Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het volksboek Vanden, X, esels (1946)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het volksboek Vanden, X, esels
Afbeelding van Het volksboek Vanden, X, eselsToon afbeelding van titelpagina van Het volksboek Vanden, X, esels

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.56 MB)

Scans (2.81 MB)

ebook (2.93 MB)

XML (0.17 MB)

tekstbestand






Editeur

A. van Elslander



Genre

proza
poëzie

Subgenre

refreinen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het volksboek Vanden, X, esels

(1946)–Anoniem Tien esels, Vanden–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
Regelnummers proza verbergen
[pagina 3]
[p. 3]

Prologhe

[1] Als ic op een tijt my ghinck vermeyden buyten int velt [2] door bosschen en foreesten by de 1) riuieren, daer mijnGa naar eind2 [3] hert verconforteerde ouermitds die locht, der wateren,Ga naar eind3 [4] ende vanden soeten rueck der cruyden, soo was ick so, [5] langhe my seluen door die melodye verghetende, dat, [6] Titan nederdaelde in Occidenten, soo ginck ic nae huysGa naar eind6 [7] als ic dat sach, ende quam int studeren van oude gesten,Ga naar eind7 [8] ende ick riep Memorie by my, ouerdenckende ende aenmerkende [9] alle creaturen ende alle dinghen van God [10] gheschapen, hoe dat elck in zijnre substancien volghet [11] die nature, den tijt ende vre, sonder alleen die mensche, [12] die welcke heeft reden en verstant, ende is gheschapen [13] nae den beelde Gods almachtich, die welcke niet en houdt [14] reghel, tijt, noch vre, maer doolt meestendeel gheheel [15] wten weghe. Al isser somtijts een wijs ende volstandich,Ga naar eind15 [16] daer zijnder wel hondert weder teghen onwijsende sonder [17] redene. Ende oock sijnder een deel simpele ende slecht [18] in haer werck, als eenen armen slechten esele: die sommighe [19] sijn lichtelijck gram ende toornich, als die wespenGa naar eind19 [20] die seer steken met anghelen: de 2) sommighe sijn [21] saechtmoedich als een lammeken: sommighe ghelijck [22] den esel luy ende traech: die sommige hoochmoedich, [23] presumptueus, ende prues 3) als die leeuwe: die sommigheGa naar eind23 [24] willen om winninghe verliesen haren goeden [25] name: sommighe sijn sulcke keerls inder natueren, wat [26] dat si doen, gheenderley dinck en dunckt hun 4) schande [27] te wesene 5): die sommighe winnen ende hebben veel [28] goets, maer si en deruen haer ghenueghen noch nootdruft [29] daer niet af nemen: sommighe wercken daghelijcx [30] met grooten arbeyt om veel goets ende gelts te vergaderen,Ga naar eind30 [31] ende sluytent in haer kisten, ende maken daer af [32] haren god ende mammon, niet wetende wie dat na haerGa naar eind32 [33] doot dat goet hebben ende besitten sal, ende hy en derf [34] daer niet af leuen noch sijn nootdruft daer af nemen, [35] maer terstont ouercoemt hem die doot eer hy dat meynt,

[pagina 4]
[p. 4]
Ga naar tekstkritische notentekstkritische noten

[36] ende neemt hem lijf, leuen ende goet, ende sendet 1) hem [37] met een slaeppelaken naect ende bloot in een ander [38] lant, ende dan gecrijcht een ander dat goed, ende die [39] is vrijmoedigher dan diet soo neerstelijcken vergadertGa naar eind39 [40] hadde 2), ende dees maecter goet chiere op, ende scheptGa naar eind40 [41] op metten grooten lepel, droncken drinckende, vrouwen [42] hanterende, dobbelscholen, closbanen, ende alle ydelheytGa naar eind42 [43] volghende, ende valt soo in den diepen put der [44] sonden ende vergheet gheheel sinen scheppere. Van alle [45] dit quaet is die principale oorsake die doode vrecke man, [46] waer om dat te sorghen is dat hy den toorn Gods endeGa naar eind46 [47] dat ordeel 3) op hem verwect heeft. Van welcke quadeGa naar eind47 [48] ende beestelijcke manieren der mannen, ick hier nae in [49] dit boecxken veruolghende stellen sal vanden tien esels, [50] waeromme dat sulcke mannen by goede redene gheleken [51] moghen worden den esels, ende dat si mogen met rechte [52] wel draghen langhe esels ooren. Ende om dat ick gheerne [53] die waerheyt soude 4) schrijuen van dese onredelijcke [54] mannen ende esels, soo behoefde ick wel goeden raet [55] ende onderwijs van sommige goede vrouwen, op dat si [56] my voorts 5) helpen mochten, want sommige van haer [57] die nature der mannen bat kennen dan ic.Ga naar eind57

De Acteur 6)

[58] Met dies quam daer een vrouwe ghegaen, die ick tot [59] my riep, ende seyde. Vrouwe gheeft my doch wat raets. [60] Ick soude gheerne schrijuen sonder flatteren oft pluymstrijcken,Ga naar eind60 [61] die tien manieren vanden onredelijcken mannen, [62] ende dit mijn boeck sal heeten vanden tien esels. [63] Nu vrouken, wat dunckt v daer af? Dat vrouken antwoordde [64] met cortten woorden ende seyde: Soo bidde [65] ick v vrindelijcken 7), dat ghy doch een plaetse wilt houwen [66] in uwen boecke voor mynen man, want altijt hebbe [67] ick by mijnder moeder ghewoont tot dat ick houwede, [68] ende in alle dyen tijt dat ick by mijnder moeder woonde

[pagina 5]
[p. 5]
Ga naar tekstkritische notentekstkritische noten

[69] en was ick noyt geslagen, daer ick nu alle den dach [70] geslaghen worde. Ende ick en weet v niet meer te seggene [71] 1), want ick en hebbe maer eenen man die welcke [72] alle ghenuechte buyten der dueren laet als hy tsauonts [73] droncken thuys coemt. Doen seyde die Auctoor: God [74] dancke v vrouken: soo en wil ick dan niet langer staen [75] in mijn Prologhe, maer ick wil terstont beghinnen vanden [76] eersten Esel, op dat een ander daer aen een exemple [77] nemen mach, ende hem seluen hier door pijne te beteren.

[tekstkritische noot]1) JvG: die.
2) JvG: die.
3) JvG: preuts.
4) JvG: hen.
5) JvG: wesen.

eind2
foreest: bosch, woud.
eind3
verconforteren: niet in M.W.; ongeveer dezelfde beteekenis als
conforteeren: opbeuren, vertroosten.
ouermitds: door, ten gevolge van.
eind6
Titan: niet de zesde en grootste satelliet van Saturnus, die eerst in 1655 door Chr. Huygens ontdekt werd, doch hier waarschijnlijk in de beteekenis: zon.
eind7
gesten: geschiedenissen, verhalen.
eind15
volstandich: volhardend, standvastig, geduldig.
eind19
lichtelijck: gemakkelijk.
eind23
presumptueus: met zichzelf ingenomen, vol eigenwaan, trotsch.
prues: fier, trotsch.
eind30
arbeyt: moeite, inspanning.
eind32
mammon: geld, geldgod.
[tekstkritische noot]1) JvG: seyndet.
2) JvG: hadde.
3) JvG: oordeel.
4) WvL: sonde. (drukfout). JvG: soude.
5) JvG: voort.
6) JvG: Die Aucteur.
7) JvG: vriendelijcken.
eind39
vrijmoedigh: royaal, mild.
eind40
goet chiere maken: goede sier maken, een vroolijk leven leiden.
pret maken.
eind42
dobbelscholen: speelhuizen.
closbanen: schietbanen.
eind46
sorghen: vreezen.
eind47
verwecken: opwekken, prikkelen.
eind57
bat: beter.
Acteur, Auctoor (WvL) en Aucteur (JvG): schrijver, vertaler, bewerker.

eind60
pluymstrijcken: iemand allerlei kleine ook ongevraagde oplettendheden bewijzen, hem naloopen, vleiend dienen, flikflooien of vleien, iemand honig om den mond smeren.
[tekstkritische noot]1) JvG: seggen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken