digheid der negers sterker dan tevoren gevoelden. Zij werden de opstokers van bewegingen die gelijktijdig tegen de feodale eigen vorsten en tegen de koloniale regeringen waren gericht. Dr. N'Kroema, met zijn universitaire diploma's van Londen en de V.S., Sekou Touré, met zijn syndicale opleiding, Fulbert Youlou, als katholiek priester gewijd, de leiders van de opstand in Kenya, en in de Franse koloniën, zij konden allen kleine onafhankelijke staten tot stand brengen. Maar de haat van het kolonialisme en van het blanke ras was geen voldoende bindsel om een groter vaderland als ideaal te vormen.
Zeer onlangs werden in Belgisch Congo partijen gesticht. Kasavubu, Lumumba, Tsjombé, de beide Kalonji's, Ileo en enkele anderen, die in België verbleven, vooral tijdens de laatste Wereldtentoonstelling, hebben getracht de politieke partijen van België na te bootsen. Hun vertegenwoordigers zaten aan de Ronde Tafel waar een kunstmatige Eenheidsstaat, onder de leiding van Belgische staatslieden, op papier werd tot stand gebracht. Een stevige grond mist deze staat. Het strijdvaardig stambewustzijn van Baluba en Lulua, van Batutsi en Bahutu e.a. is nog niet samengevlochten in een nationaal Congolees bewustzijn.
De missies hebben volgens sommigen bijgedragen om eenheid te brengen. Doch de evangelisatie heeft aan de negers het Oude en het Nieuwe Testament doen kennen, voldoende om daarin ook symbolische aanduidingen te zoeken voor de superioriteit van het zwarte ras. Negerkerken werden opgericht en klandestiene nieuwe godsdiensten, zoals het Kibanguisme, beloofden aan de zwarten een betere plaats in de hemel.
Het tribalisme leeft voort. Kan de organisatie van de Verenigde Naties de vrede en de economische orde terugbrengen? De U.N.O. zelf beleeft een ernstige crisis. De nieuwe kleine staten hebben er hun antikoloniale idealen binnengebracht. Kan de nuchtere Skandinaaf Hammarskjoeld met een literaire opleiding en zonder grote politieke ervaring, die als Secretaris-Generaal in werkelijkheid de leiding heeft, voldoende prestige doen gelden en discipline brengen? Kan het leger van huurlingen, waarvan de officieren elkanders taal niet eens kennen, orde brengen zonder bloedige gevechten? Angstig wacht de beschaafde wereld en intussen is de chaos steeds gevaarlijker. Het pionierswerk van vele jaren, gedurende welke Belgische krachten in Congo landbouw en nijverheid hebben ontwikkeld, de gezondheidstoestand hebben verbeterd, voorspoed en tevredenheid brachten, is ernstig bedreigd. Op het ogenblik dat deze regelen zullen verschijnen, zal het in het zwarte Afrika er weer anders uitzien. Doch het zal nog nuttig zijn de belangrijke gegevens die prof. van Langenhove heeft verzameld te overwegen, om grove fouten in de toekomstige houding jegens de overzeese bevolkingen te vermijden.