Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Assaph .lxxvij. Psalm. Ga naar margenoot+ § Deus venerunt.

1

Ga naar margenoot+GOd daer zijn heydenen in uwe erffenisse gecomen, Ga naar margenoot+ si hebben uwen heyligen tempele veronreynicht, Ende hebben Ierusalem tot Ga naar margenoot* bewaernisse der fruytboomen) gemaect,

2

Si hebben die doode lichamen uwer knechten den vogelen des hemels tot spijse ghegheuen, Ende dat vleesch uwer heyligen, den beesten der aerden.

3

Si hebben huer bloet wtgestort rontsomme Ierusalem, gelijck water, Ende daer en was niemant diese begroef.

4

Wi zijn onsen gebueren tot eenen verwijt geworden, Eenen spot ende scimpe den genen die omme ons zijn

5

HEERE, hoe langhe sult ghi tot den eynde zeer gram zijn? ende v toornige liefde als vier ontfuncken?

6

Schudt uwe verbolgentheyt wt op die heydenen, die v niet en kennen, Ende op die conincrijcken, die uwen name niet aen en hebben gheroepen.

7

Want si hebben Iacob opgegeten, ende sine plaetse verwoestet.

8

En ghedenct onser voorledender misdaet niet, laet uwe ontfermherticheyt terstont ons voorcomen. Want wi zijn te male arme geworden.

9

Helpet ons Godt onse salicheyt, ende om ws naems eere wille, verlost ons,

[pagina A3r]
[p. A3r]

ende weest genadich, onsen sonden, om ws naems wille.

10

Dat ter auentueren die heydenen niet en seggen, Waer is nv haer God? Ende onder die geslachten, laetet voor onsen oogen bekent worden, Die wrake des bloets uwer knechten, dat ghestort is.

11

Laet voor v comen, dat suchten der gheuanghenen. Ga naar margenoot+ Na die grootheyt van uwen arme Ga naar margenoot* besidt die kinderen der ghedooder menschen.)

12

Ende vergeldet onsen nagebueren seuenuoudich in haeren schoot, haeren lachter, daer mede si v HEERE ghelastert hebben.

13

Maer wi v volc, ende schapen uwer weyden sullen v inder eewicheyt Ga naar margenoot* beliden), Van geslachte tot gheslachte sullen wi uwen lof vercondighen.

margenoot+
int. heb. den lxxix. psal.

margenoot+
A
margenoot+
i.ma. viij.c
margenoot*
theb. eenen steenhoop

margenoot+
B
margenoot*
h. behoudt ouer, dye kinderen des doots.

margenoot*
th. dancken

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken