Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1804 (1804)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1804
Afbeelding van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1804Toon afbeelding van titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1804

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.97 MB)

Scans (43.09 MB)

XML (3.60 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1804

(1804)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Opgaave van Wetten en Verordeningen, in onderscheidene Tydvakken, in Engeland, omtrent het Armenweezen gemaakt, getrokken uit het Werk van den Heer Rüggles; voorafgegaan van eenige algemeene Aanmerkingen over den tegenwoordigen Staat van het Armenweezen in de Bataafsche Republiek, door Van Leyden van Westbarendrecht. Te Haarlem, by A. Loosjes Pz., 1804. In gr. 8vo. 154 bl.

Het oude Hollandsche Spreekwoord: Men moet het yzer smeeden terwyl het heet is, op veelerlei gevallen toepas-

[pagina 252]
[p. 252]

lyk, geldt ook omtrent het stuk, van 't welk de tytel deezes Werkjes gewaagt. Voor lang trok het Armenweezen in ons Vaderland, en met regt, de bezorgde en bekommerende aandagt van veelen. Hoe zeer is dezelve opgewekt geworden door het hoogstpryslyk voorstel van den Heere meerman, en het daar op beslootene! Regttydig verschynt derhalven deeze arbeid van den Heere van leyden van westbarendrecht, en wy haasten ons om denzelven aan onze Landgenooten bekend te maaken.

Wie eenigzins gemeenzaam is met de, in de laatste jaaren, uitgekomene geleerde en boekbeoordeelende Tydschriften, in Engeland, weet, hoe groot een aantal den Armenstaat ten onderwerpe hebben, en hoe veel daar uit voor den opmerkzaamen en oordeelkundigen, met de noodige veranderingen, voor dien Staat in ons Vaderland, welke zo zeer om verbetering roept, te leeren en te ontleenen valt. Van deeze waarheid kan het voorhanden zynde Stukje ons een volledig bewys opleveren.

De vaderlandlievende Schryver opent hetzelve met Algemeene Aanmerkingen over den Armenstaat in de Bataafsche Republiek, welke eere doen aan zyn verstand en hart; stelt zyne opgeklaarde gedagten voor, over Commissien tot derzelver herstel en verbetering, en geeft ze ter nadere overweeging en beoordeeling over aan de zodanigen, die in eenige betrekking voor de Armen moeten zorgen. Dezelve zyn kort, bondig, en verdienen aller aandagt. Hy merkt voorts op, dat, het zy dergelyke Commissien worden ingevoerd, of niet, het ten minsten nuttig is voor de zodanigen, die de zorg over de Armen hebben, bekend te zyn met het geen in andere Landen plaats heeft. In Frankryk oordeelde men zulks noodig. Onder de Werken, in het Fransch overgezet, behoort dat van den Heer tho. rüggles, Lid van de Maatschappy voor de Oudheden, en Vrederechter voor de Graafschappen van Essex en Suffolk, onder den tytel: Geschiedenis der Armen, derzelver Rechten, Pligten, en de Wetten daaromtrent gemaakt.

De Brieven van rüggles, ten getale van zes - en - vyftig, gaan van het Jaar 1791 tot het Jaar 1797. Derzelver Vertaaling, in het Hollandsch, gelooft de Schryver, dat met genoegen zou ontvangen worden, door hun, die zich gaarne met dergelyke onderwerpen bezig houden; maar teffens, dat een Uittrekzel van een uitgebreider nut zal zyn. Hier mede hadt hy zich in vroegeren tyde bezig gehouden, en deelt, het geen hy daaraan arbeidde, thans mede.

Dit Werk viel in de rechte handen; daar de Uittrekzels vervaardigd werden door een Heer, die gelegenheid gehad heeft, veel te verneemen, betrekkelyk het Armenweezen en Armenbestuur in ons Vaderland, - die zyn onderzoek deswegen blyft

[pagina 253]
[p. 253]

voortzetten, - die, schoon hy gelegenheid gehad heeft, om veele inrichtingen, in onderscheiden Landen van Europa, te aanschouwen, en zich daar door in staat bevondt, dezelve met het hier te Lande ingevoerde te vergelyken, het echter nog niet zou durven waagen, zyne gedachten mede te deelen over de meestgeschikte middelen om den Armenstaat te verbeteren: wat hy dien aangaande doen zal, als zyn onderzoek vollediger zal weezen, kan hy zelf nog niet bepaalen; maar durft gerustlyk zeggen, zonder de eigenliefde zyner Landgenooten te beledigen, dat 'er veele inrichtingen, in de laatste helft der jongstverloopene Eeuwe, in onderscheiden Landen, zyn ingevoerd, die met vrugt in ons Land zouden kunnen worden bewerkstelligd. Hy meent ook genoegzaamen grond te hebben, om als een heerschend gebrek op te geeven, niet alleen by ons, maar ook by andere Volken, dat men meer bedacht is om Armoedigen te helpen, dan om Armoede voor te komen. - Dit voorkomen, in 't oog van alle menschkundige Menschenvrienden een zo belangryk stuk, is het groot doel des edeldenkenden Schryvers. Allerwegen draagen zyne Aanmerkingen daar blyk van; - zyne Aanmerkingen, schryf ik: want hy heeft meer gedaan dan den moeilyken arbeid van het gewigtigste uit te trekken; hy heeft, behalven korte Taal-, Gewigt-, Maat- en Oudheidkundige Ophelderingen, aan den voet der bladzyden gevoegd, op veele plaatzen de stellingen der Schryveren beoordeeld, byzonder met betrekking tot ons Vaderland: en dank hebbe deeze zyn arbeid!

‘Ik ben 'er,’ dus schryft hy van zyn eigen werk in deezen, ‘verre af van my te verbeelden, dat ik het geluk gehad heb alle de belangrykste denkbeelden en deeze alleen te hebben overgenomen, nog veel minder wil ik gerekend worden, in alles met den Schryver in te stemmen: sommige stukken heb ik 'er ingelascht, die misschien aan sommigen myner leezeren geheel onnuttig zullen toeschynen, maar van eenig belang zyn voor eenen oudheidminnaar, wien deeze bladen in handen mogen vallen; maar, en dit verzoek ik, dat men in het oog gelieve te houden, myn oogmerk is alleen geweest eenige nuttige waarheden voor te stellen; ten einde zy, die verpligt zyn voor de armen te zorgen, dezelve zouden kunnen overweegen, en 'er zodanig gebruik van maaken, als zy meest geschikt zullen oordeelen. Gelukkig toch, dat in deezen de menschenvriend niet behoeft te wagten tot de daarstelling van algemeene maatregelen, welker invoering altyd aan zoo veele moeilykheden onderhevig is. Alles wat strekt om Armoede voor te komen, is nuttig voor hen, die 'er het onmiddelyk genot van hebben, en heeft eenen weldaadigen invloed op de geheele Maatschappy.’

Veele byzonderheden, onzen Leezeren niet onbehaagelyk,

[pagina 254]
[p. 254]

en ook nuttig, zouden wy kunnen ontleenen uit den voor ons liggenden arbeid, zo aan het uittrekken, als in het byvoegen van aanmerkingen besteed; doch vertrouwende, dat een Stukje van zo geringen omvang, en zo veel zaaks bevatrende, de zo zeer aanpryzenswaardige leezing zal aantreffen, vergenoegen wy ons met de Hoofden op te geeven, onder welke de Uittrekzels deezer Brieven gebragt worden; naamlyk: Van het geen plaats had in de vroegste tyden, tot aan de Wet, geduurende de Regeering van Koningin eiizabeth, en wel in 1601 gemaakt. - Wet, in het Jaar 1601, omtrent de Armen gemaakt. - Opgaave eener Proeve om Kinderen te doen werken. - Opgaave van verordeningen, naa den dood van Koningin elizabeth tot de Regeering van george II gemaakt. - Opgaave van Gevoelens van eenige Engelsche Schryvers over de verbeteringen aan het Armenweezen in Engeland toe te brengen. - Opgaave van middelen door het Parlement aangewend, om den juisten staat van de Armentax te kennen. - Verdere opgaave van Gevoelens van eenige Schryvers, waar onder van Dr. price, van Beurzen door vrywillige toelagen daar te stellen - Over het gebruik van sterke Dranken en Bierhuizen. - Over vrywillige Beurzen. - Over de Werkhuizen. - Over de verordeningen, die geduurende de Regeering van george III zyn daargesteld of ontworpen. - Ontworpen Wet voor de Armen in 1796. - By dit alles voegt de Vervaardiger van dit belangvol Werkje zyne Nadere bedenkingen, wegens den tegenwoordigen staat der Armen hier te Lande. Hier treft men lysten aan van de Pryzen der Rogge en Tarwe, in veele, en inzonderheid in de laatste jaaren; een berigt van de Dagloonen in eenige Gewesten en Steden van ons Vaderland, gevolgd van eene vergelyking tusschen die Loonen en den tegenwoordigen prys der Leevensmiddelen. By eenige andere welgegronde aanmerkingen, daar uit voor den Werkman en Behoeftigen afgeleid, voegt hy deeze bedenking, welke wy alleen overneemen, als zo zeer in verband staande met des Schryvers hoofddoel. ‘Het doet mitsdien meer eer aan iemands hart, dan aan zyn verstand, wanneer hy zich vergenoegt met Geld te geeven ter ondersteuning van zodanigen, die gebrek hebben. Andere meer geschikte middelen moeten by de hand genomen worden. Men moet trachten Armoede voor te komen, door werk aan ledige handen te bezorgen, en dit kan niet dan door eene vereenigde werking worden daargesteld.’

Mogt die vereenigde werking eenmaal, in den Lande, op een goeden voet, plaats grypen, en het Pauper ubique jacet, van Koningin elizabeth, in ons Vaderland eene onwaarheid bevonden worden!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • over Frederik van Leyden van Westbarendrecht


landen

  • over Groot-BrittanniĆ« (en Noord-Ierland)