Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Veelderhande geneuchlijcke dichten, tafelspelen ende refereynen (1977)

Informatie terzijde

Titelpagina van Veelderhande geneuchlijcke dichten, tafelspelen ende refereynen
Afbeelding van Veelderhande geneuchlijcke dichten, tafelspelen ende refereynenToon afbeelding van titelpagina van Veelderhande geneuchlijcke dichten, tafelspelen ende refereynen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (0.42 MB)

tekstbestand






Genre

drama
non-fictie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes
refreinen
tafelspel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Veelderhande geneuchlijcke dichten, tafelspelen ende refereynen

(1977)–Anoniem Veelderhande geneuchlijcke dichten–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Een ghenoeghlijck Refereyn.

 
Een Kalver-staert, ende een Mossel-mande
 
Toghen beyde te samen uyt den Lande,
[pagina 209]
[p. 209]
 
aant.
 
Ouer t'wilde Meyr, om Ridder te zijne
 
Een Erte, ende een Keern-melck-stande,
 
Quamen ghecropen op voeten, en op hande,
 
Ende brachten met hem een poppen schrijne,
 
Een Stroobant heeft met kleynder pijne,
 
Twaelf Molen-steenen deursmeten teenen slaghe
 
Twee Vlieghen zijnder ghecomen vanden Rijne,
 
Ende hebbender al twater wt ghedraghen,
 
Een Stiere gingh doe in stucken saghen,
 
t'Kasteel ter Sluys, soo elck wel weet
 
Diet niet en ghelooft, mach 't selfde gaen vraghen,
 
Een Miere doen een Olyphant verbeet,
 
Dat icker om loghe dat waer mijn leet.
 
Een doot Vercken ging leeren zinghen
 
Om dat alle de werelt woude dwinghen,
 
Met eenen Wespenstrick int verduyren
 
Een Koe ging ouer die waghen springhen,
 
Twee Mosselen doen eenen Walvisch vinghen,
 
Daerom moste hy de doot besuyren,
 
Eenen helschen Draeck liet hem wech vuyren,
 
Van eenen Necker, inde Krake over de Zee
[pagina 210]
[p. 210]
 
aant.
 
Eenen witten Mol ging sijn harnas schuyren,
 
Hy woude bestormen de stadt van Bree,
 
Seven ghesoden rapen wouden mee
 
Elck maeckten hen een Pansier ghereet
 
Die te Somer waren ghemaeckt van snee,
 
Elcke magie was wel thien Mijlen breet,
 
Dat icker om loghe dat waer my leet,
 
Twee Blaesbalghen, ende een Lanteerne
 
Toghen samen int lant van Aveerne,
 
Om een Keers-korf Bisschop te maken
 
Een Biervat dreven sy t'scheerne
 
Om dattet hadde ghestaen buyten de Taveerne,
 
Ende hadde nochtans van Hoy gheweven goet Laken
 
Noch quam daer een Bussel verroter staken,
 
Ende maeckte Nachtegalen van doode Koeyen
 
Want daer quamen drie blinde Bagijnen van Aken,
 
Diet saghen zy waren ghesloten in boeven,
 
Oock quamender smeden twee Vilte-hoeyen,
 
Op eenen Aenbeeldt van gras sonder smeet
 
Een gheroockt Bockens hooft sachmen bloeyen,
 
Om dat het teghen een Kemel street,
 
Dat icker om loghe dat waer my leet
 
Prince drie Slecken ende een Lollepot,
[pagina 211]
[p. 211]
 
aant.
 
Die maecten van biesen eenen ouden Sot,
 
Die Peerden conde schijten meer dan drie oft vier,
 
Van Rijpelmonde saghmen comen t'Slot,
 
Ende quam ghevloghen deur een verckens kot,
 
Het brocht met hem de stadt van Liere,
 
Eenen Spinrocken met haer Baniere,
 
Heeft eenen dooden Wolf ghevanghen,
 
Twaelf Lupaerden ende eenen Stiere
 
Sijnder aen eenen Appel-schelle ghehanghen,
 
Een quaet Ghebroet sat op twee Tanghen,
 
Ende heeft van dit alle beschreuen tbescheet,
 
Eens Conings Kappe hadde groot verlanghen,
 
Dies daeghs meer dan negenhondert coussen scheet,
 
Dat icker om loghe dat waer my leet
 
 
 
Finis.
 
t'Antwerpen by Jan van Ghelen, op die Lombarde veste, inde witte Hasewint. Anno 1600.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken