Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
KortVerhaal. Jaargang 32 (2011)

Informatie terzijde

Titelpagina van KortVerhaal. Jaargang 32
Afbeelding van KortVerhaal. Jaargang 32Toon afbeelding van titelpagina van KortVerhaal. Jaargang 32

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.24 MB)

Scans (437.72 MB)

ebook (5.05 MB)

XML (1.43 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

KortVerhaal. Jaargang 32

(2011)– [tijdschrift] Tweede Ronde, De–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige
[pagina 157]
[p. 157]

Auteurs in dit nummer:

Isaak Babel werd op 1 juli 1894 geboren in Odessa en bracht zijn kinderjaren door in de havenstad Nikolajev. Zijn vader was handelaar in landbouwmachines. Babels leven is nog steeds in vele raadselen gehuld. Hij lijkt in hoge mate ‘geneigd tot onbedachtzaam handelen’ te zijn geweest. Dankzij zijn status van topauteur overleefde hij in het Rusland van Stalin tot hij op 27 januari 1940 werd afgemaakt in dezelfde Moskouse gevangenis als waar Nikolai Jezjov, ex-directeur van de geheime dienst en een van Ruslands grootste massa-moordenaars - alsmede echtgenoot van Babels jarenlange minnares - een week later de kogel kreeg.

 

Bas Beerendonk (1981) schreef meer dan tien toneelstukken voor verschillende theatergezelschappen (o.a. Growing up in Public). De laatste jaren is hij zich vooral op proza gaan richten. Ook in Lente- en Herfstnummer 2011 stonden verhalen van hem. Beerendonk woont en werkt in Boedapest.

 

Jaap van den Born (Nijmegen 1951) is redacteur van Het Vrije Vers (hetvrijevers.nl), tekent cartoons voor verschillende bladen en publiceerde enkele light-versebundels: 2000 jaren Nijmegenaren (2005), Drs. P révisé (2005, samen met Drs. P), De Canon van Nederland (2006), De VOC saga (2009), Drs. P daté (2009) en Het pak van Sjaalman (2010). In samenwerking met Pieter Smoor verscheen in 2008 Uit vrije dwang, vertaalde gedichten van de 11e-eeuwse Syrische dichter Aboe l-Alaa al-Ma'arri.

 

San Bos won diverse prijzen waaronder drie keer een winnend verhaal in de serie Duizendwoorden. Verhalen van haar verschenen o.a. in NRC-Handelsblad, Trouw, Bulkboek en Schrijven Magazine. Ook werd een verhaal van haar opgenomen in de verzamelbundel Ware Verhalen van uitgeverij De Geus. Sinds november 2010 is zij redacteur voor www.shortstory.nl en gastblogger voor www.korteverhalenschrijven.nl.

 

Het dozijn schrijvers Victor Baarn, Battus, drs. G. van Buren, Raoul Chapkis, Jan Eter, Piet Grijs, Maaike Helder, Peter Malenkov, Cees Stam, Stoker, Talisman, Jozef Trapjes heeft afgesproken om zich voortaan alle twaalf te noemen: Hugo Brandt Corstius.

 

Frits Criens (1949) publiceerde zijn LV-bundels Liefde uit blik en Zwarte Pier bij Uitg. Liverse, die ook de coproductie Vader & Zoon (in samenwerking met zoon Quirien van Haelen) uitgaf. Bij Uitgeverij Holland verscheen zijn serieuze poëzie: Verloren kost en Een mooie dag om dood te gaan. In 2008 debuteerde Criens als romanschrijver met Verzwegen oorlog. Zie ook: www.fritscriens.com

 

Jan Donkers (Amsterdam, 1943) studeerde sociologie en geschiedenis in Amsterdam. Hij was redacteur van Propria Cures, Hitweek en De Revisor. In 1973 debuteerde hij met de bundel Opgeruimde Verhalen. Erna volgden nog twee bundels verhalen, de novelle De nacht duurt twaalf uren en de roman in feuilleton-vorm Donkeyville, USA. Sinds de jaren '90 legde Donkers zich hoofdzakelijk toe op non-fictie en verschenen van hem de bundels reisverhalen Amerika, Amerika en Reizen maakt rijk. Verder de essaybundel De Tweede Amerikaanse Eeuw, Zo dicht bij Amsterdam, Mijn Muziek en het kinderboek Eva vindt een thuis.

[pagina 158]
[p. 158]

Judy Elfferich (Rotterdam, 1957) studeerde enkele jaren beeldhouwen en klassieke talen, werkte als bureauredacteur voor uitgeverijen en schreef kinderverhalen voor o.a. educatieve uitgaven. Sinds 1997 is ze als docent-literaire vorming verbonden aan verschillende centra voor de kunsten, waar ze lesgeeft aan mensen (van alle leeftijden) die schrijven voor hun plezier. Haar Schaap Veronica-verzen verschenen sinds 2008 in De Tweede Ronde en op haar blog: judyelf.edublogs.org.

 

Sanneke van Hassel debuteerde in 2005 met de verhalenbundel IJsregen. Daarna schreef zij een tweede bundel, Witte veder, en de roman Nest. Voor beide bundels won zij de BNG Nieuwe Literatuurprijs. In 2012 verschijnt Naar de stad, een bloemlezing met hedendaagse korte verhalen uit de hele wereld. Zij stelt deze samen met Annelies Verbeke. Ook komt in februari bij De Bezige Bij Van Hassels derde bundel uit: Ezels.

 

Atte Jongstra (Terwispel, 1956). Schrijver. Recente titels: De avonturen van Henry II Fix (roman, 2007), Klinkende ikken (autobiografisch, 2008), De heldeninspecteur (historische roman, 2010). Voorjaar 1212 verschijnt zijn Kristalman. Multatuli-oefeningen (essay).

 

Wayne McLennan, born into a coal mining family in N.S.W Australia, is the author of Rowing to Alaska, a New York Times notable book of 2005 and Tent Boxing, long listed for the William Hill Best Sport Book of Britain Award. His essays have been published in Granta, Griffith review, and the New Asia Literary Review. Among his many jobs, Wayne McLennan has worked as a professional boxer, a gold miner in Costa Rica and fishing boat skipper in Nicaragua, as well owning and managing a silk material shop in Amsterdam. Wayne McLennan now lives in Amsterdam with his Dutch wife and runs a business in Estonia.

 

Mensje van Keulen (Den Haag, 1946) debuteerde in 1972 met Bleekers Zomer. Ze schreef romans, verhalen en kinderboeken. In 2003 werd haar oeuvre bekroond met de Annie Romeinprijs. Haar meerst recente titel is de verhalenbundel Een goed verhaal (2009). In 2011 ontving ze de driejaarlijkse Charlotte Köhlerprijs voor proza.

 

Simon Knepper (1955) publiceerde gedichten in onder andere De Tweede Ronde, Propria Cures en Vrij Nederland. In 1982 verscheen zijn bundel Heer, bewaar de kattenmepper en in 1992 De geur van Zeeuwse meisjes, beide bij Bert Bakker.

 

Peter Knipmeijer (1970), woont in Zeist, dicht sinds 2006 en heeft één bundel uitgebracht (Tweelingsterren, Uitg. De Contrabas, 2010). Hij is redacteur van de internetsite Het Vrije Vers.

 

Alexander Ivanovitsj Koeprien (1870-1938) bezocht het militaire gymnasium en diende 14 jaar in het leger. Daarna oefende hij vele beroepen uit, maar was vooral schrijver. Hoewel hij positief stond tegenover de Russische revolutie was hij in 1919 gedwongen naar Frankrijk te emigreren. Geplaagd door heimwee en geldgebrek woonde hij 17 jaar in Parijs om in 1937 ziek en gebroken terug te keren naar Rusland, waar hij een jaar later overleed. Koeprien schreef circa 200 verhalen, maar had zijn faam vooral te danken aan zijn twee romans, Het duel (1905) en De kuil (1915), beide vertaald in het Nederlands, evenals Olesja en Vera, twee liefdesverhalen. In De Tweede Ronde verschenen vier verhalen van Koeprien.

 

Katja Lange-Müller (Oost-Berlijn, 1951) is een opkomende ster in Duitsland. Tot ze in 1984 de DDR verliet, werkte ze onder meer als psychiatrisch verpleegkundige en in een tapijtfabriek in Mongolië. Voor haar debuut uit 1986, Wehleid - Wie im Leben, kreeg ze de Ingeborg Bachmannprijs. Drie van haar twaalf romans en verhalenbundels verschenen in Nederlandse vertaling. De eend in de fles verscheen kort na het overlijden van toneelschrijver Heiner Müller, met wiens broer zij getrouwd is geweest. Het verhaal is opgenomen in de bundel Die Enten, die Frauen und die Wahrheit (2003).

[pagina 159]
[p. 159]

Guy de Maupassant (1850-1893) brak als gevolg van de Frans Duitse oorlog (1870-71) zijn rechtenstudie af, werkte tien jaar als ambtenaar in Parijs en schreef meer dan 300 korte verhalen, aanvankelijk gepubliceerd in kranten, later in boekvorm. Op zijn dertigste is hij beroemd, ook buiten Frankrijk. Toergenjev verspreidt zijn faam in Rusland. Door syfilis schizofreen geworden, doet hij op 41-jarige leeftijd een zelfmoordpoging. Hij wordt opgenomen in de kliniek van de beroemde Dr. Esprit Blanche (Passy, Parijs) waar hij na twee jaar overlijdt.

 

Pieter Nieuwint (Utrecht, 1945) studeerde Engels in Amsterdam en was van 1965 tot 1979 pianist/componist bij het Kabaret Ivo de Wijs. Hij was tot 2000 docent Taalvaardigheid Engels aan de Universiteit van Tilburg (vroeger KUB) en besteedt veel tijd aan het dirigeren van koren en aan de lichte muze. Hij treedt solo op en geeft voorstellingen met het KUB-cabaret, het medische gezelschap De Placebo's, en als duo met Ivo de Wijs. Hij heeft met het KUB-cabaret twee cd's gemaakt, en solo één: Pieter Nieuwint dicht en zingt.

 

Antonio Ortuño werd in 1976 geboren in Guadalajara, Mexico. Zijn debuutroman El buscador de cabezas uit 2006 werd in Mexico beschouwd als het beste debuut van het jaar. Recursos humanos was finalist van de Premio Herralde in 2007. Verder heeft hij twee verhalenbundels op zijn naam staan, El jardín japonés (2007) en La Señora Rojo (2010), waarvan het titelverhaal in dit nummer staat. Onlangs verscheen zijn roman Ánima. In 2010 werd hij door Granta geselecteerd als een van de beste jonge schrijvers in het Spaans.

 

Drs. P (Heinz Polzer, Thun, 1919) is de gevierde nestor van het Light Verse in Nederland. Hij studeerde economie in Rotterdam, verbleef enige jaren in Indonesië en ontpopte zich daarna als tekstschrijver/cabaretier. Ruim veertig jaar lang, tot 1996, trad hij op met eigen liederen, waarvan er vele klassiek zijn geworden, zichzelf op de piano begeleidend met eigen muziek. Zijn bibliografie en discografie zijn indrukwekkend. Drs. P werkte alle dertig jaargangen mee aan de afdeling Light Verse van De Tweede Ronde.

 

Konstantin Georgievitsj Paustovski (1892-1968) studeerde wis-en-natuurkunde in Kiev en filosofie in Moskou. Na de revolutie werd hij journalist. In W.O. II werkte hij als oorlogscorrespondent aan het Zuidelijk front. Van 1948 tot 1955 doceerde hij literatuur aan het Maxim Gorki-instituut in Moskou. Zijn korte verhalen beslaan in zijn verzameld werk 600 pagina's; ook schreef hij drie romans. Zijn grote bekendheid heeft hij echter te danken aan zijn tussen 1945 en 1963 geschreven autobiografie in zes delen Verhaal van een leven, alle verschenen in de reeks Privédomein, vertaling Wim Hartog. In 1965 was Paustovski genomineerd voor de Nobelprijs, maar de keus viel - waarschijnlijk onder druk van de Sovjet-Unie - op Michaïl Sjolochov.

 

Bart Plouvier, Mortsel 1951, debuteerde in 1987 met de novelle De maquette. In zijn vroege werk is de zee nadrukkelijk aanwezig, later wordt het mythische dorp ‘Gistrode’ het schouwtoneel waarop zijn wonderlijke romanfiguren aantreden. Daarnaast verschenen van hem een vijftal reisverhalenbundels, poëzie, kinderhoeken en theater. Hij is ook al twintig jaar actief als reisjournalist, momenteel voor UIT-Magazine, De Standaard en Weekend Knack. Tal van zijn verhalen verschenen in literaire tijdschriften. Zijn werk werd meermaals bekroond. In februari 2012 verschijnt bij Manteau de nieuwe bundel korte verhalen Genezijde.

 

Emmanouíl Rhoïdis (Syros 1836 - Athene 1904) was in de tweede helft van de negentiende eeuw de grootmeester van de katharévousa, de tegen het Oudgrieks aanleunende archaïstische schrijftaal van het Nieuwgrieks die in die tijd gangbaar was. Hij was Griekenlands meest geduchte criticus van die jaren, met een ironische en polemische pen die hij ook in zijn literair proza hanteerde; daarvan is de satirische roman Pausin Johanna ook in Nederland niet onbekend (Arbeiderspers 1967, vertaling Gerrit Komrij). Daarnaast heeft hij tegen het eind van zijn leven nog een aantal verhalen geschreven, waaronder het hier vertaalde Geschiedenis uit een hoenderhok (1897, nu in deel V van zijn verzameld werk, Athene 1978).

[pagina 160]
[p. 160]

De Deense schrijver Jørn Riel (1931) reisde op zijn achttiende naar Groenland als telegrafist/ navigator en bleef daar uiteindelijk zestien jaar. Hij nam deel aan verschillende expedities en leerde mondeling overgeleverde verhalen kennen. De jagers die optreden in zijn bekende en vaak herdrukte ‘sterke verhalen’, heeft hij echt gekend in de jaren '50. De Tweede Ronde en Kort Verhaal publiceerden eerder enkele van deze verhalen. In 2010 ontving de schrijver voor zijn oeuvre De Grote Prijs van De Deense Academie.

 

Patty Scholten (Den Haag 1946) schreef voornamelijk diersonnetten (door Kees Stip ooit zoo - netten genoemd). Daar komt nu verandering in: rond de boekenweek verschijnt een autobiografische bundel sonnetten De ziel is een pannenkoek bij uitgeverij Atlas. Ze publiceerde tot nu toe zeven bundels, waarvan twee werden genomineerd voor de VSB poëzieprijs. Website: http://pattyscholten.blogspot.com

 

A.L. Snijders werd in 1937 geboren in Amsterdam, waar hij de lagere school, de middelbare school en de universiteit bezocht. In 1971 verhuisde hij naar de Achterhoek. Zijn voorkeur voor korte zinnen en verhalen heeft te maken met zijn angst voor de anakoloet. Eind oktober 2010 ontving hij voor zijn oeuvre de Constantijn Huijgens-prijs. Zijn laatste bundeling zkv's is in 2011 verschenen onder de titel ‘Een handige dromer’.

 

Nobelprijs- en Pulitzer Prize-laureaat John Earnest Steinbeck (1902-1968) behoeft nauwelijks introductie. Iedereen kent zijn titels East of Eden, The Grapes of Wrath en Of Mice and Men. Steinbeck woonde en werkte een groot deel van zijn leven in de omgeving van zijn geboorteplaats, de Californische kuststad Monterey, halverwege Los Angeles en San Francisco, waar Een eigen slang zich afspeelt. In de hoofdpersoon, de marien bioloog Dr. Phillips, herkennen we ‘Doc’ uit nog zo'n evergreen, Cannery Row. Doc en Dr. Phillips zijn geïnspireerd op Ed Ricketts, vele jaren Steinbecks vriend, die hij begeleidde op verschillende studiereizen.

 

Jacques Sternberg (1923-2006) werd geboren in Antwerpen, maar week in de oorlog uit naar Frankrijk en ging in het Frans schrijven. Hij schreef honderden korte, vaak surreële verhalen. In 1962 stichtte hij met Jodorowsky, Topor en Arrabal de ‘tegenbeweging’ Panique. Sternberg schreef ook enkele romans, waarvan Le délit en Sophie, la mer et la nuit recent opnieuw zijn uitgegeven.

 

James Thurber (1894-1961) was aanvankelijk journalist en werd in 1927 redacteur van de New Yorker, waarin zowel zijn verhalen als zijn cartoons verschenen. In zijn jeugd verloor hij een oog bij een spelletje Wilhelm Tell; de laatste tien jaar van zijn leven was hij vrijwel blind.

 

Tonko Ufkes (Gorredijk, 1958) studeerde Geschiedenis en schrijft meestal in het Gronings. In die taal publiceerde hij een aantal dichtbundels en een verhalenbundel. Met zijn vrouw en kinderen, zijn kippen en duiven (Oud-Hollandsche Meeuwen en Pauwstaarten) woont hij in de stad Groningen.


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken