niet progressief genoeg bent, omdat je soms politiek incorrecte gedachten hebt. We schamen ons als we te veel voelen, ons te kwetsbaar opstellen. De schandpaal is geen fysieke plek meer, maar leeft nu des te meer op sociale media. We schamen ons als we moeten toegeven dat we het deze zomer bij een staycation houden, terwijl we onze vrienden op Instagram voorbij zien dobberen op een roze flamingo in een zonovergoten zwembad. Even goed schamen we ons tegenwoordig net als we wél reizen. Dat vliegtuig vervuilt een hoop, en ben ik niet zwak als ik mijn eigen drang naar plezier belangrijker vind dan het welzijn van onze planeet? Ook in het #metoo debat is schaamte allesbehalve ver te zoeken. De schaamte wordt als een hete bal doorgegeven van de slachtoffers die zichzelf de schuld geven, zich verdorven en beschaamd voelen en tot voor kort niet durfden spreken, naar de daders.
Toen de redactie van Streven samenkwam om dit themanummer te bespreken, bleek de ingeplande vergadertijd te kort om zelfs maar de vragen op te werpen die we rond het thema wilden verkennen. Het was al een uitdaging om het eens te worden over een definitie van schaamte. Die verschillende invullingen van het begrip worden weerspiegeld in de essays in dit nummer. Schaamte volgens een psycholoog of een politicoloog is niet wat het is volgens een filosoof. En ook filosofen zijn het onderling niet eens. Is schaamte altijd een gevoel van falen? Moet je je verantwoordelijk voelen voor dat falen? Moet je gezien worden om je te schamen? Kan je je schamen over iets wat je niet gedaan hebt, en is dat schamen dan gepast? Is het bijvoorbeeld gepast om schaamte te voelen over ons koloniaal verleden, of over grootouders die collaboreerden? En hoe dacht men vroeger over schaamte? Is de maatschappelijke waardering voor dit gevoel totaal veranderd doorheen de tijd of zijn er opvallende constanten?
Naast de vraag waarover we ons kunnen schamen, stellen meerdere auteurs in deze editie van Streven zich ook de vraag of er dingen zijn waarover we ons zouden moeten schamen. Is schaamte goed, moreel, deugdzaam? Of zijn we beter af als we aan dat terneerdrukkende gevoel van schaamte voorbijgaan, en de schaamte inruilen voor het productievere gevoel van schuld, bijvoorbeeld? En wat is dan het verschil tussen schuld en schaamte? Zijn er sociale verhoudingen en omgangsvormen waarin schaamte geboden is? Of is het altijd een nobel streven om mensen af te helpen van datgene waarvoor ze zich schamen?
In de psychologie wordt schaamte ondergebracht bij de sociale emoties. Nog specifieker is het een zelfbewuste emotie: met schaamte vellen we een oordeel over onszelf vanuit het oogpunt van een ander. In die zin lijkt schaamte goed, omdat het ons bewust maakt van het feit dat we niet alleen zijn, dat er anderen zijn met wie we rekening houden en dat er be-