Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina E8r]
[p. E8r]

Hier begint dat boec Ecclesiasticus.

§ Dat eerste Capittel.

1

Ga naar margenoot+ALle wijsheyt is vanden HERe God, ende si heeft altoos met hem gheweest, ende is voor alle tijt,

2

Wie heuet dat sandt der zee, ende die druppelen des reghens ende die daghen der werelt ghetelt? Wie heeft die hoocheyt des hemels, ende dye breedtheyt der aerden, ende die diepte des afgronts gemeten?

3

Wie heeft dye hoocheyt Godts, dye voor alle dinghen ghaet, ghegrondeert.

4

Die wijsheyt is eer ghescapen dan alle dinghen, ende dat verstant der voorsichticheyt voor alle tijt,

5

Gods woordt inden hoochsten is die fonteyne der wijsheyt, ende haeren inghanc eewighe gheboden?

6

Wien is dye wortel der wijsheyt gheopenbaert, ende wie heeft haer behendicheyt bekent?

7

Wien is die onderwijsinge der wijsheyt ontdect, ende geopenbaert, ende wie heeft die vermenichfuldinge haers ingancs verstaen?

8

Ga naar margenoot+Een is die hoochste scepper alre dinghen almachtich, ende een almachtich coninck, seer te ontsiene, sittende opter wijsheyt throone, ende een heerscappende God,

9

Hy schiep dye door den heyligen gheest, Hy heeftse gesien ende getelt, ende gemeten,

10

ende stortese wt, ouer alle zijn wercken, ende ouer alle vleesch, nae zijn gaue geeft hise den ghenen die hem lief hebben

11

Dye vreese des HEEREN is glorie ende glorieringe, ende blijschap, ende een croone der verhueghinghe.

12

Die vreese des HEEREN sal therte verhueghen, ende sal blijschap, ende vruechde in lancheyt der dagen geuen,

13

Den ghenen dye den HERE vreest, dien sal wel zijn al inden wterste, ende hi sal inden dage zijnder doot ghebenedijt worden,

14

Den welcken si openbaert inden gesichte,

15

dye hebbense lief inden visioen, ende die kennisse haerder grooter daden, die liefde Gods, is eerlijke wijsheyt.

16

Ga naar margenoot+Des HEREN vreese ist beghin der wijsheyt, Ga naar margenoot+ si is metten geloouigen in des moeders lichaem mede ghescapen, ende si sal metten rechtuaerdighen, ende geloouighen bekent worden,

17

Dye vreese des HEEREN is gheestelicheyt der kennissen,

18

Dye gheestelicheyt sal bewaren ende rechtuaerdich maken therte ende sal ghenuechte ende blijschap gheuen,

19

Den ghenen die den HERE vreest, salt wel vergaen, ende in den daghe zijnder vertroostinge sal hy gebenedijt worden,

20

Volheyt der wijsheyt, is God vreesen, ende dye volheyt [kolom] is van haeren vruchten,

21

ende si sal alle zijn huys veruullen van geslachten, ende die ontfanckelijcke vaten van haeren schatten,

22

dye vreese des HEEREN is die croone der wijsheyt, veruullende des vrede ende dye vruchte der salicheyt,

23

ende hi sachse ende teldese, Want het zijn beyde Gods gauen,

24

Die wijsheyt sal ghelijck deylen kennisse ende verstant der voorsichticheyt, ende si verhuecht die glorie der gheenre diese hout,

25

Die wortel der wijsheyt is, den HEERE vreesen, ende haer tacken zijn lanckliuich,

26

In die schatten der wijsheyt is verstandenisse, ende gheestelicheyt, der kennissen maer dye wijsheyt is den sondaers een versmaetheyt.

27

Ga naar margenoot+Die vreese des HEEREN, veriaecht dye sonde,

28

want die sonder vreese is, die en mach niet rechtuaerdich ghemaect worden, want dye gramschap zijnder stoutmoedicheyt is zijn verderffenisse,

29

Die lijdtsamighe sal verdragen tot inder tijt, ende naemaels sal dye wedergeldinghe der vrolicheyt zijn,

30

Eenen goeden sin, sal zijn woorden verberghen, tot inder tijt, ende veel der menschen lippen sullen sinen sin vertellen,

31

In die schatten der wijsheyt is die beteykeninge der onderwijsinge,

32

Maer Gods dienst is den sondaer een verachtinghe,

33

Sone begheerende wijsheyt, bewaert die gherechticheyt, ende God salse v gheuen,

34

want dye vreese des HEEREN, is wijsheyt, ende onderwijsinge,

35

ende dat hem behaechlijc is, dat is dat ghelooue ende saechtmoedicheyt, ende sal zijn schatten veruulen,

36

en weest niet hoouaerdelijc versmadende, noch ongeloouich des HEEREN vreese, ende en gaet tot hem nyet met dubbelder herten,

37

en zijt gheen hypocrijt inder menschen aenscouwen, en wort niet gheschandalizeert in uwen lippen,

38

Aenmerct in dien dat ghy messchien niet en valt, ende dat ghi uwer sielen oneerlicheyt toebrengt,

39

ende God uwe verborgentheyden ontdecte, ende dat hi v neder stoote int midden der Sinagogen,

40

om dat ghi qualijc totten HEERE ghinct, ende v herte is vol bedrochs ende bedriechlicheyts.

margenoot+
A

margenoot+
B

margenoot+
C
margenoot+
Psal. c.x Pro. i.a ende ix.b

margenoot+
D


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken