Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamsche Gids. Jaargang 23 (1934-1935)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamsche Gids. Jaargang 23
Afbeelding van De Vlaamsche Gids. Jaargang 23Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamsche Gids. Jaargang 23

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.61 MB)

ebook (3.35 MB)

XML (1.19 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamsche Gids. Jaargang 23

(1934-1935)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 477]
[p. 477]

Boekbeschouwing

Emmy van Lokhorst. - De toren van Babel. Amsterdam, Em. Querido's Uitg. Mij.

Dit boek is de roman van een geslacht jonge menschen, mannen en vrouwen ondereen, allen discipelen van den verafgoden professor Copijn. Deze wist zijn leerlingen steeds in onstuimige vervoering te brengen. ‘Buiten de enge grenzen van het ouderhuis, buiten de benauwdheid van de maatschappij, deed hij hen de ruimte van het vrije denken gewaar worden. Hij legde er den nadruk op, dat slechts één stem voor ieder van beteekenis kan zijn en dat zij die stem moesten volgen met alle kracht, met alle brandende overtuiging waarover zij beschikten. Altijd het leven zoeken, vluchten voor verstarring en vooroordeelen, voor sleur. Liever verteerd worden door een leven vol strijd, liever verbrand worden door een stralende daemonie, dan in te slapen en het leven te verzuimen. Geen verplichte en gedwongen trouw, geen verroesten in uiterlijke principes, geen schipperen met het eenige wat waarde heeft: het eigen geweten.’

Nu volgen we al die geestdriftige volgelingen in hun strijd met de tegenheden van het leven. Het is een onverbiddelijk gevecht, een wanhopig streven naar geluk, waarheid of macht. De resultaten zijn echter eerder ontmoedigend, want de discipelen blijken achteraf niet uit hetzelfde hout gesneden als de professor. Deze staat op een gegeven oogenblik ‘volkomen eenzaam op zijn post, een vuurtoren midden in zee.’ Wat echter de volgelingen betreft, zijn vroegere leerlingen, deze begrijpen elkaar niet langer. Er is geen gemeenschappelijk streven meer. Zij plegen verraad, mislukken wegens onevenwichtigheid, verliezen den gloed van het avontuur of buigen onder de mokerslagen van het noodlot. Wat geeft het echter, dat de toren telkens weer instort? Van belang is slechts het ideaal, waarmee men begint en dat geen compromis toelaat; en als een heele generatie dreigt te mislukken, dan verschijnt alweer een nieuwe (Tony), die den strijd aanbindt, ‘niet dáár, waar de anderen hem beëindigd hebben, maar geheel van voren af aan: Da capo.’

Deze zeer moderne roman is tevens een zeer onrustig boek. Waar zoovele levens worden gevolgd, moest het onvermijdelijk gebeuren, dat de lezer ongeveer als een tennisbal behandeld zou worden en namelijk een beetje geslingerd van het eene milieu in het andere. Pas is men vertrouwd geraakt met een situatie in Amsterdam, of daar knipt de auteur moedwillig het draadje door en zit men zonder overgang in Ierland, of in Parijs, of aan het Lago Maggiore, met telkens een ander stel menschen op den hals. Bij zulk een opzet bleek het ook onmogelijk alle figuren even diep uit te beelden. Vele blijven slechts min of meer vaag getypeerde silhouetten of worden slechts gekarakteriseerd in verband met het feit, dat ze discipelen van Copijn zijn. Toch is het een verbazend knap geschreven boek, cerebraal en toch niet zwaar op de hand, schitterend in de milieuschildering en geraffineerd scherp in het detailleeren. Daardoor heeft het bepaald een Fransche allure. De door de helden uitgedrukte meeningen aangaande het leven, de liefde, het huwelijk en de maatschappij zijn door den band intens-boeiend. Het gebeuren zelf liet me af en toe een beetje koel en een paar geestelijke conflicten (het laatste onderhoud van Thijs Ronne met Walter Nauta b.v.) vond ik eerder een

[pagina 478]
[p. 478]

tikje tragi-comisch. Misschien ligt dat in het feit, dat ik Vlaming ben en daardoor cerebraal wat minder ‘aufgeregt’.

Wat den stijl betreft, deze is kernachtig en soms van een lenige luchthartigheid, die we slechts zelden aantreffen bij Nederlandsche auteurs. Ik besluit: een alleszins merkwaardig boek, dat ten volle de algemeene aandacht verdient.

 

E. BOSSCHAERTS.

I. van Gelderen. - Duitsch Schoolwoordenboek, derde herziene druk. - J.B. Wolters, Groningen.

Van dit bekende schoolwoordenboek, - bewerking voor schoolgebruik van Van Gelderen's zeer volledig Duitsch vertaalwoordenboek, - verschijnt thans de derde druk, ‘herzien’ door J.H. Van Beckum. Bedoelde ‘herziening’ bestaat uit het aanbrengen van talrijke toevoegingen, wijzigingen en verbeteringen en is wel zóó geschied, dat Van Gelderen zelf verklaart, met gerustheid den tijd te gemoet te zien, waarop zijn medewerker de heele taak zal van hem overnemen.

Van dit woordenboek, zooals het nu voor ons openligt, kan inderdaad getuigd, dat het gegroeid is tot de volstrekte gelijke van Broers en Smit's ‘Engelsen schoolwoordenboek’; beide zijn, voor schoolgebruik in den ruimsten zin van het woord, veruit de degelijkste vertaalwoordenboeken, op Nederlandschen bodem verschenen.

Deze nieuwe ‘Van Gelderen’ heeft op zijn vollediger uitgave voor algemeen gebruik dit groote voordeel: a) dat het niet in de vermoeiende Duitsche letter, maar in ónze, rustige letter gedrukt is; b) dat het de reeks der mogelijke samenstellingen en uitdrukkingen niet tot het oneindige doorvoert en uitput. Het werk is en blijft een schóólwoordenboek, al telt het circa 1000 dichtbedrukte bladzijden en zal het ook tallooze afgestudeerden nog dagelijks dienstig blijken.

Het werk is verkrijgbaar in twee banden (Nederlandsch-Duitsch en Duitsch-Nederlandsch) of wel in één band, naar verlangen van den kooper. Dat het uitstekend en gemakkelijk leesbaar gedrukt is, spreekt van zelf; daar is het een uitgave Wolters voor!

Van harte aanbevolen dus!

H. VAN TICHELEN.

Robert Hohlbaum. - Stein, Verlag A. Langen & G. Mueller; Munchen; 290 blz.; geb. 5,80.

In opvallend mooie taal vertelt de Sudetenduitsche auteur het leven van vrijheer von Stein, den reorganisator der Pruisische staatsinrichting, na den vrede van Tilsit (1807), die het politiek leven in zijn land wenschte op te wekken door het volk invloed op de regeering te geven. De manier, waarop hij dat voornemen trachtte te volvoeren, getuigt van zijn werkelijk staatsmansbeleid. Toen Napoleon ondervond, dat Stein anti-Fransche plannen koesterde, moest deze Pruisen verlaten. Van zijn goederen beroofd, begaf hij zich naar Oostenrijk, daarna naar Rusland. Hij droeg machtig bij tot de ramp van 1812. Ook op het Congres van Weenen speelde hij een bijzonder belangrijke rol (Saksen kwam grootendeels aan Pruisen, evenals Westfalen en het Rijnland). Na het einde van de Napoleontische oorlogen verminderde zijn invloed: Berlijn vond hem te democratisch. Hij overleed in 1831.

Het zwierige talent van Robert Hohlbaum, zijn visionnair inzicht, zijn diepe historische kennis, zijn speciale aanvoeling van de geschiedkundige waarden, maken van zijn roman een fijne psychologische ontleding.

[pagina 479]
[p. 479]

Schenzinger. - Kwik, de Fascisten-Jongen. Literoo, Amsterdam; 245 blz. Ing. fl 1,75; geb. fl 2,50.

Mevr. Wijnaendts Francken-Dijserinck schrijft van dit boek, dat het zedelijke waarden als offervaardigheid, idealisme, gehoorzaamheid en begrip voor anderen hoogschat. Gewis, deze jeugdroman is een belangrijk tijdbeeld. Immers hij schijnt te willen bewijzen, tegen het oordeel van de meeste pedagogen in, dat de jeugd aangewezen is om op het politiek terrein handelend op te treden.

Bedenken we echter, dat nationale opvoeding niet alleen beteekent: opwekking van nationale gevoelens, maar veel meer: inschakeling van die gevoelens in het algeheel zedelijk bewustzijn. Dit is de fundamenteele eisch, gesteld in het belang der natie zelf. Zoo niet zal een volk steeds als een miskweekt kind zichzelf als het ‘onschuldig lam’ beschouwen en de anderen als ‘de wolven’.

 

Dr. J.P.

Dr. Rob. Demoulin. - Les Journées de Septembre; Faculté de Philosophie et Lettres, Liège, 1934; 280 p.

Een jeugdig Belgisch geschiedkundige heeft onlangs een zeer wetenschappelijke studie over de Septemberdagen 1830 doen verschijnen.

Deze studie brengt ons wat meer licht over de Belgische omwenteling. Zij toont ons hoe een volk van een wettelijke oppositie naar den algemeenen opstand overslaan kan, ten gevolge van militair ingrijpen der regeering.

Deze studie, dank zij interessante en nog niet gepubliceerde documenten, verklaart wat eigenlijk de tusschenkomst van de Fransche revolutionnairen voor de Belgische beweging geweest is. Zij brengt ons op de hoogte van de diverse stroomingen in de openbare meening, in de verschillende standen der verschillende Belgische streken.

De schrijver geeft ons nauwkeurig het onderscheid weer, dat er te maken is tusschen het radicale element, dat naar extremistische oplossingen zocht, dat tot alle klassen behoorde, maar vooral onder het volk sterk vertegenwoordigd was en het gematigde element, dat afkeerig was van den algemeenen opstand.

Hij toont ons verder aan, dat de opstand het gevolg was van de nationale opposities, die Belgen en Hollanders scheidden. Zelfs de wanorde in het leger, dat opdracht had Brussel in September 1830 te bezetten en de desertie van de troepen in de forten, die de Mogendheden in 1815 tegen Frankrijk hadden opgericht, zijn alleen te verklaren uit nationale oorzaken. En de mislukking van het militair ingrijpen gaf de rebellen vrij spel.

We kunnen met den schrijver concludeeren: het groote verschil van karakter en aspiraties bij beide volkeren is de oorzaak geweest der revolutie, die deze volken scheidde. Dat het nationaal gevoel zeer sterk was, bewijst het vlug erkennen van het Voorloopig Gouvernement door de meerderheid van het Belgische volk. Een merkwaardig boek!

F.C.

Nieuwe uitgaven.

Van Librairie ancienne Honoré Champion, Parijs:

HUBERTA FRETS: L'Elément germanique dans l'ceuvre d'Emile Verhaeren; 304 blz.

Met een rijkdom van voorbeelden wordt aangetoond dat bij Verhaeren germanismen voorkomen en uitsluitend Vlaamsche wendingen, neologismen, uitroepingen en herhalingen zooals bij Gezelle en anderen, alliteraties, beelden en symbolen, die 's dichters afkomst en natuurgevoel verraden, rhythmen die niet

[pagina 480]
[p. 480]

zijn ‘voilés comme en français, mais durs et martelants comme en allemand.’ Ook over de verschillende periodes in Verhaeren's leven, over zijn moraal, over zijn etsthetica, over ‘la guérison morale du poète’ komen in dit lijvige werk van een nauwgezette en geduldige opzoekster treffende hoofdstukken en rake opmerkingen voor.

 

Van Van Holkema en Warendorf, N.V., Amsterdam:

CLARE LENNART: Avontuur; 229 blz.; 36 fr.; geb. 46 fr.

JAN VAN AS: Lawine; 158 blz.; 28 fr.; geb. 40 fr.

PAMELA WYNNIE: Veronica, de gouvernante, uit het Engelsch vertaald door CHR. MORESCO-BRANTS; 269 blz.; 28 fr.; geb. 40 fr.

 

Van de Hollandia-drukkerij, Baarn:

Wat is dat? een encyclopedie voor jongeren, met veel platen, afl. 6 (blz. 409-488), volledig in 24 afl. à f 1.10.

Hierin o.a.: cliché, colossus, Columbus, concentratie, Confucius, Conscience, conservatorium, constitutie, consul, Cook, Copernicus, Coster, het costuum door alle eeuwen, Couperus, Curie, cycloop, dadelpalm, deel, dampkring.

Contact, maandblad voor de rijpere jeugd, nr. 5 (Mei): kunst, wetenschap, ontspanning, techniek, sport; met veel illustraties (blz. 129-160); per jaar f 4.

Hierin o.a.: Roosevelt. De familie Curie (alles in Marchant-spelling).

 

Van J.B. Wolters, N.V., Groningen:

ALBERT SCHWEITZER: Zwischen Wasser und Urwald, Erlebnisse und Beobachtungen eines Arztes im Urwalde Aequatorialafrikas; gekürzte, für den Schulgebrauch mit Erläuterungen versehene Ausgabe von Dr. H. GROENEWEG; 124 blz.; f 1.40.

Nr. 14 van de reeks: Von deutscher Art und Kunst.

 

Van H. Van Tichelen, Antwerpen:

De kleine Vlaming, Juni 1935.

Nieuws van de maand; Uilenspiegel (Eug. Bosschaerts); De twee boomen op den berg (P. Schepens); Mirza (Geo. Verbrugge); Een huizeken (V. De la Montagne); Wie? Hoe? Waarom?

 

Van H.J. Dieben, Wassenaar:

Dr. L.A.H. ALBERING en Dr. L.G.J. VERBERNE: Van hier en daar, leesboek voor katholieke scholen, 2e deel; 300 blz.; f 2,25, geb. f 2,75.

Van Belgische schrijvers werden stukken opgenomen van Lode Opdebeek, Ernest Claes, Pol de Mont, Guido Gezelle, Anton Thiry, Cyriel Verschaeve, Stijn Streuvels, Felix Timmermans en Thiry en Albrecht Rodenbach.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Eugeen Bosschaerts

  • Hendrik van Tichelen

  • Jozef Peeters

  • François Closset

  • over Emmy van Lokhorst