Nelly Windels
Zilveren Eremetaal
Beroepskunstenaars van België, 1972
In haar doeken moeten we niet zoeken wat ze er zelf niet zoekt in te leggen. Geen diepzinnige zielsproblematiek.
Geen gekompliceerde dissertatie met cerebrale inslag! Zelfs geen opzienbare innovatie van de vormgeving op zoek naar nieuwe richtingen. Het is haar recht te zijn zoals ze is, en hierin eerlijk en open konfrontatie te zoeken met haar medemens, in een eenvoudige taal die spreekt over een onderwerp dat steeds bekoort.
Zo heeft ze het geleerd van kindsbeen af van een Jos Speybrouck.
De akademies van Gent, Antwerpen en Kortrijk. Haar langdurige opleiding bij meesters als Joz. Verdegem, Victor Debudt, Crommelynck en Marstboom, hebben haar een technische bagage bezorgd die haar thans die buitengewone zelfzekerheid geeft die kordaatheid, dit eigen palet, dit alles dat bevalt in het resultaat. Nochtans verloor ze nooit haar oorspronkelijke zelfheid, werd geen gevangene van haar invloed. Nelly Windels heeft metier! Ze schildert zodanig spontaan dat we het haast impulsief kunnen noemen, wanneer ze een greep realiteit in de verf vertaalt.
Ze leest echter volgens de globaalmethode. Ze neemt totale indrukken op en komposeert syntheses van het beeld, ontdaan van de details die in de harmonie en de taal van het geheel overbodig en zelfs ongewenst zouden zijn. Zo noteert als 't ware schetsmatig, zonder gezochtheid, niet geaffekteerd door romantisch gestreel, niet gepeuterd tot alle blaadjes aan een tak, alle sprietjes aan een zode, alle kreuken in een schors getrokken zijn.
Toch zijn haar groen- en boomensembles zo vol typische eigenheid, haar luchten zo massief en vol beweging, haar gebouwen zo solied en haar personages zo