Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .vi. Capittel.

1

Ga naar margenoot+IN haeren verdriete, sullen si vroech op staen tot mi. Coemt ende laet ons wederkeeren totten HERE,

2

want hi heeft Ga naar margenoot* gheuangen) ende hi sal ons genesen, hi sal slaen, ende hi sal ons Ga naar margenoot* genesen.)

3

Hi sal ons na .ij. dagen Ga naar margenoot* leuende ma-

[pagina V3r]
[p. V3r]

ken, inden derden dach sal hi ons Ga naar margenoot* verwecken) ende wi sullen leuen in zijn aenscijn. Wi sullent verstaen, ende na volgen, op dat wi den HEERE mogen bekennen, Sinen wtganc is bereyt, als die dageraet, ende hy sal ons als een tijdich reghen ende auont reghen der eerden comen.

4

Wat sal ic v doen o Ephraim? wat sal ic v doen o Iuda? V bermherticheyt is als des morgens wolcke, ende als den morgen daw doorgaende,

5

Ga naar margenoot+ Daerom heb ic geschaeft door propheten, ende ic hebse gedoot door twoort mijns monts Ga naar margenoot* ende voordeelen sullen als licht wtgaen)

6

Want ic wilde barmherticheyt ende niet offerhande, Ende kennisse Gods, lieuer dan brantoffer.

7

Maer si, ghelijc Adam hebben si ouer getreden mijn voorwaerde, Ga naar margenoot+ daer hebben si ouertredinge aen mi gedaen,

8

Galaad een stadt der Ga naar margenoot* gene die afgoden wrochten, onder die voeten getreden met bloet,

9

ende als wangen der moordenaren, Mede deelachtich den priesteren die dootsloegen inden wege die reysden van Sichem) want si hebben grote sonden ghedaen,

10

Ic heb int huys van Israel een veruaerlic dinc gesien, aldaer Ephraims hoererije is, ende Israel besmet,

11

Maer ooc Iuda, sedt v den oost, als ic sal bekeeren dye geuanckenisse mijns volcs.

§ Hoe Ierusalem met haerder afgoderije haeren coninc beliefden, Hoe Ephraim gestraft wert, dat si den heydenen ghelijck waren, ende gestraft werden om haerder sonden ende afgoderijen wille.

margenoot+
A

margenoot*
th. ons een scoere gegeuen.
margenoot*
th. verbinden

margenoot*
th. behouden
margenoot*
the. oprechten

margenoot+
Mat. ix.b. ende .ij.a
margenoot*
th. dat daer mede dijn recht in dat licht quame

margenoot+
B

margenoot*
theb. quaet doenders, ende quaet schalck om bloet te storten, ende ghelijc eens vischersangel also zijn die gheselscappen der priesteren, die aen de strate op ghemeyne buete rouen


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken