Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 34 (1985)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 34
Afbeelding van Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 34Toon afbeelding van titelpagina van Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 34

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

non-fictie
sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek
non-fictie/kunstgeschiedenis
non-fictie/muziek-ballet-toneel-film-tv


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vlaanderen. Kunsttijdschrift. Jaargang 34

(1985)– [tijdschrift] Vlaanderen. Kunsttijdschrift–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 241]
[p. 241]

wij huldigen / wij gedenken

Herve J. Casier
Arthur Merghelynckprijs

Wie is die Hervé J. Casier? Op ‘Coda’ of ‘die schrijft die blijft’ kent men hem nog niet. Deze uitzendingen vallen wel eens in herhaling en verliezen hun kijkdichtheid doordat altijd dezelfde verzen of snoeten te aanschouwen zijn.

De in 1943 geboren tengere onderwijzer (sedert 75 werkzaam in het V.S.O.), niet weg te denken uit Vlissegem, werd nochtans verleden jaar reeds bekroond in de Albert de Longieprijs. Na zes dichtbundels gaf hij ook in dat jaar - 20 jaar na zijn eerste bundel ‘De Landman en de Wolven’ - bij de Kofschip-Kring zijn verzamelde gedichten uit. Eenvoudige woorden in korte verzen verwoorden de stille kracht, waarmee hij het leven als kustbewoner doorgrondt. Zijn proza - tot nog toe enkele verhalen en twee novelles - is breder uitgesponnen. Het behoort tot een andere wereld.

Zoals Hubert Lampo schept Hervé J. Casier met een magisch talent een eigen wereld, waarin hij de actuele situaties laat gedijen. De Koninklijke Academie besloot hem voor het manuscript van zijn nieuwe roman ‘De weg naar Elysium’ de Arthur Merghelynckprijs (1982-1984) toe te kennen.

‘De weg naar Elysium’ is een autobiografisch verhaal van de auteur, voor de gelegenheid genaamd Stifter Berber Grapius en van zijn vrouw, Vinnie of Katze Katzengold. Een verhaal zonder begin en zonder einde, waar droom en werkelijkheid

illustratie
Foto A. Vandeghinste.


dooreengestrengeld aan mekaar voorbijgaan, waar de auteur stemmen hoort in zijn tuin, die hij niet kan thuisbrengen.

De lezer wordt meegesleept doorheen dromen, van de auteur en de schrijver, die soms vlijmscherp afretekent met de overheid die als een tiran ‘het theoreticum’ leidt en van elke communicatie een afkooksel maakt.

Dergelijke omstandigheden maken een theoreticum-bediende (of leerkracht) na jarenlange inzet doodziek. Volgens de theoreticumdirecteur is dit een schijnziekte.

Hervé J. Casier blijft echter de hoopvolle en magische schrijver, die de noodlottige situatie overwint. Aglaja brengt hem vertroosting op zijn weg naar de Elyseïsche Velden. Jonker Arthur Merghelynck mag in zijn graf fier zijn voor de bekroning van een wonderbare roman, die ondanks de moeilijkheidsgraad van het behandelde onderwerp voortdurend boeit door de hemelse dromen van Grapius, de scherpte van de kritische blik op schrijverschap, leraarschap en maatschappij en de diepgevoelige beeldspraak. Dat hij het niet bij één roman late! (Warvinge 107, 8421 De Haan-Vlissegem).

rmdp

Dries Janssen 60

Deze Limburgse auteur wordt op 23 juli van dit jaar 60. Hij werd op die dag anno 1925 te Eisden (Maasmechelen) geboren.

Hij was in de jaren ‘50 wn. regisseur-omroeper bij BRT 2 (Omroep Limburg); daarna werkzaam in de weekbladjournalistiek en uitgeverswereld.

Publiceerde drie dichtbundels (Twee emmertjes, tranen, 1960; Italiaans plaquette, 1970 en Een fles met een boodschap, 1981) en negen romans (Verijdeld da capo, 1955; De doolhof, 1957; Het seizoen, 1958; Een beschadigd mens, 1964, 2de druk 1971); De donkere zijde der maan, 1965; De hel is om ons heen, 1968; Een zomer zonder Simon, 1972; Een deur en nog een deur, 1974 en Aansteker met initialen gevonden, 1976). Verder verscheen van hem in 1960 de novelle Weekend in augustus. De bundel verhalen Ontmoeting met de missing link is van 1971. Mondjerood, een sprookje, verscheen in 1968.

illustratie

Van zijn hand is ook Van AAB tot ZOO, een letterwoorden-boek en afkortingenlexicon (1964, bewerkte herdruk 1978).

Dries Janssen sprokkelde ook twee bundeltjes aforismen samen: Vlaanderen, krijsende partij (1971)

en Liever verbitterd dan versuikerd (1978). Hij publiceerde verder een haast niet te overzien aantal bijdragen in weekbladen, kranten, bloemlezingen en verzamelwerken, documentaire tv-scriptie, luisterspelen, interviews en recensies. Hij werkte mee aan twee encyclopedieën.

Dries Janssen is ook de samensteller van de bloemlezing De muze zingt in het Zuiden - 150 jaar Nederlandse poëzie in Vlaanderen (1981). In 1984 publiceerde hij onder de titel Een harp van prikkeldraad een keuze door hem vertaalde gedichten. In 1985 verscheen van hem de monografie Een Pool op Petrus’ Stoel n.a.v. het bezoek aan de Benelux van paus Johannes-Paulus II.

Vertalingen van politieke essays, monografieën over steden en streken (Amsterdam, Friesland...) en ander journalistiek dagwerk van zijn hand verschenen onder de pseudoniemen André Martin, Felix Culpa, Jan van den Dries, Axel Meerkoet en Maarten van Eisden.

Dries Janssen was redacteur van Boekengids, Heibel, Schuim en Argus en is thans redactielid van Kruispunt.

Van 1976 tot 1979 was hij secretaris, sinds 1979 is hij voorzitter van de Vereniging van Limburgse Auteurs v.z.w. (VLA) (Vijversstraat 99, 3500 Hasselt).

Kunstschilder Alberte Libert

Naar aanleiding van haar 70e verjaardag (26.08.1915, Ename) wordt een grote retrospectieve tentoonstelling van deze begaafde kunstenares opgezet. Alberte Libert verwierf haar basiskennis in de plastische kunsten aan de Academie in Gent. Na een korte periode van lesgeven aan de Academie in Oudenaarde eist de zorg voor haar gezin haar volledig op. Haar bezetenheid voor de schilderkunst komt eveneens op een laag pitje te staan, maar sluimert gestadig verder. Maar op het einde der jaren zestig is er een aaneenschakeling van kunstwerken die verdeeld zijn over prominente privéverzamelingen.

Begonnen met de klassieke olieverftechniek schakelde zij vrij vlug over naar pastel. Dit bracht haar talent tot volle bloei. Het is met verbluffende vakkennis, opmerkingsgave en technische vaardigheid dat het microscopische in macro-dimensie wordt weergegeven. Vanaf de jaren zestig stelt zij de zaken die haar omringen voor: vogels, koralen, bloemen en vlinders. Door het uitwerken en vergroten van het kleine bereikt ze een symfonisch kleurenspel met een subtiel uitdeinend koloriet. Zij kan spelen met effecten; fijne schaduwen van zuiver licht doordringen en dekken elkaar, maar telkens stuurt ze aan op het zichtbaar maken van doorgaans verborgen schoonheid: ‘een wereld in een wereld’. Deze ex-lerares schroomt zich niet om op 54-jarige leeftijd, terug op de schoolbanken te gan zitten,

illustratie

[pagina 242]
[p. 242]

omringd door jong grut, teneinde er de uitermate moeilijke en weinig beoefende temperatechniek volledig onder de knie te krijgen. Deze techniek maakt het haar zeker niet gemakkelijker, maar haar wilskracht en haar eerlijkheid om het detail trouw weer te geven resulteren in sublieme kunstwerken. En nog is haar kunstdrang niet getemperd. Bezadigder en relativerender geworden heeft zij zich thans gestort in de zeefdruk met eigenhandig getekende details naar de natuur en bovendien op eigen pers gedrukt, wat haar toelaat de volledige kunst te beheersen in al zijn facetten. Het zoeken naar kleurenharmonieën blijven een constante in haar kunst en in de vele stromingen en tegenstromingen die elkaar in snel tempo opvolgen is het werk van Alberte Libert zeker een oase van rust.

Over het werk van Alberte Libert wordt ook naar aanleiding van haar zeventigste verjaardag een monografie uitgegeven (Waterstraat 82, 9110 Gent/St. Amandsberg).

Jan Schoonjans

Kunstschilder Alfons Vermeir 80

Kunstschilder Alfons Vermeir werd in 1905 te Baasrode geboren. In Vlassenbroek, vroeger een gehucht van Baasrode, liet hij al vroeg zijn schilderstalent opmerken. Het gezin Vermeir verhuisde naar Antwerpen, waar Alfons aan de Academie en het Hoger Instituut zijn artistieke opleiding genoot, onder meer bij Albert Saverys, die achteraf levenslang een goede vriend van hem bleef.

Alfons Vermeir, die altijd van zijn palet heeft geleefd, verwierf een eigen en herkenbare schriftuur. Daarbij

illustratie

onderging hij wel invloeden van het Vlaams expressionisme, dat echter in de jaren dertig en veertig al in een rustiger fase was gekomen (denk aan het werk van Gust de Smet uit die periode). Zo is Alfons Vermeir één van de laatste vertegenwoordigers van het landelijk Expressionisme in Vlaanderen geworden. Meteen absorbeerde hij invloeden van het zogeheten animisme. Bewijs ervan is zijn zoeken van plastische inspiratie in de stad en de voorstad (denk aan Albert Dasnoy en Albert Van Dyck, met wie Vermeir bevriend is geweest). De rode draad in leven en loopbaan van deze atmosferische kunstschilder is echter een ‘Schelde-gelijkend hart’, zoals Jan Hammenecker dichtte.

De jongste jaren beleefde Alfons Vermeir de sublimatie van zijn kunst. Zijn chromatische kwaliteiten maakten, dat de verf a.h.w. geen verf meer was, maar veredelde kleur of subtiele tonaliteit. Korte tijd na zijn tachtigste verjaardag verraste Alfons Vermeir velen door 318 werken in het Antwerpse venduhuis Campo te laten veilen. Een fraaie catalogus met 14 afbeeldingen werd voor die gelegenheid uitgegeven. De onvermoeibare Alfons Vermeir zal het thans wat rustiger aan gaan doen. Nog vele jaren, vriend Alfons! (Marsstraat 86, 2600 Berchem.)

René Turkry

In Memoriam Cecile Swinkels

In de H. Hartkliniek te Roeselare overleed op 29 mei 1985 Voordrachtkunstenares Cecile Swinkels in haar 48e levensjaar. Cecile was lerares Nederlands aan het Lyceum O.L.V. van Vlaanderen te Kortrijk en gaf les in de Voordrachtkunst aan de Roeselaarse Academie voor Muziek en Woord. In deze laatste functie was zij onze hooggewaardeerde en charmante collega. Telkens opnieuw stelde zij haar geprezen artistieke talenten genereus en belangloos ter beschikking van wie er haar om verzocht. En dat waren dan vooral haar talrijke oudleerlingen, organisators van kunstavonden en niet te vergeten de directies van diverse conservatoria en Muziekacademies die haar voor de eindejaarsexamens telkens opnieuw engageerden als competent jurylid.



illustratie

Op haar gedachtenisprentje lezen we onder haar foto op de voorzijde: laat ons stralend blij zijn om alles aan te kunnen wat op onze weg ligt. Woorden die ze zelf schreef en in de praktijk beleefde, niet in het minst tijdens de lange lijdensweg die aan haar moedig afsterven voorafging.

Aan haar broer Pater Gerard Swinkels en haar beide zusters-kloosterlingen Adeline en Margriet bieden wij namens het CVKV onze oprechte gevoelens van christelijke deelneming aan bij de zware beproeving die het zo vroegtijdig verlies van hun jongere zuster voor hen moet betekenen.

Aan voormelde blijde boodschap, aldus Pater Swinkels - te lezen in een afscheidsbrief even vóór de terminale aftakeling geschreven aan haar Kortrijkse collega's - tilde zij zichzelf op om haar exodus zinvol te duiden.

We citeren opnieuw een korte tekst van haar gedachtenisprentje: Cecile heeft ‘de lange weg’ afgelegd, dapper en spontaan en rusteloos zoekend naar echtheid en waarheid. Hunkerend naar stilte, eenvoud en schoonheid maakte ze zich klaar om ‘het Licht’ tegemoet te gaan.

Cecile, wellicht een excentrisch gerichte persoonlijkheid als kunstenares; als lerares bekwaam en gemotiveerd, gezaghebbend en liefdevol en steeds met totale inzet ter beschikking van haar leerlingen.

H. Deylgat

 

Mogen we u hierbij beleefd vragen alle correspondentie van redactionele aard voortaan nog alleen te sturen aan:

REDACTIESECRETARIAAT
TIJDSCHRIFT ‘VLAANDEREN’
P/A ROBERT DECLERCK
‘TER HOOGSERLEI’
HONDSTRAAT 6
8880 TIELT

en de correspondentie in verband met de administratie (abonnementen) en de betalingen te richten aan:
ADMINISTRATIE VAN HET
TIJDSCHRIFT ‘VLAANDEREN’ - C.V.K.V.
P/A ADIEL VAN DAELE
LINDENLAAN 18
8880 TIELT
REKENINGNUMMER: 712-0103664-54

 

Beste dank bij voorbaat.

 

P.S. Het adres in Oostende (Warschaustraat 12, bus 3) werd opgegeven.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

auteurs

  • Jan Schoonjans

  • RenĂ© Turkry

  • Hector Deylgat

  • over HervĂ© J. Casier

  • over Dries Janssen