Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .vij. Capittel.

1

Ga naar margenoot+EN wilt niet oordelen, Ga naar margenoot+ ende ghy en sult nyet gheoordeelt worden.

2

En wilt nyet

[pagina B4r]
[p. B4r]

verdoemen, ende ghi en sult niet verdoemt worden. Ga naar margenoot+ Want met wat ordeel dat ghi ordeelt, sult ghi geordeelt worden, ende met wat mate dat ghi meet, sal v gemeten worden.

3

Wat siet ghy een splinter in ws broeders ooge, ende den balck die in v ooge is en siedi niet?

4

Oft hoe segt ghi uwen broeder. Broeder laet my wt dijn ooge worpen den splinter: ende siet, in dijn ooge is eenen balck?

5

Ghi ypocrijt worpet eerst den balck wt v ooghe, ende daer na sult ghy sien wt te worpen dye splinter wt ws broeders ooghe.

6

En geeft niet dat heylich den honden, ende en worpt v peerlen niet voor die vercken, op dat si die met haren voeten niet en vertreden ende die honden touwaerts hen niet en keeren, ende v verschoren.

7

Bidt ende v sal gegeuen worden, suect ende ghi sult vinden, Ga naar margenoot+ clopt ende v sal geopent worden Ga naar margenoot+

8

Want wie daer bidt, die ontfanct: ende wie suect, die vint, ende wie clopt, die sal gheopent worden.

9

Isser yemant onder v een mensche, die welc ist dat zijn sone broot begeert sal hi hem eenen steen geuen?

10

Oft ist dat hi eenen visch begheert, sal hy hem een serpent gheuen?

11

Ist dan dat ghi die doch quaet zijt uwen kinderen condt goede ghauen geuen Hoe veel te meer sal dan uwe vader die in die hemelen is, goet gheuen den ghenen, die hem bidden?

12

Hier om al dat ghy wilt dat v dye menschen doen, Ga naar margenoot+ dat doet haer: want dat is die wet ende die propheten.

13

Gaet in doer die enghe poorte, want die poort is wijt, ende die wech is breet, dye daer leyt totter verdoemenisse, ende veel zijnder die door dese gaen.

14

Seer enghe is die poorte ende die wech smal die totten leuen leyt, ende luttel zijnder diese vinden.

15

+ Wacht v van die valsche propheten die tot v comen in scaeps cleederen, inwendich zijn si gripende woluen:

16

aen haer vruchten sult ghise kennen. Machmen ooc wijndruyuen vergaderen vanden doornen, oft vigen van dijstelen?

17

Also een yegelic goede boom doet goede vruchten, een quade boom doet quade vruchten.

18

Een goeden boom en mach gheen quade vruchten doen, ende een quade boom en mach gheen goede vruchten doen.

19

Alle boom die gheen goede vruchten en doet sal af gehouden worden, ende int vier geworpen worden.

20

Daer om so sult ghi dese kennen aen haer vruchten.

21

Niet alle die ghene die mi heer heer seit sal ingaen int rijck der hemelen. Maer die [kolom] ghene die doet den wille mijns vaders die in die hemelen is. *

22

In dien dage sullen veel tot mi seggen. Here here, Ga naar margenoot+ en hebben wi niet in uwen naem ghepropheteert, ende in uwen naem die duuelen wt geworpen, ende door uwen naem veel crachten volbrocht?

23

Ende dan sal ic haer belijden, Ga naar margenoot+ want ic v noeyt ghekent en hebbe: gaet van mi alle die boosheyt doen.

24

Daer om een yegelic die mijn woorden hoort ende doetse, sal gheleken worden bij eenen wijsen man, die zijn huys op eenen steen getimmert heeft,

25

ende daer is eenen regen neder gedaelt, ende daer zijn stromen gecomen ende winden gewaeyt ende zijn geuallen op dat huys, Ga naar margenoot+ ende ten is niet geuallen, want het was op eenen steen gefundeert

26

Ende wie mine woorden hoort ende niet en doet, is eenen sotten man gelijc, die zijn huys opt sandt getimmert heeft,

27

ende die stromen zijn gecomen ende die winden hebben gewaeyt ende zijn opt huys geuallen, ende het is ter neder geuallen, ende sinen val is groot geweest.

28

Ende het is geschiet, doen Iesus dese leeringe voleyndt hadde, dat die schare haer zeer verwonderde ouer sine leeringe.

29

Want hi leerde, als macht hebbende, ende niet gelijc dye Scriben ende Pharizeen.

margenoot+
A
margenoot+
Luce. vi.c Roma. i.a

margenoot+
Mar. 4.c

margenoot+
B
margenoot+
Luce. xi.b. Iaco. i a

margenoot+
Tobie 4 c Luce 6 e

margenoot+
C

margenoot+
Psal. vi Luc. xiij.c.

margenoot+
Mar. ij.c Luce. iiij.c


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken