Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 1 (1888)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 1
Afbeelding van De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 1Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (8.87 MB)

Scans (373.72 MB)

ebook (8.88 MB)

XML (0.95 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamse School. Nieuwe reeks. Jaargang 1

(1888)– [tijdschrift] Vlaamsche School, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Kunstnijverheid

De hr. Frans van Kuyck, onze talentvolle kunstschilder, heeft in den Provincieraad eene puike redevoering uitgesproken, ten voordeele van de heropbeuring der nationale kunstnijverheid.

Zeker is niemand bevoegder dan hij om in dit vak met gezag het woord te voeren. Hij werd dan ook met veel aandacht aanhoord, bijzonder door de leden der Bestendige Deputatie, en alles laat voorzien, dat zijne aanbevelingen een allergunstigst onthaal zullen verwerven.

Ziehier deze redevoering, waarop wij de bijzondere aandacht roepen van allen die belang stellen in de kunstnijverheid en van hen, die geroepen zijn om dien tak van onzen nationalen arbeid te bevorderen:

 

Mijnheeren,

 

Ik neem het woord met een gerust gemoed, omdat het voorstel, waarover ik u onderhouden wil, afgescheiden is van allen partijgeest en voor het oogenblik geene geldelijke opofferingen vraagt, welke het provinciaal budjet zouden verzwaren.

Het geldt de verbetering, op stoffelijk gebied, van den toestand der arbeidende klassen door de bescherming der kunstnijverheid; en de genegenheid, die wij allen de minderbegoede standen toedragen, laat mij hopen, dat gij mij welwillend en oplettend zult gelieven te aanhooren.

De ambachten, in hunne betrekking met de kunst, waardoor ze vroeger werden beheerscht en waarvan ze tegenwoordig geenen genoegzamen invloed ondergaan, ziedaar in enkele woorden het onderwerp, waarop ik uwe aandacht zal pogen te vestigen.

Uit den bovenmatigen aangroei onzer bevolking is een vernepen toestand gesproten, en dit vooral voor de werkende klassen. De beschikbare armen vinden geene bezigheid en er dienen middelen gezocht te worden om dien toestand te keer te gaan. Zullen wij daar toe rekenen het stichten van kolonies, welke wij niet machtig genoeg zijn te verdedigen en men ons later ontfutselen zal? Ik betwijfel of wij den tijd hebben zouden er de weldaden van te genieten, en bovendien, het uitwijken ligt niet in den aard van ons volk.

Of is het soms in den landbouw, dat wij onze hoop op verbetering stellen mogen? De akkerbouw kwijnt, en ontegensprekelijk is grootendeels daarvan de schuld, de ontoereikende ontwikkeling onzer landbouwers op praktisch wetenschappelijk gebied. De landbouw kan dus verbeterd worden. Welnu, dat men de landbouwers ondersteune waar en wanneer men kan, en zooveel men kan; aldus zal men verbetering brengen in hunnen persoonlijken welstand, gansch onze genegenheid waardig; maar niets, niets, zal er veranderd wezen aan de groote oorzaak der kwaal: overbevolking zonder voldoende nijverheid.

Er moet bezigheid gezocht worden voor ledige handen: op het gebied van handel en nijverheid is het, dat ons volk

[pagina 140]
[p. 140]

stof vinden moet voor zijne gekende werkzaamheid; daar kan het optreden met de eigenaardigheid, met het kunstkarakter, die het steeds hebben gekenmerkt, en alzoo de plaats herwinnen waaruit het verdrongen werd.

Het ligt geenszins in mijne bedoeling over dien economischen toestand uit te weiden; hij bestaat, en dit is mij voldoende. Ik verlang alleen middelen uit te denken, die hem voordeelig wijzigen kunnen en vooral op de kunstnijverheid toepasselijk.

Onze eigene nationale kunst, onze eigen aard, geprent op de voortbrengselen der verschillige stielen, is een droom, dien ik gaarne tot de wezenlijkheid komen zag.

Vruchteloos zoekt men hedendaags in onze winkels artikels van Belgischen oorsprong; overal integendeel loopt het oog verloren in de producten, waarmede de naburige landen onzen kooplust trachten te verleiden. Dus in ons eigen land, waar het dagloon nogtans minder hoog is dan in Frankrijk en Engeland, worden de uitstallingen, om zoo te zeggen zonder onderscheid, met vreemde koopwaar opgesmukt.

Waaraan de schuld? Omdat wij niet gewapend zijn voor den strijd; omdat het den ambachtsman ontbreekt aan kunstgevoel en goeden smaak; omdat hij niet vermag in zijne werken het karakter te leggen dat ze van het platte, banale doen onderscheiden.

(Wordt voortgezet.)


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken