Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamsche School. Jaargang 13 (1867)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 13
Afbeelding van De Vlaamsche School. Jaargang 13Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamsche School. Jaargang 13

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (6.29 MB)

Scans (24.60 MB)

ebook (8.03 MB)

XML (1.10 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamsche School. Jaargang 13

(1867)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Doe voor anderen hetgeen gij wenschen zoudt, dat voor u gedaan werd.

Een Indiaan, die op zijne jacht ongelukkig was geweest, dwaalde rond in de nabijheid eener plantage, in de Europesche bezittingen, op de grenzen van Virginië gelegen. Hij naderde deze plantage, en den eigenaar in de deur gezeten ziende, gaf hij hem te verstaan, dat hij grooten honger had, en verzocht tevens een stuk brood: op de weigering, welke hij in antwoord kreeg, vroeg hij een glas bier, doch ook dit werd hem geweigerd. ‘Maar ik sterf van dorst,’ hernam de wilde; ‘geef mij ten minste een weinig water.’ - ‘Vertrek, Indiaansche hond,’ zegt de planter, ‘gij zult hier niets hebben!’ - Eenige dagen daarna gebeurde het, dat deze hardvochtige planter, met eenigen zijner vrienden in een bosch op de jacht zijnde, zich door het vervolgen van eenig wild, dat hij niet bereiken kon, van zijn gezelschap verwijderde en hetzelve ten laatste geheel verloor. Na den geheelen dag te hebben omgedoold, bemerkte hij eene hut der wilden. Uitgeput van vermoeidheid en bijna stervende van hongeren dorst, begaf hij zich derwaarts, met vriendelijk verzoek, dat men hem tot de naaste Europeaansche plantage wilde geleiden. ‘Het is te laat,’ zeide de wilde, eigenaar der hut, ‘om hoop te kunnen voeden, daar voor den nacht te zullen aankomen; blijf hier, gij zult welkom zijn en morgen wordt het weder dag.’ - Vervolgens zette hij hem een stuk wildbraad voor met verder benoodigde ververschingen. Daarna eenige vellen uitgespreid hebbende, ten einde een bed te maken, deed hij hem ter ruste gaan, beloofde hem den volgenden morgen vroeg te wekken en op den rechten weg te brengen, waarna hij hem eenen goeden nacht wenschte. De nacht ging om: de wilde hield zijnen gast woord en vergezelde hem tot hij den weg, welke hij te nemen had, herkende. Op het oogenblik dat hij zich van zijnen gastheer zoude verwijderen en hem vaarwel zeggen, ziet hij den wilde stil staan, hem aanzien en vragen: ‘Herkent gij mij?’ de planter beeft van schrik, daar hij hem op dit oogenblik voor denzelfden Indiaan herkent, welken hij voorheen met zoo veel hardvochtigheid had doen vertrekken. Bevende bekende hij, dat hij zijne trekken herkende, en te gelijker tijd begon hij zich over zijn onredelijk gedrag te verontschuldigen; maar de wilde viel hem in de rede, hem koeltjes toevoegende: ‘Wanneer gij eenen armen Indiaan ziet, die van dorst sterft en u een glas water vraagt, zoo geef het hem, en zeg nooit weder: ga heen, Indiaansche hond! Herinner u vooral die schoone en verhevene spreuk in alle tijden en op alle plaatsen: ‘Doe voor uws gelijken hetgeen gij wenschen zoudt dat zij voor u deden: en, veroorloof u nooit eenige daad, welke gij niet van hunne zijde wenschte te ondervinden.’ Na dezen raad wenschte hij hem goede reis en verliet hem. Het is niet noodig te vragen, wie van deze twee, de Indiaan of de planter, den naam van wilde verdiende.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken