Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
West-Vlaanderen. Jaargang 5 (1956)

Informatie terzijde

Titelpagina van West-Vlaanderen. Jaargang 5
Afbeelding van West-Vlaanderen. Jaargang 5Toon afbeelding van titelpagina van West-Vlaanderen. Jaargang 5

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (27.48 MB)

Scans (180.20 MB)

ebook (32.10 MB)

XML (1.83 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek
non-fictie/kunstgeschiedenis
non-fictie/muziek-ballet-toneel-film-tv


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

West-Vlaanderen. Jaargang 5

(1956)– [tijdschrift] Vlaanderen. Kunsttijdschrift–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 80]
[p. 80]

Getuigenissen

Enkele bekende Vlaamse letterkundigen geven hier ieder een kort getuigenis over de zogenaamde heimatletterkunde


illustratie

Nu gesmaad, dan weer geprezen. Toch springlevend, hier en elders... Heeft iemand reeds het grensbegrip van het streekverhaal pogen vast te leggen? De heimatverteller Felix Timmermans, die men vaak zijn folkloristische kleur verweet, bekoort nog steeds een internationaal publiek door het kenschetsend Liers levensbeeld.

Ter gelegenheid van de zeventigste verjaardag van Ernest Claes, mocht ik hem in de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde toespreken en zei hem dan o.m.: ‘Zohaast men Europese geest en more brains begon te eisen, werd Claes als heimatverteller gedoodverfd. Was ook Cyriel Buysse niet in de eerste plaats een heimatverteller? En Thomas Hardy, om één enkele grote Engelsman te noemen. Niet het milieu, het décor, maar de menselijke inslag is beslissend voor de internationale belangstelling.

Tsjechow is eerst en vooral een Rus, zoals Claes een Vlaming is. En de Rus wordt evenals de Vlaming in het buitenland gewaardeerd juist om de eigen sfeer en de eigen kijk op de eigen mensen’.

De Frans-Belgische schrijver, Georges Eekhoud heeft, lang geleden, de Vlaamse schrijvers aangemaand in eigen taal te schrijven voor hun natuurlijke lezerskring. Hij wist wel dat alleen de verteller die zijn bronnen vindt in het leven van eigen volk, kans heeft het gemoed van volksgenoot en vreemdeling blijvend te ontroeren. Lode Baekelmans

 

Ik moet eerlijk bekennen dat ik, wat de literaire begrippen over heimatletterkunde betreft, niets nieuws kan vertellen. Ik heb als volksschrijver niet anders gehandeld dan mijn voorgangers in het genre: de heimat heeft ons bekoord, het leven en zwoegen van de mens, die hier, zoals overal, hemel en aarde wil veroveren, heeft ons geboeid; we hebben het leven aangevoeld als het zoveelste schuifje in het spel der eeuwen en hopen en dromen ervan dat dit goede volk zijn schoonste levenswaarden moge bewaren en ontwikkelen.

Daar is onsterfelijk, de romantiek van het Houtlandse natuurschoon, te midden van onze laatste bossen, de malve wilgenroosjes, waartegen ons Sint Jakobskruid geelt, en de heide met haar purperzoom die er tegen aan kruipt; het lichtspel van de morgenzon in een hoek pluimgras; het dramatisch beeld van een boerenhof dat langs de Romeinse heerstraat in de morgenmist te broeden ligt als een onweerswolk; het wanhopig gevecht van beuken, kastanjen en berken tegen de koude herfstwind; de witte hoevegevels achter de boomgordijnen, het groenen der welvende verten in het voorjaar, en duizend andere beelden, die boeien en ontroeren.

En daarin leeft de mens, die deze schoonheid bezielt of schendt. Hebt gij ooit

illustratie

tegen de Houtlandse bossen een boer zien ploegen? Hij loopt met pezige stap in de voor, licht voorovergebogen, gehaast, één Frankische werkdrift. Een jonge weduwe loopt voor dag en dauw haar schapen uitzetten langs de graskant. Een paar jonge boerenmeisjes liggen met hun schone ruggen naar de zon in het rapenveld te wieden en vertellen over hun lief; een schuwe man, op stropen uit, springt het bos in en wacht tot wij voorbij zijn; en in de avondstond wordt er getimmerd, gevlochten aan kevies voor vinken, kanaries en kraaihaantjes... Een volk dat werkt en oogst, dat lacht en lijdt, dat bidt en hoopt, en het met zorg geladen leven doorgeeft aan zijn kinderen. Er liggen nog een paar moten het beeld op te roepen van de talrijke windmolens, die op onze heuvelhef, de zeebries opvingen in hun wiekende armen, uitkijktorens van de zee tot over de bossen... Torhout, Snellegem... Onze moeders hebben ons te voet meegenomen, drie uur ver, over de heirweg, voorbij de Zevenkerkse abdij, voorbij Ermitage, Pereboom en de Lange Doornhage, om dan plots over het versgeploegde herfstland Brugge vóór ons te zien, zo net en schoon als op een primitief retabel.

Zo hebben wij al deze dingen gezien en gevoeld, en zo is het in ons werk getreden: verheerlijkt, verdroomd...

Om het volk gelukkig te maken.

F.R. Boschvogel

[pagina 81]
[p. 81]


illustratie

Wanneer men een auteur rangschikt onder de categorie van Heimatschrijvers zal men grif willen toegeven, dat dit niet steeds in waarderende zin geschiedt. De criticus in eigen land kijkt weleens smalend neer op de schrijver, die het enge regionalistische kader tot decorum en het eenvoudige volk, vastgeworteld in zijn eigen wereldje, tot inspiratiebron neemt. Men etiketteert het werk als volksroman en vindt dat het niet eens de moeite loont er meer aandacht aan te wijden.

Het ware goed een juiste omschrijving te kennen van wat men onder Heimatroman begrijpt, doch we kunnen zonder overdrijving verklaren dat het buitenland milder is in zijn oordeel en zelfs in bewondering voor het werk, dat zijn voedingsbodem vond bij het eenvoudige volk, reeds vaak heeft bewezen. Denken wij slechts aan Felix Timmermans. Het komt er in een werk steeds op aan waarachtig te zijn want de waarachtigheid schenkt de zuiverste ontroeringskracht. Hoe kan men dit beter dan in de onvervreemdbare trouw aan eigen aard en wezen, zich van zijn volk als schrijver niet af te wenden doch dit in het oeuvre te laten leven met al de tragiek van zijn kleinheid of genade van zijn grootheid. Met ons werk ons volk te dienen aanzien we niet alleen als een plicht doch het blijve onze trots.

Fred Germonprez

 

Het wil me voorkomen, dat de heimatliteratuur door de nieuwe generatie met zoveel weerzin bekeken wordt, omdat diezelfde generatie voor een deel ook nog besmet is met dezelfde virus. Het is deze verbittering samen met het gebrek aan perspektief, die beletten de blijvende waarde van enkele heimatschrijvers te zien, of zelfs te merken, dat heimatlitteratuur, of geroep naar brains, slechts een herhaling zijn van hetgeen zich in de geschiedenis al meermalen heeft voorgedaan. Onze realisten waren mensen, die meer hersenen eisten van de romantiekers.

Is heimatlitteratuur klein? Is Breughel klein, omdat hij boeren schilderde? Is Racine beroemd, omdat hij slechts de groten dezer wereld

illustratie
Foto Cornelis, St.-Amandsberg


waardig achtte van zijn alexandrijnen? Is Van de Woestijne groter in zijn klassieke onderwerpen dan in De Boer die sterft of in de Latemse Brieven over de Lente? Verliezen wij in de hitte van de strijd niet de eenvoudige waarheid uit het oog, dat het onderwerp slechts de aanleiding is en de manier van behandelen altijd de hoofdzaak? We kunnen de heimatlitteratuur nu grondig beu zijn; daarom verliest ze haar waarde niet voor later. En het is niet moeilijk te voorzien, dat veel namen uit dit misprezen genre zullen blijven. Samen - hopen we - met veel namen van hen, die thans elke dag met (nogal bewuste) hand hun onderbewustzijn melken.

Daan Inghelram

 

Heimatliteratuur, - het woord heeft een ongunstige klank en de grote, officiële kritiek haalt de neus op. Het roept een atmosfeer op van dorpse bekrompenheid, oubollige folklore, uiterlijk schilderachtige flonkering die de innerlijke armoede dekken moet. Wellicht lijden onze heimatschrijvers nog steeds onder de doem die hun voorgangers in het genre, - geen namen! - over zich gelokt en verdiend hebben.

Pleidooi ten voordele van de heimatliteratuur? Het zal nauwelijks nodig en nuttig zijn. In het buitenland zijn namen van heimatschrijvers aan te wijzen die zo goed, of beter, dan hun broeders op het neutrale veld, de diepten en verborgenheden van het menselijk hart gepeild hebben. Meer: ik acht een roman onbestaanbaar zonder heimatliche achtergrond, weze deze dan polder of heide, rue royale of De Keyserlei. Het landschap vormt de mens, terwijl hijzelf zijn stempel drukt op wat hem omringt. De mens reageert op prikkels, die zowel van uiterlijke als van innerlijke aard kunnen zijn.

Waar de heimatliteratuur de schijn wil redden met schilderachtige bijzonderheden, die los staan van het innerlijke gebeuren, glijdt zij fataal naar de oppervlakkige folklore. Waar zij landschap en omgeving oproept in funktie van het behandelde zielkundig proces, steunt zij op grondslagen die onmisbaar moeten geacht worden, omdat zij onafscheidbaar bij het leven behoren.

Em. van Hemeldonck



illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Lode Baekelmans

  • F.R. Boschvogel

  • Fred Germonprez

  • Daan Inghelram

  • Emiel van Hemeldonck

  • beeld van Lode Baekelmans

  • beeld van F.R. Boschvogel

  • beeld van Fred Germonprez

  • beeld van Daan Inghelram

  • beeld van Emiel van Hemeldonck