der Magya- | |
[pagina 437]
| |
ren, bij ontstentenis van een Westers ingrijpen, de grenzen overschreden welke Moscou en Peking (dat in de Poolse crisis als Gomulka's pleitbezorger was opgetreden) hadden gesteld. Gomulka's zege op het VIIIe Plenum over de Stalinistische Natolin-vleugel is echter slechts mogelijk geweest omdat de communistische dictatuur in Polen steeds een minder hard gelaat heeft vertoond dan in de andere satellietstatenGa naar voetnoot2). Een sinecuur was het regiem geenszins, doch er bestond een merkwaardig graadsverschil. T.a.v. de oekazen van het Kreml hebben de Poolse leiders, ook de no. 1, Bierut, steeds een zekere mate van omzichtigheid aan de dag gelegd. Het is symptomatisch dat, toen Gomulka, in het kader van de anti-Titoïstische campagne (na de veroordeling door de Kominform van de fiere Joegoslaaf op 20-6-1948), in de woestijn werd gestuurd, hij niet op een spectaculaire wijze voor de rechters en de galg werd gesleept, zoals wel gebeurde met Rajk in Hongarije en Kostov in Bulgarije. Toen, na de dood van Stalin op 4 maart 1953, te Moscou duidelijk tekenen van ontspanning waarneembaar waren en de ‘Malenkov-look’ op de politieke tekenplank werd uitgestippeld, bleef Warschau, bekend met de wispelturigheid van de Kreml-signalen, voorlopig de kat uit de boom kijkenGa naar voetnoot3). Einde 1953 echter zette een evolutie in, die de ‘dooi’ verder voerde dan in de andere satellieten. De agrarische collectivisatie werd vertraagd. Op het culturele vlak werd wat armslag gegeven. De geheime politie, die onder de leiding van de gehate Radkiewicz tot een staat in de staat was uitgegroeid, werd in december 1953 onder toezicht van de regering gesteld. De Canossa-vernedering van Boelganin en Kroestsjef t.a.v. Tito in de zomer 1955, waarbij de mogelijkheid van een eigen weg naar het socialisme werd erkend, verhevigde vanzelfsprekend het vrijheidsverlangen van de Poolse bevolking en tevens de heterodoxe tendens in de C.P. De beeldenstorm van het Stalinistisch Pantheon op het XXe Russische Partijcongres heeft die evolutie verhaast. Meer nog dan over het feit van het losbreken der arbeiders-revolte te Poznan op 27 juni 1956, was men in het Westen verwonderd over de onverwacht-milde manier waarop de opstandelingen werden berecht. Het relatiefzachte gelaat van de Poolse satelliet, zoëven belicht, verklaart die anomalie. De Oktoberrevolutie was reeds vóór het VIIIe Plenum ingezet. | |
II. Grondige ommekeerBij een terugblik op de Poolse revolutie, één jaar later, blijkt de Oktober-‘lente’ een grondige lotsverbetering te hebben bewerkt, alhoewel de situatie uiterst labiel en kwetsbaar blijft. De vrijheden, waarnaar het Poolse volk steeds heeft gesnakt, zijn thans in onverhoopte en belangrijke mate aanwezig. De vrijheid van meningsuiting is, binnen bepaalde grenzen, hersteld. De geheime politie is niet afgeschaft, maar de sfeer van verdachtmaking en terreur is verdwenen. Nadat het regiem met alle mogelijke middelen de invloed van de Kerk in het onderwijs en de familie heeft trachten te breken, is, bij Gomulka's machtsovername, een ‘modus vivendi’ gevonden, die tot hiertoe zonder erge verwikkelin- | |
[pagina 438]
| |
gen werd gehandhaafd. Het politieke doorzicht waarmede Kardinaal Wyszinski, met open oog voor de (reële maar beperkte) mogelijkheden van het Gomulka-experiment, het nieuwe regiem heeft gesteund bij de verkiezingen van 20 jan. 1957 heeft Gomulka gered, omdat de Kerk, die onverminderd uit de jaren van de verdrukking is getreden, de enige macht is welke een aaneensluiting van de massa rond de leiders kan bewerken. De hoge opkomst bij de verkiezingen en de massale zege van het eenheidsfront zijn immers geen bewijs voor de populariteit van het communisme, hoogstens een blijk van het persoonlijk gezag van Gomulka. Steun aan Gomulka was het enige middel om de verworvenheden van de Oktoberlente te vrijwaren en het systeem verder te humaniseren en te derussificerenGa naar voetnoot4). Het regiem wil een eigen weg naar het socialisme bewandelen. Over de noodzaak om een specifiek Poolse weg te kiezen, is iedereen in Polen het eens behalve wellicht de Stalinisten van de strikte observantie, die uit hun heersende positie werden gelichtGa naar voetnoot5). Het anti-Russische ressentiment is in Polen steeds zeer intens gebleven. De slogan van de onverbreekbare vriendschap met het glorierijke Vaderland van de Revolutie is niet in staat een eeuwenlange geschiedenis te doen vergeten. En recente herinneringen zijn nog te fris: Katyn en het lijdzaam toezien van de Russische troepen in de herfst 1944, toen de Duitsers Warschau stelselmatig verwoestten en de dappere opstandelingen van Generaal Bor-Komorowski uitmoordden. Tussen de holle lofzangen op het nieuwe regiem en de prozaïsche, grijze werkelijkheid van lage lonen, voedselschaarste en geestelijke gelijkschakeling ligt een afgrond, die iedereen dagelijks ervaart. In hoeverre de Polen overtuigd zijn dat de eigen weg een rode zijn moet, is een andere vraag. Het communisme zoals het door Moscou werd gepland en opgelegd, is in Polen op een failliet uitgelopen, zoals we aanstonds nog zullen toelichten. Of een humane vorm van socialisme vrijelijk door de meerderheid van de bevolking zou worden onderschreven? De nostalgieën van een vooroorlogse toestand zullen slechts bij bepaalde burgerlijke elementen - voor zover niet uitgeweken of genivelleerd - nog levendig zijn. Ook bij de massa is het waarschijnlijk dat elk socialistisch maatschappijmodel - ten onrechte - wordt geamalgameerd met de gediscrediteerde Sovjet-lijn. Anderzijds heeft een decennium helrood regiem toch ook sporen nagelaten. Bepaalde structuurhervormingen zoals de democratisering van het onderwijs, de landbouwhervorming, de nationalisering der basisbedrijven en het opzet tot industrialisering, wensen verantwoordelijke personen geenszins af te schrijven. Het is trouwens verkeerd, de Poolse vooroorlogse ‘kapitalistische’ wereld te vergelijken met de westerse toestanden. De sociale structuur in Polen was gekenmerkt door scherpe verschillen inzake inkomen en eigendom. Vooral het probleem van het agrarisch proletariaat vormde een kankerplek. De middenstand, deze klasse, waarvan de opkomst in rijpe volkshuishoudingen vele sociale spanningen heeft ondervangen, was weinig sterk. Op politiek terrein kende het land weliswaar een formele en weldra bedreigde onafhankelijkheid, doch geen politieke democratie. Het Pidsulski-regiem was in feite een dictatuur. Trouwens, een eeuwenlange verdrukking door vreemde mogendheden vormt geen geschikte opvoeding tot politieke rijpheid. Onge- | |
[pagina 439]
| |
acht echter de vraag of het socialisme, in een humane vorm, beantwoordt aan de aspiraties van de meerderheid der Polen en of de invoering ervan objectief wenselijk is, blijft het kapitale feit, dat in de huidige omstandigheden Gomulka's ‘verlichte dictatuur’ noodzakelijkerwijze marxistisch zijn moet, indien men wil verhinderen dat Kroestsjef de verleende dispensatie intrekt en het Poolse experiment oprolt. De te volgen weg is eng en bezaaid met distels, maar hij is de enig mogelijke. De minste deviatie kan noodlottig worden. Dit beseffen de Polen. Marxistische Poolse intellectuelen, met wie we contact konden opnemen, beklemtoonden de noodzaak voor Polen om een eigen socialistisch maatschappijmodel te construeren, dat rekening houdt met specifieke Poolse belangen en gegevens en dat een ruime mate van vrijheid, vooral individuele maar ook ten dele politieke, waarborgt. Wij konden vaststellen hoezeer de programma's en verwezenlijkingen van Westeuropese socialistische partijen, vooral de Labour Party, daarbij belangstelling wekken. Ook niet-marxistische Polen zien in, dat in de gegeven omstandigheden een niet-rode weg uitgesloten is. Alleen de keuze van de tint laat enige speelruimte. Het Gomulka-experiment heeft ook het IJzeren Gordijn voor de Polen doorbroken. Dit land, het Griekenland van het Noorden, heeft op het culturele vlak steeds naar het Westen uitgekeken, als voorpost tegen de Russisch-Oosterse cultuur. Gomulka heeft zich voor financiële hulp tot de U.S.A. gericht. Dit gebaar alleen reeds is kenschetsend. Had de Benesj-regering, nog vooraleer de communistische staatsgreep zich te Praag voltrok, haar aanvankelijk voorgenomen deelname aan de Marshallhulp-conferentie te Parijs niet moeten afzeggen, wegens het Russisch veto? De contacten met de westerse cultuur zijn in Polen hersteld. Emigranten publiceren in Polen, en vice-versa. Voor zover de schaars-toebedeelde deviezen het toelaten, trachten vele Polen, vooral intellectuelen, het Westen te bezoeken. Dank zij de ‘Ford-Foundation’ hebben, voor 1957-1958, Polen de kans gekregen westerse universiteiten te bezoeken. ‘Wij maken thans een studiereis met tien jaar vertraging’, vertelde ons een Poolse intellectueel. Wij vroegen hem en zijn metgezellen hun indrukken te schetsen. ‘Een verademing na de vele simplistische dingen die ons jarenlang over het Westen werden ingepompt. Wij voelden wel dat het hier leugens-op-maat betrof, maar veel méér konden wij over de ware toedracht niet vernemen. Het Westen wekt bij ons, nu, na directe kennismaking, nog meer belangstelling. Het communisme heeft in het Westen geen kans tot slagen en zou trouwens een regressie betekenen gezien de sociaal-economische ontwikkelingsgraad. In Oost-Europa is de situatie wel verschillend. Een economisch dirigisme kunnen wij wel met vrucht gebruiken, maar daaraan willen wij de fundamentele vrijheden niet opofferen. Ook al is het westerse systeem verre van volmaakt en is het ook voor evolutie vatbaar, toch hebt U, in het Westen, de vrijheid bewaard om leugens en eenzijdige voorstellingen te kunnen verwerpen’. | |
III. LabiliteitGomulka's tred blijft moeizaam en labiel. De prille zon van de Oktoberlente is constant door onweerswolken omfloersd. Het vormt de paradox van de huidige Poolse toestand dat, om beterswil, het Poolse volk genoeg burgerzin en nationale samenhorigheid moet kunnen opbrengen om een regiem te steunen dat niet met zijn diepere aspiraties strookt. Gomulka is communist, vergeten we het niet. Hijzelf geniet het vertrouwen en de faam van integriteit. Sommige zijner | |
[pagina 440]
| |
naaste medewerkers hebben alle moeite om door een thans voorbeeldig gedrag, de reminiscenties aan de Bierut-periode, waarin ze betrokken waren, te doen vergeten. Als communist kan Gomulka de aanspraak van de C.P., te fungeren als speerpunt van de proletarische revolutie, niet verloochenen. Een terugkeer naar de bourgeois-ordening is met zijn overtuiging strijdig en zou de toorn van de Russische bezettingsstrijdkrachten uitlokken. Een terugkeer tot de Stalinpraktijken zou het vertrouwen van het volk verliezen en de reeds gespannen toestand nog explosiever maken. Derhalve moet Gomulka zich én tegen elk ‘revisionisme’ én tegen elk ‘dogmatisme’ keren. Het knelpunt ligt daarbij vooral in de hachelijke economische toestand. Sinds oktober 1956 werden de lonen, in reële termen uitgedrukt, vermeerderd en is de toestand van de landbouwers verbeterd, al blijft de algemene levensstandaard erbarmelijk laag. Deze verbeteringen fungeerden weliswaar als een kalmeermiddel van een verbitterde en hongerige bevolking, maar gaan kennelijk de draagkracht van de Poolse volkshuishouding te boven. Zal Gomulka erin slagen, de economische situatie te redden vooraleer de massa haar geduld verliest? In laatste instantie blijft de huidige situatie in Polen labiel omdat ze uiteindelijk bepaald wordt door de Russische houding. De fluctuaties van de liberaliseringscurve in het Kreml vormen inderdaad de belangrijkste strategische factor. Ook na oktober 1956 blijft de Poolse satelliet draaien binnen het aangrijpingsvlak van de Russische moederster. Alhoewel het moeilijker is een opstand van 30 miljoen mensen te onderdrukken dan 10 miljoen Hongaren te bedwingen, toch zijn de Russen, bij westerse niet-interventie, militair in staat om de wensen van het Kreml desnoods te forceren. Economisch is het land in de oostelijke integratiezone opgenomen, al heeft Gomulka de economische roofbouw ten gunste van Rusland in belangrijke mate kunnen opheffen. Politiek echter blijft Polen, voor de beveiliging van zijn westelijke, Oder-Neisse-grens tegen de Duitse expansie, vijand no. 1, op Rusland aangewezen. Bij ongewijzigde wereldpolitieke equaties, zou zelfs een niet-communistische Poolse regering met dezelfde basisgegevens geconfronteerd blijven. | |
IV. Erosie van het rode geloofDe betekenis van de Poolse (en Hongaarse) revolutie is vooral gelegen in het feit dat brutaal is gebleken hoezeer het door de Russen opgelegde bolsjevistische systeem door de meerderheid der bevolking wordt verafschuwd. Dit is des te merkwaardiger, omdat, ondanks de enorme en geraffineerde middelen welke een totalitair stelsel ter beschikking heeft om de geesten te kneden, het precies de door het regiem bevoorrechte sociale klassen waren die in de opstand een zo prominente rol hebben gespeeld. Te Poznan en Budapest kwamen de arbeiders, vooral de jongeren, in verzet tegen de arbeidsvoorwaarden, de honger en de koude, de materiële begunstiging van partijbonzen, tegen de leugens van een propaganda, welke het leven in de kapitalistische staten als armoedig beschreef. De Petöfikring daarentegen en de Poolse intellectuelen hebben geprotesteerd tegen het geestverstikkende wambuis van conformisme, de doorzichtige leugens, de bureaucratische onkunde en pedanterie. Zij nochtans, de ‘nieuwe’ intellectuelen, die, dank zij het doorbreken van de sociale stratificaties door de democratisering van het onderwijs, grotendeels uit de volksklasse voortkomen en relatief goede salarissen ontvingen, hebben Doedintsew's bijbelse titel als een aanklacht herhaald: ‘Niet van brood alleen leeft de mens’. | |
[pagina 441]
| |
Vooral de vaandelvlucht van de intelligentia is kenschetsend. Bij velen onder hen, edelmoedig gestemde en idealistische persoonlijkheden, waren de verwachtingen welke zij in het regiem stelden, aanvankelijk groot. Op de puinen van een vermolmde orde, zoals die vóór de oorlog in de oostelijke staten heerste, zou de droom van een rechtvaardige, menselijke wereld vlees worden. Daarvoor moesten offers gebracht worden door de huidige generatie. De vooruitgang volgt immers, volgens het marxistisch ontwikkelingsschema, een vaste tred. Dit geloof in de uiteindelijke, onafwendbare komst van de heilsdag ten bate van de latere geslachten heeft bij velen het geweten gesust t.a.v. de rauwe werkelijkheid van de revolutionaire transformatie, waarin tegenstanders worden geliquideerd, structuren met geweld gewijzigd en het volk met de harde vuist tot communistische staatsburgers herkneed. De revolutionaire moraal wordt niet bepaald door de regels van fair-play in het cricket, schrijft Roebasjow in Koestlers Nacht in de Middag: het enig noodzakelijke voor de revolutionair is het axiomatisch vertrouwen in de juistheid van de eigen redenering. Dit vertrouwen is nu doorbroken in Polen. De dromen zijn ontluisterd, de zekerheden uitgehold. Deze ontnuchtering is bij de Poolse intelligentia gegroeid toen duidelijk werd, welke sociale en menselijke waarden moesten worden geofferd als prijs voor het geluk van de latere generaties. En dat bovendien dit geluk niet eens verzekerd is. Deze diepe crisis van de dialectische zekerheden, de twijfel aan zichzelf, de hunker naar warme menselijkheid, kenmerkt, volgens onze zegslieden, de huidige generatie der jonge Poolse intelligentia. Het communisme blijkt op papier een prachtige constructie, maar het vereist mensen, die zichzelf kunnen vergeten. Toegepast in de werkelijkheid, maakt Marx' metamorfose de mens tot een bloedloze ledepop. Als gevolg van deze crisis keert de Poolse jeugd - en naar ons uit rechtstreeks getuigenis werd verzekerd, doet eenzelfde verschijnsel zich voor bij een dunne laag studenten aan de Russische universiteiten - zich af van dogmatische stellingen. Desideologisering kenmerkt de huidige geestelijke evolutie. Iets wordt als goed aangezien omdat het zijn verdiensten manifesteert, niet omdat het in een strak dogmatisch kader kan worden gevat. | |
V. De Poolse zuurdesemOngeacht welke het fatum zal zijn van het Gomulka-experiment in de nabije toekomst - reeds nu wijzen bepaalde uitspraken van de Poolse leider en enkele maatregelen, zoals de censuur op het zeer vooruitstrevende studentenblad Po Prostu, erop dat de Poolse Partij de nieuwe Kroestsjeflijn tracht te volgen en daarbij, zonder in een neo-stalinisme te vervallen, toch de liberalisering indijkt - kan de merkwaardige Poolse Oktoberlente op lange afstand toch zijn gunstige invloed doen gevoelen. De betekenis van de Poolse revolutie ligt, zoals we hebben onderstreept, in het feit dat het door Moscou ingevoerd regiem grondig is gediscrediteerd en vooral hierin dat de morele crisis in de communistiche wereld, de erosie van de zekerheden, duidelijk is te voorschijn getreden. Het consolideren van de toestand, die door de Oktoberrevolutie in Polen werd afgedwongen, is een objectief dat door een constructieve, geïnspireerde politiek van het Westen moet worden beoogd. Vlugger en beter dan t.a.v. de onderontwikkelde landen van Azië hebben de U.S.A. begrepen, welke mogelijkheden de klimaatswijziging in Polen bood: een bescheiden financiële lening aan Gomulka werd verleend. Ook bepaalde starre, diplomatieke stellingnamen verdienen, ter | |
[pagina 442]
| |
consolidering van de toestand in Polen, aan een grondige herziening onderworpen te worden. Vooral West-Duitsland zal het nodige inzicht en het moeilijke offer moeten opbrengen om, inzake de Oder-Neisse-linie, het herstel van de status-quo-ante niet langer als een onveranderlijke doelstelling te beschouwen. Het is trouwens onredelijk de tragische exodus van miljoenen mensen uit de oostelijke gebieden van Polen naar de te.... Potsdam van Duitsland afgedwongen gebieden, nu nog eens in omgekeerde richting te hernemen. Vooral echter is het nodig dat het Westen de Polen steunt door begrip en contact. Het gedeeltelijk doorbreken van het ijzeren gordijn betekende voor de Polen een ware geestelijke bevrijding. Het Kreml wil dit gordijn gesloten houden omdat het goed genoeg weet dat de westerse bacil vooral in de kleine, doch belangrijke groep der denkende mensen een gunstige incubatiebodem vindt. Het voordeel van een consolidering van de hoopgevende klimaatswijziging in Polen is veel belangrijker dan op een eerste gezicht lijkt. De lotsverbetering van de Polen is op zichzelf een lofwaardig objectief van een constructieve politiek. Dat het Westen daarbij in de koude oorlog winstpunten boekt, is echter van bijkomstig belang. Want indien de twee Groten, ondanks de dreigende en onzinnige bewapeningswedloop, toch inzien hoe absurd een derde wereldoorlog zou zijn, volgt daaruit dat zij noodzakelijk naast elkaar moeten bestaan, omdat het enige alternatief gelegen is in een samen-vergaan. Alleen is het van belang hoe die coëxistentie in de praktijk verloopt. Blijft elk wederzijds begrip zoek, dan staan we voor een zeer explosieve toestand, die, naar Toynbee's woorden in Beschaving in het Geding als een ‘niet-gewelddadige niet-samenwerking’ kan worden getypeerd. Voor het heil van de wereld moet men hopen dat de tegenstellingen tussen de twee blokken stilaan aan scherpte zullen verliezen. De vooruitzichten daartoe zijn niet ongunstig. Dit proces zou echter ten zeerste bespoedigd kunnen worden, indien in de satellietstaten, volgens het Poolse en Joegoslavische model, een intermediaire zone van een communisme met een zachte druk zou kunnen worden gevormd en verruimd. Zowel echter voor het behoud van de verworvenheden der Poolse Revolutie als voor het scheppen van een voor ‘actieve coëxistentie’ gunstiger klimaat, blijft de evolutie binnen de Sovjetunie zelf de belangrijkste strategisch-variabele. Is de (relatieve) liberalisering, die na de dood van Stalin in Rusland plaatsgreep, onomkeerbaar, omdat, ongeacht welke tactische koerswijzigingen door de Sovjetleiders worden gemaakt, diepere maatschappelijke factoren werkzaam zijn? Daarop durven wij, op grond van betrouwbare informatie, bevestigend antwoorden, mits de eindfase van deze evolutie niet wordt gedacht in termen van een maatschappelijk ordeningsmodel dat een repliek is van de westerse democratie. De redenen waarop wij dit positief oordeel steunen, kunnen binnen het bestek van dit artikel niet worden behandeld. Alleen willen we tot besluit erop wijzen, dat, indien het juist is dat het behoud van een niet anti-liberaliserende partijlijn te Moscou de noodzakelijke voorwaarde vormt tot het behoud van de ‘verlichte dictatuur’ in Polen, anderzijds de Poolse zuurdesem er toe kan bijdragen om de ideeën en opvattingen in de Sovjetunie te laten gisten. De positieve lotsverbondenheid en ideologische verwantschap tussen de communistische staten impliceert tevens dat stromingen die zich in één der Oostelijke landen voordoen, ook elders een bedding kunnen vinden. Het zou niet de eerste maal zijn dat via de cultureel-hoogstaande Polen een westers venster wordt geopend in de Russische muur. |
|