Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .xxvi. Capittel.

1

Ga naar margenoot+HEt gheuiel inden .xi. iare, inden eersten dach vander maent, dat gesciede des HEREN woort tot mi seggende,

2

Des menschen sone, om dat Ga naar margenoot* Tyrus) geseyt heeft van Hierusalem, Hey verblijt, die poorten der volcken zijn in tween ghebroken, si is ghekeert tot mi waert, ic sal veruult worden, si is woest

3

Hier om seyt dit die Ga naar margenoot* HERE God) Siet Ga naar margenoot* Tyre) ic spreke tot v, ende ic sal tot v op doen comen vele heydenen, also die zee vloeyende op rijset.

4

Ende si sullen Ga naar margenoot* Tyrus) mueren verderuen, ende afbreken haer torrens. Ende ick sal haer stof van haer wtscrabben, ende ick salse gheuen tot eenen zeer blinckenden steen.

5

Het sal zijn int midden der zee een plaetse, daermen die netten te droogen wt spannet, want ick hebt ghesproken seyt die Ga naar margenoot* HERE God), ende si sal den heydenen tot eenen roof zijn.

6

Ende haer dochteren die inden acker zijn, sullen verslaghen worden metten swaerde, ende si sullen weten dat ic die HERE ben,

7

Want dit seyt die Ga naar margenoot* HERE God), Siet ick sal aen brengen tot Ga naar margenoot* Tyrum) Nabuchodonosor den coninck van Babilonien, Ga naar margenoot+ den coninck der coninghen vant noorden, met paerden ende met waghenen, ende met rosvolcke ende met een groot heyr ende met grooten volcke.

8

V dochteren die inden acker zijn, sal hi verslaen metten swaerde, ende hi sal v omlegghen met bolwercken, Ende hi sal ronts om v eenen dijck legghen, [kolom] ende hi sal den schilt tegen v op heffen,

9

Ende die Ga naar margenoot* wijngaerden ende die rammen sal hi ordineren teghen uwe mueren) ende door zijn wapeninge sal hi v torrens neder trecken

10

Metten gedruysche van zijnder paerden sal v haer stof ouerdecken, vanden geluyde des rosvolcs ende der raderen, ende der wagenen, sullen v mueren beroert worden, Als hi binnen uwe poorten gecomen sal zijn, als door den ganck eender verdoruen stadt,

11

Hi sal al uwe straten vertreden metten clauwen van sinen paerden, Hi sal v volc metten swaerde verslaen, ende v Ga naar margenoot* edele) sullen op die Ga naar margenoot* aerde vallen)

12

Si sullen v rijcheden verwoesten, Ga naar margenoot+ si sullen uwe comenscap roouen, Ende si sullen v mueren afbreken, ende si sullen v costelijke huysen omworpen Ende si sullen v steenen int midden vanden wateren worpen, ende v hout ende v stof.

13

Ende ic sal die menichte van uwen sanghe doen rusten, ende men sal voort meer niet hooren dat geluyt van uwen harpen.

14

Ende ic sal v geuen in eenen blinckenden steen, ghi sult een plaetse zijn daermen die netten te droogen wt spant, ende ghi en sult voort meer niet ghesticht worden, want ic die HERE hebt ghesproken, seyt die Ga naar margenoot* HERE God)

15

Dit seyt die HERE God tot Ga naar margenoot* Tyrum) En sullen die eylanden niet beroert worden vanden geluyde ws vals, ende vanden gesuchte uwer verslagenen, als si int midden van v verslagen sullen worden.

16

Ende al die princen vander zee sullen neder climmen van haer stoelen ende si sullen af doen haer scoeuen, ende haer gesticte cleederen sullen si wech worpen, ende si sullen gecleet worden met verwonderinge. Ga naar margenoot+ Si sullen in die aerde verstoort sitten, op uwen haestigen val sullen si verwonderen,

17

ende si sullen aen nemen op v droefheyt, ende seggen v. Hoe sidi vergaen? (die daer in die zee woont) edele stadt, die sterc waert in die zee, metten genen die in v woonden, die alle menschen ontsagen?

18

Nv sullen die Ga naar margenoot* scepen) verwonderen inden dach Ga naar margenoot* uwer vreesen) ende die eylanden in die zee sullen verbaest worden Ga naar margenoot* om dat niemant wt v en gaet)

19

Want dit seyt die Ga naar margenoot* HERE God) Als ic v sal hebben gegeuen een verwoeste stadt, Als steden daermen niet in en woont, ende als ic den afgront op v ghebracht sal hebben, ende v veel wateren ouerdect sullen hebben,

20

ende sal v neder getrocken hebben metten genen die neder gaen inden put totten Ga naar margenoot* eewigen) volcke, ende ic v geleyt sal hebben int Ga naar margenoot* wterste) lant, als die oude wildernissen metten ghenen diemen inden put leyt, om dat ghi niet bewoont en sout wesen Ende als ic heerlicheyt sal geuen inder leuender lant,

21

So sal ic v te nyet maken, ende ghi en

[pagina R4v]
[p. R4v]

sult niet zijn, ende alsmen v soecken sal, so en salmen v nymmermeer vinden, seyt die Ga naar margenoot* HEERE God).

§ Hoe Tyrus beweent wert ende vallen moeste, ende vanden schepen, ende des lants coomen scapen worden hier bescreuen

margenoot+
A

margenoot*
the. Zor.

margenoot*
th. heerscapende here
margenoot*
the. Zor.

margenoot*
the. Zor.

margenoot*
th. heerscapende here

margenoot*
th. heerscapende here
margenoot*
the. Zor.
margenoot+
B

margenoot*
h. mueren sal hi v met sinen rammen afloopen

margenoot*
the. stercke calommen
margenoot*
th. si trecken

margenoot+
C

margenoot*
th. heerscapende here

margenoot*
the. zor.

margenoot+
D

margenoot*
h. eylanden
margenoot*
th. ws vals
margenoot*
th. van uwen wech trecken.

margenoot*
th. heerscapende here

margenoot*
th. gheduerigen
margenoot*
h. onderste

margenoot*
h. heerscappende here

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken