Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het groote Tafereel der dwaasheid (1720)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het groote Tafereel der dwaasheid
Afbeelding van Het groote Tafereel der dwaasheidToon afbeelding van titelpagina van Het groote Tafereel der dwaasheid

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (20.57 MB)

ebook (24.77 MB)

XML (1.29 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/pamflet-brochure
non-fictie/politiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het groote Tafereel der dwaasheid

(1720)–Anoniem Tafereel der dwaasheid, Het groote–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 5]
[p. 5]

[De windhandel of Bubbels compagnien (vervolg)]

 
En schempen was voor heen op d' Actiehandel, ik
 
Kan my zulks niet verstaan.
Waaghals.
 
Hei wie op Medenblik?
Snoever.
 
Wat Medenblik? dat heeft de stuipen reeds gekregen.
Waaghals.
 
Dat zy dan zo, daar leid my gants niet aan gelegen,
 
Indien gy nog maar wat partyen hebt.
Snoever.
 
Ik niet.
Hoopryk.
 
Ik al,
Waaghals.
 
En tot hoe veel?
Hoopryk.
 
Tot twé percent.
Waaghaals.
 
Verdriet.
 
Tot twé Pereent, daar ik die voor een k wart kon krygen.

Vierde toneel.

Edeling, Wingaren, Windvang, Trouwhert, Sneever, Hoopryk, Waaghals, Schoonpraat, Pieter.
Hoopryk
 
Wie op Tergouw,
Edeling.
 
Hoe veel? maar maak niet lang te dreigen.
Hoopryk.
 
Tot twemaal zes Percent.
Edeling.
 
't Is wel, ik neem die aan.
 
Hoe veel Partyen?
Hoopryk.
 
Tien.
Edel.
 
Heel wel, het is gedaan,
Wingaren, tegen Snoever.
 
De duivel dat 's een koop,
Snoever.
 
Dat's zonder lang beraden.
Wingaren.
 
Geen Actionist zou zo'n Partytje ook ligt versmaden.
Schoonpraat.
 
Op Horen? Horen, wie?
Snoev.
 
Wat geef je op Horen?
Schoonpraat.
 
Agt.
Snoever.
 
En nog drie kwart.
Schoonp.
 
En één,
Snoever.
 
En half.
Schoonpraat.
 
Al sagtjens, wagt,
 
'k Zal u van deez' Party zo aanstonds uitslag geven.
Trouwhart.
 
Wie doet op Utrecht?
Edeling.
 
Ik.
Wingaren, Tegen Windvang.
 
't Schynt dat hy al zyn leven
 
Een Actiehandelaar geweest heeft.
Windvang.
 
Dat is waar.
Edeling, Tegen Trouwhart.
 
Hoe veel op Utrecht? Spreek.
Trouwhart.
 
Tot Tyftig.
Edeling.
 
Dat 's te zwaar
Trouwhart.
 
Tot Vyfenveertig.
Edeling,
 
Neen.
Trouwhart.
 
Wel nu tot veertig effen.
Edel
 
Tot Vyfendertig.
Trouwh.
 
Ja dat kunt ge ook wel beseffen,
Edeling.
 
En nog een kwart.
Trouwhart.
 
En Drie.
Edeling.
 
Neen, als ik heb gezeid.
Trouwhart.
 
Nu nog een kwart.
Edeling.
 
Octaaf.
Trouwhart.
 
'k Heb ze u tog toegeleid;
 
Gy zultze hebben.
Edel.
 
En hoe veel Partyen?
Trouwhart.
 
Net
 
Tot Vyfentwintig toe.
Edeling,
 
Ik ben te vreden met
 
Uw woord,
Wing. tegen Snoev.
 
Daar heeft hy weêr een schonen slag geslagen,
Hoopryk.
 
Wie durft op Alkmaar nu nog twé Percentjes wagen?

Vierde toneel.

Schoonpraat, Edeling, Wingaren, Trouwhart, Snoever, Hoopryk, Waaghals, Windvang, Twistgraag, Levi, Joseph, Pieter.
Schoonpraat, Tegen Snoever.
 
HEbt gy u nog bedogt,
Snoever.
 
Daar's geen bedenken aan.
Twistgraag.
 
Geef eens een pyp Toebak.
Schoonpraat.
 
't Is wel dan, 't is gedaan.
Levi.
 
Wie zal Projecten koof?
Snoever, Tegen Edeling.
 
Myn Heer, gy hebt daar even
 
Zeer schone proeven van uw Koopmanschap gegeven,
 
In die Partyen so van Utrecht, als Ter Gouw,
 
Dat wy nu saam eens een Partytje sloten, 't zou
 
Niet kwalyk wesen. Wat durft gy voor Naarden bieden?
Edel.
 
Voor Naarden? Niet een kwart, 't zal daar niet op geschieden
Snoever.
 
Wel nu voor Muiden?
Edel.
 
En voor Muiden al zo min.
Snoev.
 
Wel nu voor Zwol?
Edeling.
 
'k Heb in die Compagnies geen sin.
 
Ik zou met de Engelzen dan nog veel meerder houwen
 
Op Vodden, of op Kool een Compagnie te bouwen.
Trouwhart.
 
Die Compagnie van Kool, die heeft zyn regten naam,
 
Want het is alles Kool, die reeds de snelle Faam
 
Voor de aller grootste Kool gaat door de wereld blazen.
Levi.
 
Wie zal Projecten koof?
Twistg.
 
Wat leid die Smous te razen.
 
Zyn schorre gorgel maakt my bei myne ooren doof.
Levi.
 
Wer wolder Brief kens, hei! wie zal Projecten koof?
Snoever, tegen Edeling.
 
Wel nu den Haag, of Dort?
Windvang.
 
Den Haag, daar moet ik wezen.
Edel.
 
Hoe veel den Haag?
Snoev.
 
Die is tot vyftien reeds gerezen.
Edeling.
 
En Dort?
Snoever.
 
Tot vier per cent.
Windvang.
 
Tot vier per cent? voor my.
Snoever.
 
Tot vier per cent voor u? geluk met de Party
Windv.
 
Wel welk een winst komt my van zelfs hiertegen stromen!
 
Den Haag tot Vier percent!
Snoever.
 
Zagt Heer, wil u betomen;
 
Wy spraken daar van Dort.
Windvang.
 
Van Dort? dan sta ik af.
Snoever.
 
Geenzints, wyl gy van zelfs my daar uw woord op gaf,
Windvang.
 
Maar ik meende op den Haag.
Snoever.
 
Daar 's my niet aan gelegen
 
Wat dat gy meend of niet, gy hebt 'er gants niets niet tegen;
 
Om Veertig Acties aan te nemen tot dien Prys.
Windvang.
 
Op Dort? het zal niet zyn; 'k ben daar toe wel te wys.
Snoever.
 
Gy zultze hebben.
Windvang.
 
Ik zal niet.
Snoever.
 
Heel wel te weten.
 
Of ik zal met deez'stok u braaf de lenden meten.
Windvang.
 
Begin eens, hebje 't hart
Snoever.
 
Zie daar.
Windvang.
 
Zie daar weêrom.
Snoever.
 
En ik heet u op zulk een soupe wellekom. zy vegten.
Waagh.
 
Wat geld die Actie?
Twistg.
 
Niets dan een'ge rotting slagen.
Schoonp.
 
Die winst kan aan geen Boer, laat staan een mens behagen.
Trouwhart:
 
Maar schei hen van elkaâr.
Wingaren.
 
Zagt Heren, houd uw rust.
Snoever.
 
Ik wil niet, want ik ben nou duivels veel belust;
 
Een Actie met de vuist te sluiten,
Trouwhart.
 
Wat zou 't baten,
 
't Is beter door goeluî uw zaak te scheiden laten.
Snoever.
 
Dat zal niet zyn, hy zal my tot een duit voldoen,
Windvang.
 
Ik zal waaragtig niet, 't is tegen het fatzoen
 
Dat gy my dus bedriegt.
Snoever.
 
Ik heb u niet bedrogen.
Windvang.
 
Dat hebt gy als een schelm dwars door uw hals gelogen.
Snoever.
 
Gelogen, allon t' sa! morbleu, kom voor 't rapier.
Windvang.
 
Ik kom hier om geen staal te hand'len, maar Papier,
 
En zal by d'Officier voort over u gaan klagen.
Snoever.
 
Ja voer vry alles uit wat dat u kan behagen,
 
Maar egter die party zal blyven tot uw last.
Windvang.
 
'k Zag liever u de keel toe nypen met een bast.
Snoever.
 
Ja vlugt vry, want gy vreesd een degen te zien blinken.
 
Hei! een kop Koffi! 'k moet eens op die Actie drinken.

Vyfde toneel.

Edeling, Wingaren, Trouwhart, Snoever, Hoopryk, Waaghals, Twistgraag, Hans, Levi, Joseph, Pieter, Schoonpraat.
Joseph, tegen Hans.
 
MEn Her, hebt jer ook iets te handzelen?
Hans.
 
Woor van?
Schoonpraat.
 
Wie doet op Monkendam?
Joseph.
 
Van Acties.
Hans.
 
Was? ich kan
 
Das daubels ting nicht, moest men 't etszen, oder zoeffen?
Hoopr.
 
Wie doet op Muiden? wie?
Hans.
 
Mar zeg was wol das roeffen?
Schoon.
 
't Zyn Actien, mijn Heer,
Hans.
 
Die zunt mich nicht bekent,
 
Was is das voor Kompost? indien het exelent
 
Unt legker is, ich loot mich daadelyk was schaffen.
Pieter.
 
Hei! brand je daar niet! hei!
Hans.
 
Hold man mich voor ein maffen
 
Unt kalen bloed, das man mich nicht zoe woord wol stoon.
 
Man brengt mich dood'lyk eins ein schotel Acties oon.
Twistg.
 
'k Verzeker u myn Heer, dan zult gy duurkoop smullen.
Hans.
 
Laats ich voor ein Dukoot al eins main darmen vullen.
 
Was legt door zo veil oon!
Twistgraag.
 
Spreekt gy van een dukaat,
 
Ik bid u dat je van tien Tonnegoudssen praat.
Hans.
 
Ten dunder! was is das? doe schold mich hoost verschrikken.
 
Tien Tonnegoldsen: moor ein schotel aus soe likken.
 
Was kost das? want ich was op 't alderhoogst bedroeft,
 
Wen 'k nicht in Amsterdam had dein Kompost geprooft.
Twistraag.
 
't Is niet te proeven.
Hans.
 
Unt was dan?
Twistgraag.
 
Alleen te aanschouwen.
Hans.
 
Ei! laat man dan eins zein!
Twistgraag.
 
Zie daar, maar niet te houwen
Hans.
 
Was duibel! dat's papier, dat kumt her wunder schoon.
 
Doe Hazekof! doe hebt mich das gedaan soe hoon,
 
Ich kon voor gein dukoot her man genoegen etszen.
 
Maar ich moest aan papier tien Tonnegolds vervretszen;


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken