Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vlaamsche Arbeid. Jaargang 10 (1919-1920)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vlaamsche Arbeid. Jaargang 10
Afbeelding van Vlaamsche Arbeid. Jaargang 10Toon afbeelding van titelpagina van Vlaamsche Arbeid. Jaargang 10

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.29 MB)

ebook (4.96 MB)

XML (1.03 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vlaamsche Arbeid. Jaargang 10

(1919-1920)– [tijdschrift] Vlaamsche Arbeid, De–rechtenstatus Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 58]
[p. 58]


illustratie

Kunstnieuws

Joë English.

Het is met pijnlijke ontsteltenis dat het nieuws van het afsterven van Joë English in de kunstmiddens vernomen werd. Wij hadden graag in liefdevolle pieteit, eene uitvoerige studie gewijd aan het werk van den afgestorvene, de aard van zijn wezen bepaald, de plaats aangegeven die hij in den ontwikkelingsgang der kunst ten onzent heeft ingenomen.

Geboren te Brugge, kwam hij de leergangen volgen der Antwerpsche Akademie, waar hij een der vertrouwde leerlingen van Juliaan de Vriendt wierd, aan wiens leerrijk onderricht hij zooveel zou te danken hebben. Tweemaal tweede prijs van Rome, behaalde hij den Godecharleprijs na blijken te hebben gegeven van, naast een rijk en zuiver gevoel, eene ware scheppingskracht te bezitten; gave die slechts weinigen wordt toebedeeld.

English was een werker en een zoeker. Als alle werkelijke kunstenaars heeft hij gedoold en gezocht om de geschikte wijze te vinden waarop hij, wat hij in zijn hoofd aanschouwde, op het panneel zou vastleggen. Want hij was een vizioenair, een mystiek ziener. De dood heeft hem ons te vroegtijdig onttrokken en alvorens hij ons in eene reeks werken heeft kunnen uitbeelden wat hij, in schoone heimlijkheid in zich ronddroeg. Met welke vreugde nochtans hadden niet zij, die hem gadesloegen, bemerkt hoe ook hij in dezen oorlog eindelijk tot dadenrijpe rust en breed harmonische beheersching scheen gekomen.

Niettegenstaande de betrekkelijk korte tijd dat hij deel miek van de kunstafdeeling van ons leger - hij moest vroeger kisten lossen aan een spoorwegstation - is zijn oorlogswerk vrij belangrijk. Naast de prachtige reeks teekeningen die hij leverde voor S.K.V.H. en die ieder soldaat bekend zijn, naast dit midden- eeuwsch naïeve en toch zoo modern gevoelde Ons Lieve Vrouwtje van den IJzer, was hij in een reeks meesterlijke werken gaan uitbeelden de sprookjes-mooie uitzichten van onze oude martelstede Veurne, waar hij zijn verblijf gekozen had.

Daar in deze werkelijkste aller doode steden, afgesloten van de rumoerige drukte der frontzone - Veurne was voor de soldaten verboden - kon hij leven in zijnen droom midden de kalm spiegelende vaarten, de oud vlaamsche steegjes, de gothische huisjes, waar de bewoners waren uitgevlucht; in deze stad der stilte, waar enkel nu en dan het krakende geluid der spetterende dood, aan de treurende maagdelijke droefheid een bange beklemming kwam toe voegen tot een nieuwe bekoring.

Geen heeft, als hij, die heel bijzondere Edgard Poë-sprookjes atmosfeer van Veurne gevoeld en weergegeven. Als dichter van dit Veurne zal zijn werk rekenen tusschen het zeldzame van blijvende waarde dat hier werd

[pagina 59]
[p. 59]

voortgebracht. Niet verre van daar rust hij nu zijnen laatsten slaap in een der dichterlijkste frontdorpjes: Steenkerke, bij zijn soldaten in wier midden hij heeft geleefd en geleden, die hij heeft helpen opbeuren en voorlichten in hunne verlatenheid, die hij heeft lief gehad met al de liefde van zijn gouden kunstenaarshert, dat hem eens zijn jongens stellen deed onder de bescherming der Heilige Maagd in het innigste gebed zijner schoone mystieke ziel.

D.V.S.

 

Een bezoek aan zijn atelier te Veurne. Er schoot me nog een kwaart uurtje over, om in Veurne stil te houden. Recht naar het college, dat koud zijn zwart nattige muren op den sneeuw afstak.

Den trap doorgewipt, en de holle stappen in den dreunenden gang trokken een fijn, glad geschoren wezentje van een khaki-aalmoezenier even door eene deurspleet. Eene deur verder en boef! met zware vuist, waarop een trage basstem harmonieerde: bin... nen!

Een boel om zich aanstonds niet tehuis te voelen! Doch de gulle handdruk en de sympathieke welkomlach verzekeren u dadelijk de vrijheid om eerst goed rond te kijken, vervolgens gerust en zonder haast de kamer rond te slenteren.

Een lessenaar, waarop palet met borstels en verfbuisjes, verders potjes met penseeltjes en potjes met bloemen, naast knipsels uit gazetten en vliegende papiertjes met vluchtige pennetrekken. In den hoek der kamer, doozen en bakken en rollen papier welke nauwelijks een spoortje vrij laten om de teekeningen en plakbrieven, in den donkeren hoek opgehangen, van naderbij te bezichtigen.

Bij den kunstenaar trekken de muren hun waarde uit de maat van oppervlakte welke zij ten dienste stellen om zijn werk op te speten. Schilderijen met plakbrieven, portretten en teekeningen koppelen en pronken er in raadselachtige wisselvalligheid, zoodat men na een poos overschouwen, de armen op den rug legt en traagjes, brokje na brokje, naspeuren moet.

Op het schouwstuk staan portretjes en garnituurtjes, en aan beider hoeken een op kant gezet sigarenkistje met op het deksel een flink kenmerkende kop geschilderd.

Op dat leuk tochtje rond die aardige kamer, volgt u monkelend de kunstenaar en roept guitig uwe belangstelling voor schetsende bijzonderheden.

Doch daarna gaat hij naar de groote kartonnen omslagen: met fierheid verschijnen alsdan de afgewerkte teekeningen, waarvan de sterk uitgebeelde gedachten de bewondering vastsnoeren.

J. Rombouts.

Raymond de la Haye.

Deze buitengewoon begaafde jonge kunstschilder stierf de eerste maand van den oorlog, als soldaat, rond de forten van Luik. Hij had reeds een aanzienlijk werk daar gesteld, meestal luministische landschappen die, helaas, grootendeels vernield werden tijdens het bombardement van zijne geboortestad, Lier. Hij werkte herhaaldelijk meê aan dit tijdschrift.

[pagina 60]
[p. 60]

Merkwaardig was zijne bijdrage over Paul Verlaine, een voordracht die hij destijds had gehouden voor het Liersche volk in zijn stemmig atelier. Wij wenschen later hier zijn schilderwerk uitvoerig te bespreken, maar eeren nu reeds met ontroerd gemoed zijne dierbare nagedachtenis. De Heer M. Cordemans schrijft thans eene monographie over hem en zal ook de uitgave van zijn nagelaten schriften bezorgen.

Emiel Van der Straeten.

Deze, onze mederedacteur, stierf op het einde van 1918. Hij was een onzer vruchtbaarste schrijvers. Herhaaldelijk trad hij in dit tijdschrift op met fragmenten uit zijn afrikaansch roman Zuiderkruis, met Soedaneesche legenden, met verzen en esthetische studies. Zijn uitgegeven werk is reeds aanzienlijk. Wij vernoemen hier als het beste: Zuiderkruis, 1e deel, de tooneelspelen 1302 en Alexander de Groote, Soedaneesche legenden, de Slaapzieke. Hij was een eenige verschijning in onze letterkunde, de eerste die bijna uitsluitend aan exotisme heeft gedaan. Zijn nagelaten arbeid is verbazend groot. Hij was zoo boordevol dat de tijdschriften en dagbladen zijn werk niet konden bijhouden. Het ware te wenschen dat zijn literaire nalatenschap in kieskeurige handen viel, die uit het vele onvolworden dat hij voortbracht het beste zou weten in het licht te brengen. Wij hopen van dat werk een en ander in Vlaamsche Arbeid te geven.

Hélène Swarth.

Op 25 October l.l. werd de 60e verjaardag van deze beroemde noord-nederlandsche dichteres gevierd. Een comité kwam tot stand en bezorgde een jubileum-uitgave van de honderd beste gedichten door de dichteres zelve gekozen. Dat boek wordt niet in den handel gebracht maar is te verkrijgen bij inteekening, voor de gewone editie aan 10 gulden en voor de prachteditie aan 25 gulden, ten voordeele der dichteres. Inschrijvingen voor Vlaanderen zijn te zenden aan Prof. Aug. Vermeylen, Dieweg, 53, Ukkel bij Brussel. Willem Kloos schreef te dier gelegenheid: ‘Vondel werd afgescheept met een baantje, welnu, laat ons geslacht zich nobeler toonen tegenover haar genie, door een minder berekende erkenning harer gaven, wier roem ten slotte toch ook weer terugvalt op haar land.’

Gustave de Smet.

Het stedelijk muzeum van Amsterdam exposeert op dit oogenblik een reeks schilderijen van dezen talentvollen Gentschen schilder. Hij verblijft sinds den oorlog in Holland te Blaricum, en onder den invloed van Jan Sluyters en andere moderne Hollanders onderging zijne kunstopvatting eene algeheele verandering. Hij sloot zich aan bij de laatste nieuwe richting die thans een algemeen europeesch verschijnsel is geworden: het expressionisme. De rijke kleur van vroeger heeft hij behouden, maar zijn werk is niet zoo zeer meer aan de juiste weergave van de werkelijkheid gebonden: het is abstrakte, gedacht- en gevoel-kunst geworden. In den loop van den winter zal een

[pagina 61]
[p. 61]

groote tentoonstelling van zijn werk geopend worden in de zaal Giroul te Brussel. Wij zullen te dier gelegenheid uitvoerig over dezen schilder spreken.

Edmond Verstraeten.

Op 14 November aanstaande wordt eene tentoonstelling van dezen grooten landschapschilder ter kunstzaal Kleijkamp, in den Haag, geopend. Jozef Muls die het inleidend woord schreef voor den catalogus, zal ook op de opening een voordracht houden over het werk. In December aanstaande wordt dezelfde tentoonstelling, merkelijk vermeerderd, overgebracht naar het stedelijk muzeum te Amsterdam.

Gastemans.

De schilder der antwerpsche kroegen en loensche huizen vertrok na den wapenstilstand naar Andaloezië en hij heeft uit dat zonnige land eene reeks schilderijen en schetsen meêgebracht die in de Lamorinièrezaal te Antwerpen werden tentoongesteld. Zij zijn van een zeer fijn en hoog voornaam koloriet.

Dr Gustave Verriest.

De uitgevers-firma ‘De Sikkel’ zal kortelings de uitgave bezorgen der verzamelde werken van dezen grooten Vlaming, die in de zomer van 1918 te St-Cloud bij Parijs gestorven is. De uitgave zal ingeleid worden door Jozef Muls, die tijdens den oorlog in innig verkeer leefde met den kunstminnenden professor.

Juliaan Severin.

Deze jonge schilder heeft een album uitgegeven met vijf etsen: In Zuid-Provence. Het is zeer knap werk, vol licht en beweging. Het doet soms denken aan Cezanne. De struktuur van de aarde en van de huizen heeft iets organisch als van een geweldig levende kracht die de grondplooien en de bergen tot een spel maakt van reusachtige spieren. Het album kost 25 fr.



illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • J. Rombouts

  • over Joe English

  • over Raymond de la Haye

  • over Emiel van der Straeten

  • over Hélène Swarth

  • over Gust De Smet

  • over Edmond Verstraeten

  • over Gustaaf Verriest sr.