Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1839 (1839)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1839
Afbeelding van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1839Toon afbeelding van titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1839

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.88 MB)

Scans (31.84 MB)

XML (3.59 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1839

(1839)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 482]
[p. 482]

Verzameling van Fransche Woorden, uit de Noordsche Talen afkomstig of door sommigen afgeleid, bijeengebragt door Mr. J.H. Hoeufft, Iste Stuk. A-E. Te Breda, bij Broese en Comp. 1837. In gr. 8vo. 160 Bl. f 1-60.

Deze Verzameling is een nieuw blijk, dat de Heer hoeufft in zijnen ouderdom nog steeds werkzaam is, om uit zijnen rijken schat van taalkennis en belezenheid oude en nieuwe dingen voort te brengen. Ref. wil uit het Voorberigt, zoo veel mogelijk met 's Mans eigene woorden, kortelijk mededeelen, wat de Schrijver hiermede bedoeld en hoe hij hierin gehandeld heeft. Onder het bewerken van zijne Taalkundige Aanmerkingen op eenige Oud-Friesche Spreekwoorden had hij voor eigen gebruik eenige aanteekeningen op het papier gebragt, om met voorbeelden te toonen, dat de Schrijvers der Fransche Etymologische Woordenboeken veelal, uit onkunde van de Noordsche Talen, in de grofste misslagen vervallen zijn. Zes jaren geleden besloot hij, om die aanteekeningen uit te geven, maar werd hierin weder teruggehouden door de uitgave der Origines Françaises van nu wijlen pougens; doch daar hiervan niet meer dan het eerste Deel verschenen is, heeft hij nu zijn vroeger voornemen weder opgevat en uitgevoerd, daarbij zelfs nog zoo veel mogelijk gebruik makende van een eerst later tot zijne kennis gekomen Etymologisches Verzeichniss van stosch. - Voorts heeft hij, bij het opgeven van verschillende, zelfs tegenstrijdige afleidingen, niet dan zeer spaarzaam zijn eigen gevoelen geuit, om geen meesterachtig beslissenden toon aan te nemen, en den Lezer zelven het genoegen der keus over te laten. Hoe bescheiden en vriendelijk en jonger lieden ten voorbeelde dit ook zij, had Ref. nogtans wel gewenscht, dat zulk een bevoegd Regter zijn eigen oordeel wat meer uitgedrukt hadde, daar hetzelve, met goede gronden gestaafd zijnde, den taalkenners niet onverschillig kan zijn: evenwel moet men, volgens deszelfs verzoek, wel in het oog houden, dat hij geen eigenlijk gezegd Etymologicon, maar alleen eenige bijdragen of bouwstoffen tot hetzelve den beoefenaar der Fransche en Cimbrische taalkunde wilde aanbieden; en hiermede is deze Verzameling juist zeer goed gekenmerkt. - Ook heeft de Schrijver hier en daar eenige klaarblijkelijk verkeerde aflei-

[pagina 483]
[p. 483]

dingen in het midden gebragt, doch zulks somtijds gedaan, om de te groote neiging van sommigen tot het, uit de gelijkheid van letters of uitspraak, vormen van afleidingen ten toon te stellen, en somtijds om uit een zoodanig dwaalbegrip aan anderen aanleiding te geven tot het opsporen van de ware herkomst van een woord.

Zulk een Repertorium nu van bouwstoffen, die tot de Etymologie van verscheidene verouderde of nog gangbare Fransche woorden in de Noordsche Talen te vinden zijn, is natuurlijk voor geen uittreksel of bijzondere beoordeeling vatbaar. Wat de laatste betreft, zijn Ref., bij het doorloopen, wel verscheidene woorden voorgekomen, bij welke hij zich met de opgegevene afleidingen niet vereenigen kon, of die hij ten minste zeer onzeker vond; ook wel eens de zoodanige, waarop hij het puntdicht, dat men op eene afleiding van ménage maakte, en dat de Heer hoeufft bl. 58 aanhaalt, kon toepassen:

 
‘Alfana vient d'equus, sans doute;
 
Mais il faut convenir aussi,
 
Que pour arriver jusqu'ici
 
Il a beaucoup perdu en route.’

Doch wilde hij hierover uitwelden, dan zou hij de grenzen van eene hier passende recensie verre moeten te buiten gaan; en met het geven van eene sobere proeve van dien aard verkrijgt de taalkennis geen aanwinst. - Eene enkele aanmerking van eenen anderen aard zij het Ref. vergund nog in het midden te brengen. Het is hem namelijk voorgekomen, dat, bij het afleiden van Fransche woorden uit de Noordsche Talen, alleen de naaste afleiding moest in aanmerking genomen, en dat dus zoodanige woorden niet behoefden vermeld te worden, die men, ja, wel eindelijk misschien tot eenen Noordschen oorsprong terugbrengen kan, maar die toch eigenlijk daaruit niet regtstreeks genomen, en eerst door middel van eene andere Taal in het Fransch gekomen zijn. Het is toch overbekend, dat de Latijnsche en Grieksche Talen vele woorden aan het Fransch verschaft hebben, en bij het smeden van nieuwe nog gedurig verschaffen: nu is het, ja, zeer wel mogelijk, dat de stamvormen van sommige dier Latijnsche en Grieksche woorden iets met die van eene of andere Noordsche Taal gemeen hebben; maar daarom kan men

[pagina 484]
[p. 484]

nog niet zeggen, dat die Fransche woorden uit die Noordsche Taal herkomstig zijn. Bij voorbeeld, in de woorden agriculteur, agriculture, die Ref. op dit oogenblik, bl. 5, voor zich heeft, zij het al eens waar, dat ‘het laatste gedeelte komt van den Keltischen wortel col, de daad van snijden beteekenende, en agriculteur dus iemand is, die het land, de aarde doorkliest, doorgraaft;’ maar desniettemin zijn die woorden, zoo als zij daar nu in het Fransch zijn, zeker niet uit het Keltisch, maar uit het Latijn, agri cultor, agricultura; en de opgegevene afleiding zou alleen in overweging kunnen komen, wanneer men over het Latijnsche woord colere handelde. Is cher, charité, klaarblijkelijk het naast van carus, (charus), caritas (charitas), couronne van corona, zoo goed als trône van thronus, waarom zal men dan den oorsprong in het Noorden gaan zoeken? - Indien deze aanmerking van eenig belang mogt bevonden worden, dan zouden er uit de gegevene Verzameling misschien verscheidene woorden kunnen gemist worden; maar in allen gevalle blijft zij een nuttig Repertorium van taalgeleerdheid, waarvoor men den Heere hoeufft dank verschuldigd is, en welks voortzetting men verlangen mag.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • Vaderlandsche letteroefeningen


Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over Verzameling van Fransche woorden, uit de Noordsche talen afkomstig of door sommigen afgeleid