Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1862 (1862)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1862
Afbeelding van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1862Toon afbeelding van titelpagina van Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1862

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (7.61 MB)

XML (3.36 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1862

(1862)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Bijdragen tot de Oudheidkunde en Geschiedenis, inzonderheid van Zeeuwsch-Vlaanderen, verzameld door H.Q. Janssen en J.H. van Dale. Deel V, No. III en IV, Deel VI, No. I. Te Middelburg, bij J.C. en W. Altorffer, 1860 en 1861.

Drie afleveringen van dit zeer belangrijk tijdschrift zijn weder door ons ontvangen, na ons laatst verslag. Vooral niet minder dan toen mogen wij getuigen, dat de Bijdragen haar roem van degelijkheid en belangrijkheid handhaven. Niet alleen den ijver der verzamelaars en hunne medewerkers mogen wij thans prijzen, maar ook de verscheidenheid, welke meer dan vroeger in den inhoud is gebragt.

Wij gelooven, dat dit laatste zeer in 't belang van het

[pagina 155]
[p. 155]

tijdschrift zelf is. Immers, hoe belangrijk een boekwerk, de uitgave der verschillende Zeeuwsche archieven ook vormen zou - in een tijdschrift, hoe wetenschappelijk ook, mag afwisseling gevorderd worden. Het is zeker moeijelijk, om die verscheidenheid altijd in acht te nemen, zonder het tijdschrift aan te vullen met elementen, vreemd aan het doel zijner verschijning; maar uit deze afleveringen blijkt, dat de mijnen, welke hier worden geëxploiteerd, overvloed van schatten van verschillenden aard bevatten, en dat de ontginners er wel voor berekend zijn, om in het opgedolvene dat zij exposeren, wat nuancering te brengen. De rangschikking kon ons echter nog niet bevredingen, en nog altijd geven wij den bekwamen redacteuren in bedenking, om de rubrieken - vooral I en II - waarin zij den inhoud verdeelen, af te schaffen, of, zoo zij dit niet doen, het territoir van elk dezer wat strenger te handhaven. Waartoe toch eene rubriek Oorkonden, indien men aanhoudend oorkonden onder de Verhandelingen plaatst? Het is eigenlijk eene zeldzaamheid, zoo er onder de laatstgenoemde rubriek een stuk voorkomt, dat op den naam van Verhandeling mag aanspraak maken. En waarom b.v. zijn de brieven en bescheiden van en aan den graaf van 't Roeulx minder oorkonen, dan de mededeeling van Dr. Vorstman, aangaande de verheffing der parochiekerk van Bergen-op-Zoom tot eene collegiale?

Het eerste stuk, dat wij in deze afleveringen vinden, is werkelijk eene verhandeling. In Janssens Domburg in het begin der zeventiende eeuw is de grondstof ten minste eenigzins bewerkt. De arbeid van den heer Caland over het St. Sebastiaansgilde te Selzaten kan des noods ook dien naam dragen, maar voor het overige vindt men in deze afleveringen onder de eerste rubriek geene eigenlijke verhandelingen. Zou 't misschien niet een gebrek van het tijdschrift zijn, dat het te veel grondstoffen, zonder eenige bewerking geeft? Wij bedoelen daarmede niet, dat wij de Bijdragen van haar wetenschappelijk karakter zouden willen zien ontaarden; zoo zij historische novelles opnamen, het zou eene dwaasheid en eene ergernis tevens zijn. Maar de pragmatiek is geene ligtzinnigheid, waarmede aan den ernst der wetenschap wordt te kort gedaan. En zoo de heeren redak-

[pagina 156]
[p. 156]

teurs het al voor een deel aan anderen wilden overlaten, om het zaad dat zij leveren vrucht te doen dragen, wij zouden, nu en dan ten minste, hen zelven ook zoo gaarne eens zien oogsten. Hun arbeid zou minder ondankbaar, en hun tijdschrift meer gelezen worden. Daarenboven, indien zij de zaak meer uit dit oogpunt wilden bezien - er zou een waarborg zijn, dat er niet oorkonden in de bijdragen werden opgenomen, waarvan nooit ofte nimmer iemand nut kan hebben. Niet al wat oud is, is belangrijk, maar men moet het oude opsporen, om wat belangrijks te vinden.

Zoo wij deze aanmerking, of liever opmerking maken, het is niet uit zucht tot vitten, maar uit belangstelling voor het tijdschrift, dat ons reeds zooveel wetenswaardigs mededeelde. Wij hopen, dat de redakteurs haar als zoodanig zullen opnemen.

Nog een enkel woord over den inhoud, opdat deze aankondiging ten minste eenigzins een verslag zij. Janssen's Domburg noemden wij reeds. Waarlijk, wat hij ons mededeelt, is wel eene krachtige aansporing, om het archief van de aloude Walcherensche gemeente verder te exploiteren. Wij gelooven evenwel niet, dat de Nehalennia-zaak daardoor zal worden opgehelderd. De konjektuur over de naamsafleiding van Domburg komt ons niet onaannemelijk, maar toch ook niet waarschijnlijker dan de oude gissingen voor. - De artikels van dezelfde hand: de abt van St. Quintin in Vermandois, patroon der kerken in Oostkerkerambacht en Regnerus Vitellius, eene bijdrage tot het geletterd Zeeland zijn belangrijk.

Tot de belangrijke geschiedenis van Aardenburg's Doopsgezinde gemeente zijn gewigtige bijdragen en bouwstoffen geleverd, welke aanvullen hetggen reeds vroeger over dit onderwerp is opgespoord, door de heeren A.G. Gheldolf en J.H. van Dale. Wij hebben vooral uit de mededeelingen van den laatstgenoemde weder geleerd, dat de Staten-Generaal, hoezeer zij ook altijd per se de staatskerk handhaven moesten, over 't algemeen ten opzigte van de dissenters vrij wat billijker en lankmoediger waren, dan menige plaatselijke magistraat. Wij zouden wenschen, dat het zeker belangrijke archief der Doopsgezinde gemeente te Aardenburg, al was 't ook maar in leengebruik, werd afgestaan aan de bibliotheek der Doopsgez. gemeente te Amsterdam, waar men gaarne

[pagina 157]
[p. 157]

de bouwstoffen voor de geschiedenis der Doopsgezinde gemeenten in Nederland wil verzamelen; maar wij houden dien wensch terug, omdat wij zien, hoe er in Zeeuwsch Vlaanderen bekwame en ijverige handen zijn, om de daar aanwezige schatten te gebruiken.

De heer Gheldolf heeft behalve met het reeds genoemde de Bijdragen verrijkt met eene kopie van de Vernieuwde keuren van Aardenburg van 17 October 1330, en met belangrijke Aanteekeningen op vroeger verschenen deelen dezer Bijdragen. Prof. van Vloten deed dit met zijne uitgave van de Brieven en bescheiden van en aan den graaf van 't Roeulx en van eenige Brieven van Fred. Perrenot, den heer van Champagney. - Verder hebben de heeren F. Caland, Mr. J. Egberts Risseeuw, H.C. Rogge, Dr. M.A.G. Vorstman en P. Cuypers van Veldhoven met hunne bijdragen deze afleveringen opgesierd. Eindelijk mogen wij niet vergeten melding te maken van de uitgave van 't Spel van den hoogen wijnt en de zoeten reijn, een spel van zinne van Cornelis Everaert. Met groot genoegen hebben wij dat geestig produkt van den ouden rethorijker leeren kennen. Met het citaat van een paar zijner verzen, welke wij gaarne op de redakteurs der Bijdragen toepassen, eindigen wij:

 
‘Schelijcx serteijn,
 
Hebben deze twee edele, wys gheengient,
 
Eere ende glorie wel verdient.’

Zoo wij aanmerking op hun arbeid hebben gemaakt, wij roepen hun toe met denzelfden dichter:

 
‘Wij bidden nu, eerweerdeghe Heeren,
 
Ons werk wilt in de beste voude slaen;
 
Wilt danckelic nemen ons licht vermaen!
 
Want 't es bestaen uut vieregher minnen.’

Uit groote belangstelling in de Bijdragen hebben wij onze aanmerkingen gemaakt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • Vaderlandsche letteroefeningen


Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over Bijdragen tot de Oudheidkunde en de geschiedenis inzonderheid van Zeeuwsch-Vlaanderen


auteurs

  • over H.Q. Janssen