Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De vermakelijke lotgevallen van Tijl Uilenspiegel (1972)

Informatie terzijde

Titelpagina van De vermakelijke lotgevallen van Tijl Uilenspiegel
Afbeelding van De vermakelijke lotgevallen van Tijl UilenspiegelToon afbeelding van titelpagina van De vermakelijke lotgevallen van Tijl Uilenspiegel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.59 MB)

Scans (3.82 MB)

XML (0.21 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

schelmenverhaal


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De vermakelijke lotgevallen van Tijl Uilenspiegel

(1972)–Anoniem Ulenspieghel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

VIII Hoe Uilenspiegel in dienst trad van den Pastoor van Baesrode, en wat hij aldaer uitrigtte.

Toen Uilenspiegel eenigen tijd daarna ook zijne moeder verloren had, verliet hij Coolkerke waar hij weinig vrienden had, en bijna geheel Vlaanderen doorgaande, hield hij zich te Baesrode aan de Schelde, digt bij Termonde op. Hij had zich noch in

[pagina 38]
[p. 38]
die stad noch in Gend of Brugge, weten te plaatsen; doch ging zich nu aan den pastoor van Baesrode voorstellen, hem aanbiedende om alle boodschappen te zullen doen en hem in alles te willen

illustratie

dienen en geen ander loon vragende, dan de vrije kost en inwoning. De pastoor, die toen juist eene hulp voor zijne oude dienstmeid noodig had, en ziende, dat de jongen er slim en vlug uitzag, en zoo matig was in zijnen eisch nam hem zeergaarne in zijnen dienst, en zeide hem, toen hij hem aannam: - ‘Mijn zoon! indien gij goed oppast, zult
[pagina 39]
[p. 39]

gij hetzelfde eten, wat ik eet en slechts half werk hebben.’ Uilenspiegel bedankte den goeden geestelijken en ging te werk.

Daar er twee kippen te braden waren, zette de meid hare nieuwe hulp aan het spit, hem aanbevelende goed en zorgzaam te draaijen, en de twee

illustratie

kippen op zijn' tijd te bedruipen. Deze arme meid nu, eene goede boere deern uit Gend-hof, een klein plaatsje in de nabuurschap, had maar één oog, en haar aangezigt was zoodanig gerimpeld, dat de zucht van Uilenspiegel tot ondeugendheid weder boven kwam en hem op de gedachte bragt, om haar eenige trekken te spelen. Toen de hoenders gaar waren nam hij er één af en kloof het in haast op. Het etens uur was daar en de meid met eenen glimmenden tinnen schotel
[pagina 40]
[p. 40]
aankomende en maar ééne kip ziende, vraagde: waar de tweede gebleven was? Uilenspiegel antwoordde, zeer bedaard: ‘doe uw ander oog

illustratie

open, en gij zult meer zien.’ De meid boos geworden zijnde, liep terstond naar haren meester, zeggende:

- ‘De lompert, dien gij in dienst hebt genomen, houdt mij voor den gek en verwijt mij maar één oog te hebben, omdat ik maar eene der kippen vindt, die ik heb gegeven om te braden.’

Uilenspiegel moest binnen komen. - ‘Waarom,’ vraagde de pastoor, ‘bespot gij de meid? en wat heb gij met de andere kip gedaan?’ - ‘Meester!’ zeide de snaak op eene eenvoudige

[pagina 41]
[p. 41]

en drooge wijs, ‘ik heb haar slechts gezegd, dat, als zij haar andere oog kon open doen, zij dan beter zoude zien; en wat de kip aangaat, die heb ik opgegeten, omdat, toen u mij in dienst nam, u mij heeft gezegd, dat ik hetzelfde als u zoude eten.’

De pastoor, die een goed mensch was, begon vrolijk te lagchen: ‘het komt mij op ééne kip niet aan; maar doe hetgeen de meid u zeggen zal,’ - vermanende alzoo zijn' jongen knecht tot onderdanigheid aan de dienstmaagd, en nadat hij hem beter had uitgelegd, hetgeen hij bedoeld had, liet hij hem beloven, in het vervolg beter te zullen oppassen.

Maar de volgende dagen deed Uilenspiegel, als hem iets was opgedragen, altijd slechts de helft van het werk. Vraagde men hem om eenen emmer water te gaan putten, dan vulde hij dien slechts half. Moest hij twee spinten haver aan het paard geven, dan gaf hij er slechts één, en zoo met alle andere boodschappen. Nieuwe klagten komen er tegen Uilenspiegel in, en de pastoor

[pagina 42]
[p. 42]

den jongman op nieuw voor zich hebbende laten komen, zeide: ‘wat beteekent die kwade wil? en waarom doet gij slechts de helft, van hetgeen men u voorschrijft?’ ‘Ik vraag om verschooning, Heer!’ zeide Uilenspiegel, zijn gezigt zoo eenvoudig mogelijk zettende, ‘maar ik heb gemeend uwe voorschriften trouw te volgen. Heeft u mij niet gezegd, dat ik hier slechts half werk zoude doen.’ De pastoor, die zeer goed van vertrouwen was, zoude hierin alleen aangeboren domheid hebben gezien, en hem gaarne vergeven hebben; maar de meid dreigde in hare boosheid weg te zullen gaan, indien Uilenspiegel niet werd weggezonden, zoodat hij genoodzaakt was te vertrekken; daar nu evenwel de koster van een nabij gelegen dorp voor eenige dagen gestorven was, bezorgde de pastoor hem deze plaats, hem vaderlijk aanradende, om in het vervolg meer op zijne hoede te zijn.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken