Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .xxxiij. Capittel.

1

Ga naar margenoot+DEn Godt vreesenden en sullen gheen quaden gemoeten, maer Godt sal hem in die becooringhe onderhouden, ende sal hem vanden quaden verlossen,

2

Dye wijse en hatet die gheboden ende gherechticheden niet ende hi en sal niet onder gestooten worden, als dat schip in die waterbare,

3

Een wel ghesint mensch gelooft der wet Gods, ende die wet is hem ghetrouwe,

4

Die de vraghinghe openbaert, sal dat woort bereyden, ende alsoo gebeden hebbende, sal hi verhoort worden, ende hi sal die onderwisinge bewaren, ende dan sal hi antwoorden,

5

Dye binnenste des herten eens sotten, zijn, als een kerren radt, ende zijn ghedachten zijn als een drayende asse,

6

Ghelijck een starck snel paert briescet onder elcken die daer op sittet, alsoo is ooc een vrient die een beschimper is,

7

Waer om ghaet den dach den anderen dach te bouen ende weder, dat licht, den lichte, ende dat iaer den iare vander sonnen?

8

Si zijn vander gods kennisse versceyden, als die sonne gemaect was, ende dat ghebot hebbende, door dye wijsheyt Gods, worden si ghedeelt.

9

Ga naar margenoot+Ende hi veranderde die tijden ende haer hoochtijdelijcke dagen, ende in dien vierden si, die hoochtijdelike daghen eenen sekeren tijt lanck,

10

Wt dien verhief ende grootmaecte Godt, ende wt dien sette hi tot een getal der daghen, ende alle menschen vanden gronde, ende wt der aerden, daer Adam af gescapen is,

11

In die menichte der onderwisinghe des HEEREN heeft hise van een ghesceyden, ende heeft haer weghen verandert,

12

Ende wt hen ghebenedide ende verhief hi, ende wt hen heylichde hi, ende schictese tot hem, ende wt hen veruloecte ende vernederde hi ende hi bekeerde die van haerder verscheydinghe,

13

Ghelijck dat slijck des potbackers in zijn hant, dat te scheppen ende te beschicken,

14

Alle zijn weghen zijn na sine bescickinghe, alsoo is die mensche in dies handt, die hem gemaect heeft, ende hy sal hem weder gheuen nae zijn oordeele,

15

Teghent quaet is tgoet, ende die doot tegent leuen, Ga naar margenoot+ also is die sondaer ooc tegen den rechtuaerdigen man, ende also aenscout in alle die wercken des alderouersten, Twee tegen twee, ende een tegen een.

[pagina G4r]
[p. G4r]

16

Ga naar margenoot+Ende ick die alderlaetste ontwaecte, ende als die gene die wijn besien verghadert na die lesers des wijngaerts,

17

Ic selue hoepte ooc in die gebenedijnge Gods, ende ick veruulde die wijnpersse, als die den wijnghaert leset,

18

Aensiet dat ic voor mi seluen niet alleen gearbeyt en hebbe, maer ooc allen den genen die de onderwisinge soecken,

19

Hoort mi ghi groote van state, ende alle volcken, ende ghi regeerdes der verghaderinghe der gheloouighen vernemet met den ooren,

20

En gheeft uwen kinde, noch uwen wiue, noch uwen broeder ende vrient, gheen macht ouer v in v leuen, ende en gheeft den anderen v goeden niet, op dat v misschien niet en berouwe, ende hen dan af moetet bidden,

21

Also lange als ghi leuende blijft, ende verasemt, so en verandere v gheen vleesch,

22

Het is beter dat die kinderen v bidden, dan dat ghi op die handen uwer kinderen siet,

23

Ga naar margenoot+Vvest voorbarich in allen uwen wercken,

24

En gheeft gheen smette in uwe eere. Inder tijt der voleyndinghe der daghen ws leuens, ende inden tijt ws wtghancs, so deelt v erffenisse wt,

25

Voeder ende die roede ende den laste den ezele, broot ende strenge onderwisinghe ende werc, den knechte,

26

Hi werct inder onderwisinge, ende hi soect te rusten, verslapt hem die handen, ende hi sal vryheyt soecken.

27

Dat iock ende den toom crommen eenen harden hals, ende den knechte buyghen gestadighe werckinghen

28

Eenen quaetwilligen knechte, pijninghe ende voetboeyen Seynt hem te wercke, dat hi niet ledich en si.

29

Want ledicheyt heeft groote quaetheyt gheleert,

30

Stelt hem te wercke, want alsoo betamet hem, Maer ist dat hi niet ghehoorsaem en is, soo crommet hem met voetboeyen, ende en verbreydet niet ouer alle vleesch, maer sonder oordeele en doet niet swaers.

31

Hebt ghi eenen ghetrouwen knecht, dye si v als v siele, Handelt hem als uwen broeder, want ghi hebt hem int bloet dijnder sielen ghecocht,

32

Ist dat ghi hem onrechtueerdelic quetst, so sal hi gaen loopen,

33

ende ist dat hi verheffende wech gaet, wien ghi soecken sult, ende in welcken wech ghi hem soecken sult, en wetet ghi niet.

margenoot+
A

margenoot+
B

margenoot+
C

margenoot+
C

margenoot+
D


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken