De Vlaamse Gids. Jaargang 52
(1968)– [tijdschrift] Vlaamsche Gids, De–
[pagina 13]
| |
Das Wunder der Liebe![]() Sinds mei 1968 wordt in Nederland en België de film ‘Das Wunder der Liebe’ vertoond. Het is een Westduitse film van Oswalt Kolle, geregisseerd door F.J. Gottlieb. Het ‘programma’ dat men aan de ingang van de bioskoop ontvangt kondigt de film aan als ‘een film die begint waar voorlichtingsfilms eindigen’. Afgezien van de kritiek op de technische zijde van de film reageerde de pers in Nederland en in België over het algemeen gunstig en werd de film door de filmcritici voor het grote publiek geschikt bevonden. Anderzijds stellen wij tot onze verbazing vast dat enkele onderzoeksrechters in september deze film in beslag lieten nemen als ‘strijdig met de goede zeden’. Omdat deze film anders is dan wat doorgaans als ‘voorlichtingsfilm’ wordt aangeboden en omdat hier eerlijk gepoogd wordt het complexe samenspel van seksualiteit, erotiek en liefde in het huwelijk verstaanbaar te maken en te bevorderen verdient deze film een meer uitgebreide behandelingGa naar voetnoot(1). | |
[pagina 14]
| |
![]()
H. CAMMAER
Licentiaat in de wijsbegeerte. Onderzoeksleider aan het Studiecentrum voor Jeugdproblematiek te Leuven. | |
I. De inhoud van de filmWij menen tamelijk uitvoerig de inhoud van de opeenvolgende delen van de film te moeten beschrijven, waarbij wij meteen de teksten of details naar voor halen die in de film bijzondere nadruk krijgen of die bij de beoordeling een rol kunnen spelen. Men mag de details niet beoordelen zonder een globaal overzicht. Er zijn vijf delen: 1) Inleiding over de wenselijkheid van inhoud en vorm van deze film; 2) Zeven schetsen van typische verkeerde reacties van opvoeders in verband met seksuele opvoeding; 3) De aanpassing van man en vrouw aan elkaar, geillustreerd door de problemen van Petra en Thomas, zes maanden gehuwd; 4) De verwaarlozing van het seksueel-erotische in het geroutineerde huwelijk, geïllustreerd door de problemen van Claudia en Martin, zeven jaar gehuwd; 5) Besluit over het belang van de gecultiveerde tederheid. | |
1. InleidingOswalt Kolle, zelf in beeld, leidt monotoon en zeer ernstig de film in: ‘Sedert vele jaren schrijf ik in boeken en artikels over de psychologie van het kind, van man en vrouw, over de verhouding tussen de geslachten, over erotiek en seksualiteit, over de liefde’. Ondertussen krijgt men enkele beelden uit de reeks artikels die hij schrijft in de ‘Neue Revue’. ‘Mijn film behandelt hoofdzakelijk de seksualiteit in het huwelijk. Opdat de film voor iedereen verstaanbaar zou zijn moest ik meer seksualiteit op het scherm brengen dan tot hiertoe in de film gebruikelijk was’. ‘Bij het begin van deze film ziet U gedeelten van een gesprek met de professoren Giese en Hochheimer. Dit gesprek is voor u nodig om de voorstelling van de intiemste handelingen die daarna volgt te kunnen verstaan’. Professor Hans Griese is directeur van het Instituut voor Seksuologie aan de Universiteit te Hamburg en is een zeer vooraanstaand seksuoloog, Prof. Wolfgang Hochheimer is directeur van de afdeling pedagogische psychologie aan de Pädagogische Hochschule te Berlijn en ook hij is een autoriteit, op het gebied van jeugdpsychologie en pedagogiek dan. De vraag waarrond het gesprek draait is: ‘Seksuele voorlichting in massamedia, films en geïllustreerde zondagsbladen: is dit nodig, is dat mogelijk, is dit schadelijk of nuttig?’ Giese antwoordt hierop o.m.: ‘Het is nodig de openbare mening objectief-zakelijk te informeren. Bij onze patiënten stellen wij vast dat hun begripsniveau duidelijk is gestegen onder invloed van de televisie. Het is nodig dat wij gedragingsmodellen (Verhaltensmodelle) tonen zoals wij ook aan wie een viool bezit tonen hoe die moet bespeeld worden. Het is gemakkelijk aan te leren hoe men een kind verwekt en ook hoe men dit kan vermijden, maar enorm moeilijk is het te tonen hoe met één mens gedurende een gans leven samen te leven’. Hochheimer leest van een papiertje een ‘résumé’ af van het gesprek, waarin o.m.: ‘De seksualiteit is een natuurlijk vermogen van de mens, op zichzelf niet immoreel, verdacht of zondig. Zij is een bijzondere bron van vreugde en lust in de mens, zij helpt het evenwicht tussen de spanningen bewaren en is daardoor psycho-hygiënisch zelfs noodzakelijk. Wat ons eventueel | |
[pagina 15]
| |
schokt moet gezien worden als normaal regulatieproces of uitlaatklep voor driften. Voorlichting mag niet bestaan uit verbod, afwijzing of afschrikken: de mensen willen weten hoe de seksualiteit functioneert en hoe zij aan liefde kunnen doen, “faire l'amour”. Het tonen van normaal en natuurlijk gedrag is hiervoor meer effectief dan bv. een uitleg over de anatomie van de geslachtsorganen’. | |
2. Seksuele opvoedingKolle: ‘Onze instelling tot liefde, seksualiteit en erotiek wordt reeds in de eerste kinderjaren gevormd. Als kind nemen wij de houding van ouders en opvoeders over. Velen houden zich desondanks toch niet aan de geboden en zij overtreden de verboden maar zij worden dan gekweld door een diepgeworteld schuldgevoel: later hindert hen dit om een positieve verhouding tot partner, lichaam en lust aan te nemen. Vroeger stond men overwegend negatief tegenover de seksualiteit: vandaag werken vooraanstaande wetenschapsmensen samen met de leidende kringen van de beide christelijke kerken om dit valse beeld weg te werken. Wij weten nu dat ook de kinderen reeds seksuele gevoelens kennen, maar nu zowel als vroeger zijn er vele ouders die deze vroege interesse van hun kinderen voor de seksualiteit als een schande bestrijden. Ik toon U enkele typische scenes zoals ze door miljoenen beleefd worden’. 1) Meisje van ongeveer vier jaar vertelt aan tafel aan vader en moeder: ‘Een kameraadje heeft me laten zien hoe hij pipi doet: hij ziet er helemaal anders uit dan ik... ik heb me ook uitgekleed...’ Opvliegende en verontwaardigde reactie van de man tegen zijn vrouw: ‘Kan jij niet beter op de kinderen letten’. Moeder schudt het kind door elkaar en zegt dat zij de ganse namiddag op haar kamer moet blijven als straf. Kolle: ‘De normale interesse van de kinderen voor het eigen lichaam en dat van anderen wordt systematisch onderdrukt omdat de ouders zelf de seksualiteit als bedenkelijk en onfatsoenlijk aanvoelen. Zij verliezen het vertrouwen van hun kind’. 2) Jongen van een zestal jaren komt uit de school en vliegt zijn moeder in de armen terwijl hij haar kust en lief doet. Moeder reageert: ‘Het is al goed, Peter, je bent een echte knuffelaar, bijna zoals een meisje’. ‘Mag ik dat dan niet?’ ‘Jij bent een jongen en die zijn hard, die knuffelen niet’. Kolle: ‘Een vals ideaal van mannelijkheid wordt aangekweekt en tegen zijn spontaan aanvoelen in wordt de jongen gedwongen een deel van zijn persoonlijkheid te onderdrukken. Jongens wenen niet, zij zijn niet teder, ze zijn hard... maar van diezelfde jongens verwacht men dat zij later als man tedere liefdespartners zullen zijn!’ 3) Een meisje van 10-11 jaar op eenzame weg. Een man roept haar van achter een boom: ‘Kom maar hier, ik heb je iets te tonen’. Het beeld suggereert dat hij zijn geslachtsorganen ontbloot. Het meisje krijst. Kolle: ‘Vele jonge meisjes ontmoeten wel eens een man die hen wil aantrekken en seksueel prikkelen, die zich naakt toont: exhibitionisten. Meisjes die voor gelicht zijn en uit een liefdevol huisgezin komen, gaan hieraan voorbij, spreken over het voorval met hun ouders. Zij gaan zonder paniek weg, vooral als zij reeds hun vader of broer naakt hebben gezien. Exhibitionisten zijn zieken met contactstoornissen. Voor de meesten die hen ontmoeten is dit een schokkend gebeuren dat door de ontzetting van de ouders en ondervraging door de politie nog erger wordt gemaakt. Zulke meisjes krijgen onbewust een af keer en een houding van walging tegenover het mannelijk geslachtsorgaan’. 4) Een vader nadert behoedzaam de slaapkamer van zijn zoon van ongeveer dertien jaar, opent de deur en men ziet aan de bewegingen van het deksel dat de jongen zich masturbeert. Een woedende uitval van de vader. Kolle: ‘Ouders dringen met geweld binnen in de intimiteit van hun kinderen. Zelfbevrediging is niet schadelijk voor de gezondheid en is ook niet immoreel. De onanie, zoals ze door de meeste jongens en door vele meisjes wordt in praktijk gebracht, is een normaal ventiel. Het kan zelfs een teken zijn van een positieve instelling tegenover de eigen lustgevoelens. Het is een voorbereidende oefening van seksueel leven, van lustzoeken, voorlopig aan zichzelf’. 5) Een meisje van ongeveer twaalf zit in bed en roept haar moeder toe: ‘Ik bloed daar beneden, ik kan niet naar school gaan’. Moeder: ‘Och, nu ben je ook al zover. Dat krijgen wij vrouwen om de vier weken, afschuwelijk! Ik haal wel iets daarvoor’. ‘Wat is dat dan, waarom heb je daar niets over gezegd?’. Geen antwoord hierop, alleen: ‘Pas nu maar op, nu kan je ook kinderen krijgen. En met de jongens moet je oppassen, hou er je niet mee bezig’. Kolle: ‘Slechts tien procent van de meisjes horen vóór de eerste maandstonden wat er gaat gebeuren. Alleen deze meisjes kunnen dit ogenblik met vreugde verwachten, zij kunnen trots zijn en zich op hun vrouwelijke rol voorbereiden. Voor de meeste anderen is het een schrikwekkende gebeurtenis, als een ziekte’. 6) Gesprek tussen een vader (die postzegels inplakt in een album) en een moeder (die breit) in de woonkamer, 's avonds laat. Moeder maakt zich ongerust over het uitblijven van de zestienjarige zoon; reactie van de man: ‘Maak je geen zorgen, die weet wel wat hij moet doen’. Daarna maakt hij zich ongerust over het uit blijven van de dochter van zeventien, waarop de moeder: ‘Zij is anders, zij zal niets verkeerds doen’. Kolle: ‘Vele ouders kweken nog een dubbele moraal. Wat voor de zoon normaal is, en zelfs aangemoedigd wordt, is voor de dochter verboden. Men meent dat de eigen dochter een a-seksueel wezen is dat beschermd moet worden. De dochters van andere mensen zijn juist geschikt als oefenterrein voor de eigen zonen. De jeugd doorziet die dubbele moraal en gaat noodgedwongen op heimelijke wijze haar eigen weg. Ouders en opvoeders verliezen zo het vertrouwen’. 7) Een jongen van ongeveer zeventien geeft een klasgenote bij haar thuis uitleg over wiskunde. Na een tijdje zegt het meisje: ‘Weet je dat niemand in de klas gelooft dat jij mij | |
[pagina 16]
| |
met wiskunde helpt? Kom je echt alleen daarvoor?’ De jongen is verbaasd en zegt ‘ja!’. ‘Jürgen, ik heb een twee voor wiskunde! Nu sta je verbaasd, is het niet?’ Het meisje schikt de situatie zo dat na een poosje een eerste schuchtere kus wordt gewisseld. Op dat ogenblik komt vader binnen. Hij jaagt de jongen boos de deur uit. Kolle: ‘Volgens de opvatting van de meeste ouders mogen jonge mensen zich vóór het huwelijk niet oefenen in tederheid. Zij worden ertoe gedwongen alles heimelijk te doen zodat zij slechts met schuldgevoelens elkaar kunnen ontmoeten. Deze oefening is echter nodig om de algemene trekken van het andere geslacht te leren kennen opdat zij zich niet aan een verkeerde partner zouden binden vooraleer zij hun eigen neigingen en tegenzin hebben leren kennen’. | |
3. Aanpassing van man en vrouw1) Inleiding. Kolle: ‘Volgens Kinsey zijn 75% der mislukte huwelijken gestrand op gebrek aan seksuele harmonie. Dit gebrek is bij een beginnend huwelijk volkomen normaal, men moet het alleen weten. Bijna alle echtparen hebben enkele jaren nodig om zich aan elkaar aan te passen, om langzaam een gemeenschappelijk “wij” op te bouwen. Elk brengt tientallen jaren van eigen belevenissen en vooroordelen mee, een eigen beeld van het huwelijk en niet alleen omtrent seksualiteit: het dagelijks leven en de seksualiteit beïnvloeden elkaar, het gaat niet alleen om techniek... het gehele psychische leven is verweven doorheen de betrekkingen met de partner. Zie het voorbeeld van Petra en Thomas, een half jaar gehuwd. Zij meenden dat na hun huwelijk de moeilijkheden vanzelf zouden verdwijnen: dat is een romantische voorstelling, een onrealistische hoop’. 2) Petra in close-up, voor zich sprekend: ‘Wij zouden toch gelukkig moeten zijn: wij verdienen samen genoeg geld om te leven, wij hebben een mooie woning. Een vrouw zou toch gelukkig moeten zijn als haar man in haar is. Was ik te koud of ligt het aan Thomas?’ Men ziet nu dat beiden naakt te bed liggen en dat de geslachtsgemeenschap bezig is... de man komt klaar, maakt zich los, draait zich om en steekt een sigaret op. Petra blijft liggen, begint te wenen. Thomas: ‘Wat heb je, heb ik je pijn gedaan? (kwaad). Ik wil weten wat er is’. Petra: ‘Heb je dan niets gemerkt? Ik heb er niets aan gehad’. Thomas: ‘Dat is zeker de schuld van de pil!’ Petra: ‘Neen, met ons klopt het niet’. Thomas: ‘Bij mij is alles in orde... je hebt comedie gespeeld... waarom ben je dan met mij gehuwd... dan ben je frigide... en je wil het mij in de schoenen schuiven... bij de andere meisjes ging het steeds goed!’ Petra: ‘Loop dan maar naar die anderen’. Zij staat op en gaat haar kleren bijeenrapen in de aangrenzende kamer. Thomas staat ook recht, verontschuldigt zich. Petra is hiervan onder de indruk: ‘Dat heb je nog nooit gezegd; mijn vader heeft zich tegenover moeder ook nooit verontschuldigd!’ Verder pratend op het bed: ‘Alles gaat goed terwijl wij samen vrijen, maar dan plots word je zo anders... zoals toen...’ 3) Flash-back met bruine kleurfilter: samen kijkend naar voetbalspel dat haar duidelijk verveelt; als hij dit merkt neemt hij haar mee naar buiten (Ik dacht er je genoegen mee te doen); zij nodigt hem uit bij haar op de kamer; zij dansen samen, beginnen langzaam te vrijen. Hij leidt haar naar het zitbed waar zij liggend verder vrijen: kussen, borsten en rug strelend... maar na korte tijd wordt hij agressief en blijkbaar neemt hij haar ondanks haar protest en tegenspartelen. Petra: ‘Hoe kan je plots toch zo veranderen, dat heb ik nooit verstaan. Ik wou toen niet, je hebt met mij geen rekening gehouden, ik was daarvoor nog niet klaar’. Thomas: ‘Je hebt gevrijd, me overal aangevat... een man is toch geen stuk hout... je laat je op bed leggen, half ontkleden, strelen en dan zou ik plots moeten ophouden? Als jij mij prikkelend opjaagt dan komt er een ogenblik waarop ik niet meer kan ophouden. Ik kan bijna niet geloven dat het voor jou nooit volledig gelukt is...’ 4) Flash-back (bruin) terwijl Petra zegt: ‘Ja, éénmaal bijna, toen je...’ Thomas komt binnen, strooit de kamer vol bankbriefjes ‘met de groeten van mijn baas’. Hij zegt dat hij weddeverhoging kreeg en zijn wedde in briefjes van 5 mark meebracht omdat het dan meer toont (gelach in de zaal). ‘Nu moet jij niet meer gaan werken’. Gestoei op de vloer, Thomas loopt even weg en brengt nog rode rozen (‘de eerste bloemen sedert ons huwelijk’). Verder gestoei dat blijkbaar uitloopt op geslachtsgemeenschap in de woonkamer op de vloer. Na dit verhaal zegt Petra zachtjes: ‘Tommy, ik wil met je slapen...’. 5) Besluit door Kolle: ‘Tederheid is belangrijk. Het verlangen van de man gaat meestal vrij snel terwijl het bij de vrouw trager stijgt. Volgens Kinsey komen drie vierden van de mannen reeds twee minuten of nog vroeger na het begin van de geslachtsbetrekking tot ontlading: dat is voor de meeste vrouwen te kort en dus onbevredigend. Langere voorbereiding door teder voorspel is nodig terwijl de vrouw ook tijdens de gemeenschap zelf niet gaarne de liefkozingen mist. Ook als de man zich niet lang genoeg kan inhouden mag hij niet egoïstisch zijn en moet hij tenminste in het naspel zijn vrouw tot bevrediging helpen komen’. | |
4. De routine van het huwelijk1) Overgang en inleiding. Kolle: ‘Het probleem van een jong echtpaar is het zich aanpassen en ontwikkelen van gewoonten, het gevaar dat de reeds langer durende huwelijken bedreigt is dat de gewoonte tot verveling verstart. Het huwelijk groeit tot een woon- en werkgemeenschap en de echtgenoten vergeten dat zij eens hebben gezworen altijd mekaar te beminnen. Zij zoeken steeds minder mekaar als partner en hoe langer zij seksueel pauseren, des te moeilijker wordt het om mekaar te vinden. Er is geen enkele wet die de vrouw verbiedt haar eigen man met liefde te verleiden: zij moet niet passief afwachten. Daarom het verhaal van ‘Claudia en Martin’. Claudia schreef: ‘Eigenlijk heb ik alles om een gelukkige vrouw te zijn: een man die | |
[pagina 17]
| |
geslaagd is en bijzondere kinderen... alle bekenden benijden ons... maar ik ben toch ook een vrouw... en een avond- en morgenkus volstaan me niet’. Zij zijn zeven jaar gehuwd, hebben twee kinderen. De man is blijkbaar architect, de vrouw beschikt over huishoudelijke hulp, zij hebben een privé-auto terwijl de man ook over een dienstauto beschikt. 2) Claudia en Martin brengen samen de kinderen naar bed, huiselijk en gezellig. Daarna drinken zij samen een whisky. Martin kreeg juist de opdracht een ganse woonwijk te bouwen. Gevolg: dit jaar niet naar Spanje met verlof, zoals gepland: ‘Dit is de grootste opdracht van mijn leven’. Claudia werpt op dat zij reeds drie jaar na mekaar geen verlof hadden. 3) Claudia ligt klaar in bed en laat wel merken dat zij samen wil spelen. Martin wenst goede nacht en kruipt in zijn bed, naast het hare. Claudia betast haar eigen lichaam, streelt zichzelf en terwijl een roodfilter de beelden kleurt, ziet men fantasiebeelden waarin zij door verschillende Martins wordt aangeraakt en gestreeld, terwijl zij naakt rechtop staan. Muziek en beeld suggereren door ritme en inhoud hoe Claudia zich masturbeert tot volledige ontspanning. 4) Martin vertrekt naar zijn werk, Claudia gaat de eigen wagen halen die in de garage werd hersteld. Terwijl zij toch moet wachten op een bijkomende herstelling nodigt een huisvriend, die bij deze firma werkt, haar uit tot een ritje met zijn Porsche. Met de wagen over de autobaan, een kleine weg, plots stilhouden, een kus. ‘Hoort dit ook bij de diensten van de firma?’ - ‘Natuurlijk!’. Claudia gaat in op de avances, de zetel wordt neergelegd, de partner wil onder de rokken gaan. Zij reageert nu: ‘Neen, niet in de auto’ - ‘Wanneer dan?’ - ‘Laat dit aan het toeval over’. - ‘Claudia, heb ik iets op een verkeerde manier gedaan? Ik ben geen playboy maar jij bent een bewonderenswaardige vrouw, werkelijk een echte vrouw!’ - Claudia: ‘Ik ben met mijn man zeer gelukkig’. 5) Claudia en Martin maken zich klaar om naar een receptie te gaan. Claudia zegt plots dat zij niet mee gaat. Martin vraagt of zo'n gril nu juist vandaag moet komen, en wat haar scheelt. Claudia: ‘Vraag je liever af wat er met ons scheelt, speel niet de grote wijze man, ik ben geen lieve gewoonte... Verontschuldig je niet, jij staat altijd klaar met verontschuldigingen. Wat mij ontbreekt ben jij... je hebt mij de laatste tijd nooit echt in de armen genomen... nu moet het eruit’. - Martin: ‘Je hebt me nooit iets gezegd’ - Claudia: ‘Weet je nogwel hoe ik eruit zie? Ik was er bijna aan toe je te bedriegen’. 6) Martin begint plots een valies te vullen met hun slaapgerief en haar make - up - benodigdheden. ‘Kom, maak je klaar, wij gaan niet naar de receptie’. Na een rit per auto wordt halt gehouden voor een hotel midden de bossen. Claudia: ‘Het Schweizerhaus! Hoelang is dat geleden? Acht jaar’. Op de kamer gaat het gesprek verder: ‘zelfde kamer als toen, hetzelfde bed... een slecht geweten had ik niet... heb ik je nooit gezegd dat ik toen bijna van angst gestorven ben?... ik wou echter, ik wou werkelijk zelf’. - Martin: ‘Je was fantastisch!’. Zij eten samen bij kaarslicht in het restaurant, dan dansen zij langzaam op de kamer en dit gaat zeer traag over in vrijen en voorspel. 7) Besluit. Kolle: ‘Twee mensen die elkaar liefhebben, hebben ontdekt hoe zij aan de alledaagsheid kunnen ontsnappen. Zij zijn naar de oorsprong van hun verhouding van hartstocht teruggekeerd, geen slecht recept. Een plotse vakantie kan vele crisissen oplossen’. | |
5. SlotbemerkingenKolle: ‘Drift en potentie zijn bij de man kort na de puberteit het sterkst, blijven op dezelfde hoogte tot 25 jaar en nemen dan geleidelijk af. Bij de vrouw gaat het na de puberteit langzaam omhoog tot een hoogtepunt op 30 jaar. Daardoor bestaan er soms problemen bij echtparen van gelijke leeftijd. De jonge gehuwde vrouw vindt zich dikwijls overvraagd terwijl de dertigjarige dikwijls over moeheid van de man klaagt. Men mag zich daardoor niet laten leiden. Vanaf het begin moet de seksualiteit losgemaakt worden van het louter instinctieve zoals bij de dieren. Liefde en seksualiteit kunnen zoals een kunst ontwikkeld worden. Ook de liefdeskunst is positief en produktief.
Beide partners moeten hun lichaam als een instrument met grote verscheidenheid van mogelijkheden opvatten, het ganse lichaam. Aangeleerde vooroordelen en houdingen moet men afleren om vrij en zonder angst samen te zijn. Een der vooroordelen is dat de man altijd actief, de vrouw passief moet zijn: in een goed huwelijk vervolledigen de partners elkaar, wisselen in hun rollenspel af. Een ander vooroordeel is dat slechts één lichaamshouding bij seksualiteit normaal zou zijn: moderne wetenschappelijke onderzoekers van de seksualiteit spreken nu slechts van pervers als de ene partner de andere zonder met iets rekening te houden uitsluitend voor eigen bevrediging gebruikt. Zolang de éne de andere niet kwetst in schaamtegevoel of smaak, zolang de psychische en lichamelijke eenheid van de echtgenoten verdiept wordt, zolang beiden meer vreugde in hun samenzijn ondervinden, zolang mag niemand aan verkeerde of perverse handelingen denken. Vooraanstaande seksuologen over de hele wereld, o.a. Kinsey, Masters en Giese, zijn het erover eens dat het geluk van de partners niet wordt bepaald door de mate van techniek en variatie, maar door de mate van psychische wederzijdse overgave en tederheid. Er zijn volgens Giese geen perverse handelingen zolang zij met tederheid verbonden zijn. Dit zij vooral gezegd voor wie zich uitsluitend op zijn technische bekwaamheden beroemt. Het toverwoord inzake seksualiteit en huwelijk is tederheid, gecultiveerde tederheid vol fantasie’.
Terwijl deze slotbemerkingen worden uitgesproken ziet men op het doek dooreenwarrelende beelden van Claudia en Martin terwijl zij naakt mekaar kussen en strelen over het ganse lichaam, terwijl zij omgang hebben in gewone ligging, zijligging en rijdende houding van de vrouw. De wisseling van beelden is zeer vlug en door elkaar gemengd. | |
[pagina 18]
| |
II. De vorm van de filmEr worden in verband met deze film vele technische tekorten aangegeven, en meestal terecht. De film is in zwart-wit met slechts soms een ouderwets gebruik van een kleurfilter. Het zwart-wit is gewoon gebruikt zonder effecten van contrast e.d. De verschillende delen zijn zomaar aan elkaar gelijmd door het commentaar en soms is ook de samenvoeging van stukken film duidelijk te merken aan verschil in lichtintensiteit, klank-timbre, te plots afgebroken zinssneden. De muziek bestaat uit slechts één zoeterig en klagend airtje waarin een hobo overweegt: zij moet totaal verschillende scenes begeleiden en ook als inleiding en slot dienst doen. Het acteren is echter goed en natuurlijk binnen de uitdrukkelijke sfeer van voorbeeld en gedragingsmodel. Het publiek lacht slechts éénmaal tijdens de ganse film die er werkelijk op gericht is alle emotie te weren. De film kan dan ook nergens erotisch prikkelen: telkens als er enige kans toe zou bestaan zorgt het commentaar of de wisseling van scenes ervoor dat tot deze reactie geen kans bestaat. De stem van Kolle en evenzo zijn gelaat is onpersoonlijk mat. Men zou zeggen dat de tekst nadrukkelijk uit een boek wordt voorgelezen. Het ‘gesprek’ met de beide professoren is gewoon beschamend en het toppunt is dat Prof. Hochheimer het korte résumé van een papiertje afleest. Er zijn in deze film, die geen doorlopend verhaal geeft, maar uit losse flitsen bestaat, heel wat momenten waarop het publiek tekenen van verveling geeft, hoewel dit nooit lang duurt. Laat ons samenvattend zeggen dat de film technisch heel wat beter gemaakt zou kunnen worden, maar anderzijds dat matheid, strengheid en mogelijke momenten van verveling waarschijnlijk bewust zijn gewenst om de film des te meer te kunnen beklemtonen als ernstig, wetenschappelijk zakelijk, steunend op diepgevoelde verantwoordelijkheid, enz. | |
III. De inhoud van de film... commentaar en bemerkingenWij hebben vrij uitvoerig de inhoud weergegeven en hierbij alle elementen opgesomd waarover moralisten, seksuologen, psychologen en opvoeders zouden kunnen twisten. Op moreel gebied bestaan er zeker controversen rond volgende elementen uit de film: de seksuele opvoeding van het kind (seksuele spelletjes, voorlichting), de plaats van lichamelijkheid en erotiek in het gezin (naaktheid), de rol van de masturbatie in de jeugdjaren, de ontmoeting der geslachten in de jeugdperiode, de voorhuwelijkse betrekkingen (beide echtparen hadden tenminste één jaar voor het huwelijk betrekkingen, Thomas had ook betrekkingen met andere meisjes), de masturbatie binnen het huwelijk, de interpretatie van de term ‘perversiteit’. Wij menen dat dit niet erg is: men kan in een pluralistische maatschappij niet verwachten dat een film een door ieder aanvaarde moraal zou kunnen voorhouden. Men zou zich terecht kunnen storen aan uitlatingen die oneerbiedig of beledigend zouden zijn voor andere opvattingen of voor vertegenwoordigers of symbolen ervan: in deze film is hiervan zeker nergens sprake. Vruchtbaarheidsregeling komt slechts even en onrechtstreeks aan bod: Thomas wil de vermeende frigiditeit toeschrijven aan de pil. Daardoor is de vruchtbaarheidsregeling als een vanzelfsprekend element aanwezig, zonder dat de problemen van verantwoordelijkheid en techniek worden behandeld. Sommige critici verwijten dit aan de auteurs van deze film. Wij menen echter dat deze problematiek geen rechtstreeks verband houdt met het hoofdthema van de film, zodat de terechtwijzing van Petra ook gerechtvaardigd is. Opvallend zijn de Duitse cliché-opvattingen over ‘het gelukkige gezin’: goed geld verdienen op de eerste plaats, een eigen huis, succes in zijn werk en werkkring, benijd worden door de kennissen, veel comfort. Even opvallend is daarin de rol van de vrouw: thuisblijvend. Zo vindt Thomas het buitengewoon als hij kan aankondigen dat Petra niet meer moet gaan werken. Deze film richt zich duidelijk tot de mannen: heel de commentaar is erop gericht de belangrijkste fouten van de man te beklemtonen en beide hoofdbrokken van de film worden door de vrouw verhaald om te komen tot een oplossing van het probleem waarbij de man de belangrijkste fouten had gemaakt en de vrouw door aanvoelen en optreden de weg effent voor het herstel van de verhouding. Dit komt ook overeen met het hoofdthema van de film: aantonen dat seksualiteit en erotiek in het huwelijk slechts door de tederheid tot werkelijk menswaardige verhoudingen leiden. Blijkbaar wordt als vanzelfsprekend aanvaard dat de (Duitse?) man absoluut het hoofd is van het gezin, de gezagdrager, degene die het initiatief neemt in alle maatschappelijke aangelegenheden en telkens als men buitenshuis optreedt. Er wordt op gewezen dat de vrouw niet volledig passief moet afwachten en dat zij haar man wel met liefde mag verleiden, dat het de man niet misstaat zich ook even te verontschuldigen. Aan de positie van de man als hoofd, als veroveraar en als autoriteit wordt echter in wezen niet geraakt, wat wij wel betreuren in deze film. Het hoofdthema van de film is dus niet de seksuele voorlichting, zodat men ook niet de informatie krijgt die doorgaans in de doorsnee-voorlichting wordt aangeboden. Er wordt verondersteld dat de kijkers gehuwden of verloofden zijn of in elk geval personen die over een basisvoorlichting beschikken. Nederlandse critici hebben erop gewezen dat het seksuele in de enge zin in de film zelfs afwezig is: de geslachtsorganen worden nergens getoond en slechts heel even ziet men iets van de schaambeharing van de vrouw, masturbatie wordt zowel bij de jongen als bij de gehuwde vrouw door begeleidende elementen gesuggereerd, geslachtsbetrekkingen ziet men eigenlijk niet: slechts deelbewegingen of houdingen die daarop wijzen. Op het einde van de film is de wisseling van beelden rond het thema afwisseling van techniek en medespe- | |
[pagina 19]
| |
len van het ganse lichaam zo snel en zijn de beelden telkens vanuit een andere gezichthoek gefilmd, zodat men zich zeer snel moet oriënteren aan de herkenning van één of ander lichaamsdeel, wil men de houding of techniek identificeren. Sommige critici verwijten daarom de auteurs dat zij daardoor aan onechte idealisering doen.
De hoofdreden van de soberheid op het gebied van de seksualiteit in de enge zin ligt waarschijnlijk in de vrees voor censuur. Ook de eigenlijk nutteloze cliché-uitspraken van de beide geleerde professoren moeten voor dit doel dienen. Men kan daarnaast evenwel ook aanvoeren dat deze soberheid de aandacht richt naar het eigenlijke thema dat ligt in de vermenselijking van de verhoudingen en van de techniek, door het afstemmen van de personen op elkaar en door de tederheid.
Men verwijt de film naar de inhoud ook dat hij teveel themata tegelijkertijd wil behandelen, waardoor de film noodzakelijk in fragmentjes uiteenvalt die dan te kort zijn om de nodige nuanceringen aan te brengen. Sommigen wensen zulk thema behandeld te zien in een werkelijke speelfilm. In zeker zin is dit verwijt wel gerechtvaardigd, maar anderzijds moet men zich ook afvragen of het publiek dat nu bereikt wordt de inspanning zou opleveren om naar bv. vier deelfilms te gaan kijken?
Deze film is in elk geval gemaakt om in de gewone zalen in een gewoon lopend programma ingeschakeld te worden, zodat hij een doorsnee-publiek bereikt. Het is niet de bedoeling een film te brengen die in een pedagogische sfeer zou vertoond worden met commentaar of bespreking of als illustratie in een geheel van uiteenzettingen. Zoals voor elke film die vooral informatief is opgevat, is hij mogelijk erg vervelend voor wie in de behandelde thematiek goed thuis is. Wij menen echter dat de doorsneekijker in de filmzalen deze film goed kan verwerken en dat de nadrukkelijkheid rond de hoofdthema's didactisch verantwoord is. Men mag ook niet uit het oog verliezen dat Oswalt Kolle zijn artikels over dit onderwerp schrijft in een zeer verspreid zondagsblad en dat zijn film zich tot hetzelfde publiek richt. Toen wij de film bespraken met een groep mensen die zowel wereldbeschouwelijk als qua vorming en milieu gemengd was, bleek men eensgezind te zijn in de mening dat deze film zeker geschikt is voor vertoning in de gewone zalen en dat deze film nuttig werk zal leveren, niet alleen voor gehuwden, maar evenzeer voor verloofden en voor jonge mensen die tot volwassenheid komen. Los van deze film zijn wij ervan overtuigd dat voorlichtingsfilms naast voorlichting op school, in de televisie en lange geïllustreerde bladen in onze tijd moeten aanvaard worden en positief gewaardeerd: de diversiteit van normen en levensopvattingen die daarin zeker een rol speelt is geen nadeel, omdat zij op een bewust niveau beantwoordt aan de diversiteit die er in het dagelijkse leven op dit gebied ook aanwezig is en die niet dikwijls genoeg tot bewuste stellingname uitgroeit. Als onze maatschappij deze groei positiever zou benaderen en bevorderen zou het niet meer nodig zijn zulk een film te dekken door uitspraken van geleerde professoren en zou inbeslagneming door verkeerd gerichte censuur onmogelijk zijn.
H. Cammaer |
|