Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina S7v]
[p. S7v]

[kolom]

§ Hier begint die Propheet Daniel.

§ Van die geuangene kinderen die welcke Nabuchodonosor wtcoos, ende hoe hi hen die Caldeeusche tale leerde, ende van die soberheyt.

§ Dat eerste Capittel.

[afbeelding]

1

Ga naar margenoot+NAbuchodonosor, die Coninck van Babilonien, is gecomen in Ierusalem, int derde iaer des rijcs Ga naar margenoot* Ioachims) des conincks van van Iuda, ende hi heeftse beleyt,

2

Ende die HERE heuetse geleuert in zijn handen Ioachim den coninc van Iuda, ende een deel der vaten vanden huyse Gods Ende hi heeftse wechgedragen, int lant Sennaar, in zijns Gods huys Ende die vaten heeft hi ghedraghen int huys des schats van sinen Gode.

3

Ende die coninck heeft gheseyt, tot Asphanas den prouoost der gesnedenen camerlingen, dat hi in soude brengen vanden kinderen van Israel, vanden conincliken zade,

4

ende der edelder kinderen daer gheen vlecke in en ware, schoon van gedaente ende onderwesen in alle wijsheit, behendich van konste, ende geleert in vroetheden, ende die souden moghen staen int pallays des conincs, op dat hi hen soude mogen leeren letteren, ende die Caldeeusche sprake.

5

Ende die coninc heeft hen bestelt den iaerliken kost alle dage van zijnder spisen, ende vanden wine daer hi afdranc

[pagina S8r]
[p. S8r]

op dat si drie iaer geuoet wesende, namaels souden mogen staen int aenscouwen des Conincs.

6

Hierom zijnder geweest onder hen wten kinderen van Iuda, Ga naar margenoot+ Daniel Hananias Misael ende Azarias.

7

Ende die prouoest der camerlingen heeft haer namen ingeset, Daniel dat hi soude heeten Balthasar. Hananias Sidrach. Misael Misach, Ende Azarias Abdenago.

8

Ende Daniel heeft voor hem genomen in zijn herte, dat hi niet en soude worden besmet van des conincs Ga naar margenoot* tafel) noch vanden wijne zijns drancs.

Ende hi heuet gebeden den prouoest der camerlingen, dat hi niet en soude worden besmet.

9

Ende die HEERE heeft Daniel gegeuen Ga naar margenoot* gracie ende ontfermherticheit) int aensien des princen der camerlingen.

10

Ende die ouerste vanden camerlingen heeft gesproken tot Daniel, Ic ontsie minen Heere den coninc, die v gestelt heeft spijse ende dranck, want is dat hi siet uwe aensichten magerder dan der anderen iongelingen van uwer ouder, so suldi mijn hooft voor den coninc verdoemen.

11

Ende Daniel heeft gesproken tot Malazar, den welcken die prince der camerlinghen hadde ghestelt ouer Daniel, Hananias Misael, ende Azarias.

12

Ga naar margenoot+Proeft ons uwe dienaers dat bidde ic v, thien dagen, ende laet ons moes om te eten geuen, ende water te drincken,

13

Ende aenmerct dan onse aensichten, ende der kinderen die daer eten van des conincs spijse, ende ghelijc ghi siet, also suldi doen met uwen knechten.

14

Die welcke als hi dese woorden heeft gehoort, so heeft hise thien daghen geproeft,

15

Ende na thien dagen hebben haer aensichten gescenen beter, ende volliuigher dan alle der anderen die daer aten coninclike spise.

16

Ende doen heeft Malazar wechghenomen die spijse, ende den wijn haers drancs ende hi heeft hen gegheuen moes daer vore,

17

Ende Ga naar margenoot* desen kinderen) heeft Godt ghegheuen wijsheyt ende conste in allen boecken ende wijsheyt, Ga naar margenoot+ Ende Daniel heeft hi ghegheuen verstant van allen visioenen, ende droomen.

18

Ende als die dagen volcomen waren, na den welcken die coninc geset hadde, dat si souden worden ingeleyt, heeftse die bewaerder vanden camerlingen ingeleyt int aenschouwen van Nabuchodonosor,

19

Ende als die Coninc hen toegesproken heeft, van allen en isser daer geen gheuonden, gelijc als dese Daniel, Hananias, Misael, ende Azarias, Ende si hebben gestaen int aenscouwen des conincs,

20

ende alle dat woort des wijsheyts ende verstants, dewelcke van hen vraechde die Coninc, heeft hi thiendubbeluout in hen beuonden, meer dan in alle waerseggers ende swarte constenaers die daer waren in alle zijn rijcke.

21

Ende Daniel die bleef tot den [kolom] eersten iare van Cyrus den Coninck.

§ Van Nabuchodonosors droom die welcke van hem vloot, Hoe die wise gedoot werden, dat si den droom niet en wisten, Ende hoe Daniel badt ende hoe Daniel den droom wtleyde, Ende hoe die Coninck Danielem verhief.

margenoot+
A
margenoot*
theb. Ioakims.

margenoot+
B

margenoot*
theb. spijse

margenoot*
th. gonste ende genade

margenoot+
C

margenoot*
theb. desen vier kinderen.
margenoot+
D


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken