Karel Wollens
60
Karel Wollens is een geboren en getogen sinjoor. Jarenlang schilderde hij - net als honderden en duizenden - landschappen en bloemstukken, maar hij stelde die zaken nooit tentoon. Hij zocht kontakt met de mentors van het ‘Vrije Atelier’. Jan De Schutter, Gust Van Steenwegen en wijlen Jack Godderis zagen in hem een geboren surrealist.
Zijn eerste werk dat surrealistisch is van geest dateert van 1949. Karel Wollens verlangde ernaar zich pikturaal uit te
drukken op een manier die uitsluitend van hem, dus strikt origineel zou zijn. Zo is hij definitief de mysterieus-poëtische weg van het surrealisme opgegaan.
Vertoefde hij vroeger vaak buiten, dan zondert hij zich sindsdien in het atelier af om zijn ideeën in beeldende taal te veranderen.
Geenszins stelt Wollens' kunst dolle fantazieën in het licht. Het buitenissige schuwt hij als de pest. Veeleer lijkt hij op een kalme oosterse monnik, met een getraind innerlijk leven en een verbijsterende geestelijke lading, dan op een surrealistische show-man.
Bewust is Karel Wollens een eenvoudige surrealist. Altijd gaat hij naar de kern, naar de essentie, zonder franjetjes eromheen. Zijn komposities doen nooit druk of extra gekleed aan. Volgepropte taferelen, die vaak de kernidee verhullen, vind je bij hem niet. Hij zoekt geen heil in een onontwarbaar hermitisme, dat alleen happy few kan aanspreken. Zijn schilderijen moeten ook de gewone mens raken en niet slechts intellektuelen.
Doorgaans zijn ze gemakkelijk lees- of interpreteerbaar. Tevens bant hij het ziekelijke en het obscene uit zijn oeuvre. Dank zij de konkrete rationaliteit, de poëtische beelden en de heldere associaties zijn de schilderijen van Karel Wollens vatbaar voor de eenvoudige analyse van de logische intuïtie. De ontvankelijke toeschouwer kan Wollens' syllogismen moeiteloos ontleden. Karel Wollens is een lucide kunstenaar, de kleurrijkste surrealist die we kennen, de antipode van Salvador Dali die eens getuigde: ‘Ik haat het eenvoudige in al zijn vormen’.
Van surrealisten werd dikwijls beweerd, dat zij niet kunnen schilderen. Voor Karel Wollens geldt dit bepaald niet.
Zelfs louter koloristisch bieden zijn schilderijen een verfijnd festijn. Bovendien verkent Wollens de echte menselijke werkelijkheid. Hij negeert de etische noch de estetische waarden. Zijn wereld verplicht ons tot bewustwording van het blijvend vreemde van de meest alledaagse dingen. Hoewel Wollens zijn ogen niet sluit voor het nare en het grimmige in het leven, primeert een klimaat van sereniteit, mildheid en vrede. Het schalkse is zelfs een konstante in zijn werk: geen wrange maar levenswijze humor. Je kan zijn tentoonstellingen geamuseerd bezoeken.
Wat Magritte en Delvaux voor hun generatie zijn geweest, is Karel Wollens - samen met Maxime van de Woestijne - voor zijn generatie. In hoofdzaak voedt het raadsel van het leven zijn schilderkunst. Op zijn keurige flat en piekfijn verzorgd atelier aan de Carnotstraat 71 te Antwerpen leeft hij als een surrealist-in-hart-en-nieren.
René Turkry