Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Onze Taal. Jaargang 27 (1958)

Informatie terzijde

Titelpagina van Onze Taal. Jaargang 27
Afbeelding van Onze Taal. Jaargang 27Toon afbeelding van titelpagina van Onze Taal. Jaargang 27

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.86 MB)

Scans (6.90 MB)

ebook (3.30 MB)

XML (0.38 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Onze Taal. Jaargang 27

(1958)– [tijdschrift] Onze Taal–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 29]
[p. 29]

[Nummer 6]

Onze Taal op de Wereldtentoonstelling

Er is op de Wereldtentoonstelling in Brussel veel te zien. Niet alleen de moderne paleizen waarin de nieuwste veroveringen van wetenschap en techniek en de heerlijkste voortbrengselen van de veelzijdige beschaving van tientallen volkeren worden uitgestald op een vindingrijke, de toeschouwers telkens weer tot bewondering dwingende manier, maar ook en vooral.. mensen. Honderdduizenden mensen die over de brede lanen drentelen, paviljoen in en paviljoen uit slenteren, vol heilig ontzag staren naar de raadselachtige bouwsels in het groot en in het klein, verzadigd naar de geest maar dorstig naar het lichaam neerzijgen op de banken en stoelen, zich het zweet van het voorhoofd wissen en, als de loomheid van rug en lendenen is overwonnen, zich weer in beweging zetten om een nieuwe aanval te wagen op wat de wereld van negentienhonderd achtenvijftig aan verbijsterends te bieden heeft.

Er is daar ook veel te horen. Alle talen van West-Europa klinken rondom u: het ratelende Frans, het droge Engels, het soepele Italiaans, het sissende Duits, maar géén taal hoort u zoveel en in zulke bonte afwisseling om u heen als het Nederlands. Een stalenkaart van dialecten: het Zeeuws en Westvlaams, het Achterhoeks en het Gronings, het Antwerps en het Zuidbrabants: daartussendoor ons aller moerstaal, het Nederlandse Nederlands. Als er een statistiek gemaakt zou kunnen worden van de bezoekers naar hun taal gegroepeerd, dan zou blijken dat het hoogste percentage in een of andere vorm Nederlands spreekt.

Dit was gemakkelijk te voorspellen, gezien de ligging van Brussel, maar is er ook voldoende rekening mee gehouden? Worden wij in onze taal, een van de twee talen van België, te woord gestaan en krijgen wij haar op die tienduizenden tentoonstellingsopschriften te lezen? Het antwoord daarop is niet een volmondig ja. Laten wij de taaltoestand in Brussel voor wat hij is. Steekproeven, door verschillende personen ondernomen, hebben doen blijken dat de bekoorlijke, behulpzame ‘hostesses’ en de onverstoorbaar gemoedelijke suppoosten lang niet allen onze taal kunnen spreken. Het kan u overkomen dat u, met een ontwapenende hartelijkheid overigens, geantwoord wordt in het... Duits: Bitte, gehen Sie gerade aus und dann nach links..

De opschriften op de tentoonstelling - ze zijn ontelbaar en na enige uren sjouwens bent u volslagen ‘doof’ voor alle letters - zijn een studie op zichzelf waard. Voorop sta: alle eer aan het ontvangende land dat met strikte tweetaligheid in officiële en onofficiële letters zijn gasten ontvangt. De andere landen vertonen in hun teksten geen eenstemmigheid. Er zijn er die nonchalant of hoogmoedig of zelfbewust alleen hun eigen taal voorschotelen aan de drommen. Argentinië met zijn Spaans. Van Frankrijk, ondanks zijn spreekwoordelijke beleefdheid tegenover gasten, kan men evenmin anders verwachten. Andere doen hun best om Frans èn Nederlands te geven; sommige zelfs met letters van gelijke grootte: Amerika, Engeland, Duitsland, Zwitserland, het Vaticaan, de Protestantse kerken. Op de spelfoutslakken mag men in zo'n grote dierentuin geen hatelijk zout leggen. De gebeurlijke rariteiten als ‘help aan den gang voor jonge bomen’ of ‘boeren aan zondag’ worden u met het origineel wel duidelijk: ‘giving young trees a start in life’, ‘Bauern am Sonntag’. In veel buitenlandse paviljoenen echter overweegt het Frans. Hier en daar, volstrekt systeemloos, is een stukje in het Nederlands vertaald, als toevallige extra-dienst aan die paar drentelaars die geen Frans verstaan: met een kleine letter zijn ze al best tevreden.

We vinden het jammer dat het Nederlands toch niet de plaats op de Wereldtentoonstelling heeft gekregen waarop het krachtens zijn positie in België recht zou hebben. Jammer ook voor het aanzien dat het Neder-

[pagina 30]
[p. 30]

lands juist in Brussel zo broodnodig heeft. Jammer ook voor de honderdduizenden Vlamingen en Nederlanders, grotendeels eenvoudige mensen zonder enige talenkennis, die langs de wetenswaardigheden schuifelen, pet in de ene hand, tas met eet- en drinkwaar in de andere.

De Vlaming is echter aan die toestand gewend en de Nederlander... laten we eerlijk zijn, als we de grens over zijn, willen we allemaal dat ook zien in een vreemde taal rondom ons, anders is het toch niet ècht! Loop daarom niet met een somber, beledigd gezicht rond. U zult het trouwens ook niet kunnen. Er is zoveel verbluffends dat u zich ervoor wel zult wachten ongeduldig en geërgerd naar een Nederlandse vertaling te zoeken van de zoveelste tekst die u in de schittering van staal en aluminium niet eens meer opvalt. De wereld van ruimtevaart, kernenergie en automatisering dringt zich aan u op. Een schijnwereld misschien van enige vierkante kilometers, maar een die u de illusie zou kunnen geven mijlen en mijlen ver van huis te zijn, ware het niet dat u vóór u en achter u en naast u uw eigen taal hoort spreken in haar bonte afwisseling.

De plaats van die eigen taal in de wereld was het onderwerp van het voortreffelijk congres dat de V.B.O. op de Wereldtentoonstelling op 7, 8 en 9 juni georganiseerd heeft. Een congres dat geslaagd mag heten, naar het aantal bezoekers, het gehalte van de voordrachten, het peil van de gedachtenwisseling en de waardigheid waarmee het congres gehouden werd. Niet alleen waren er vertegenwoordigers van wereldlijke en geestelijke overheid, ambassadeurs en parlementsleden, maar ook de Belgische Koning zelf had een persoonlijke boodschap gezonden waarin hij de grote waarde van het Nederlands voor een land als België onderstreepte.

In dit nummer geven wij u een, uiteraard, kort verslag van de spreekbeurten. Een overzicht van de voordracht van Prof. Erlank over de plaats van het Afrikaans geven wij in het volgende nummer. Daarmee valt deze maand onze discussie over vragen van taalgebruik weg. Maar aan de voet van het Brusselse Atomium, 102 meter hoog, 9 bollen van elk 18 meter doorsnee, kan men niet meer gaan twisten over wat fout en wat goed is.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken