Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .xiij. Capittel.

1

Ga naar margenoot+LAet woonen in v die broederlike liefde Ga naar margenoot+

2

Ende wilt niet vergeten die ontfangingen der gasten, want door die hebben die somige onwetende ontfangen die engelen in haer herberge.

3

Weest oock ghedachtich der gheuangenen: gelijck als mede geuangen met haer Ende der gheenre die ghequelt worden: als oft ghy oock selue inden lichaem zijt wandelende. Ga naar margenoot+

4

Den echteliken staet is eerwaerdich onder alle, ende een onbeulect bedde. Oncuysschers, ende ouerspeelders sal god verdoemen.

5

Laet v manieren zijn sonder vrecheyt te vreden zijnde met dat ghene dat ghi hebt Want hi heeft geseyt, Ga naar margenoot+ ick en begeue v nyet, noch en verlaet,

6

also dat wy betrouwelick seggen moghen. Ga naar margenoot+ De here is mijn hulper, ick en sal niet vreesen, wat mi die mensche doet.

7

Weest gedachtich uwen ouersten, dye v dat woodrt gods gepredict hebben, der welcker geloue wilt na volgen: aenmerckende hoedanich gheweest is den wtganck van haerder conuersacien.

8

Ga naar margenoot+Iesus Christus is ghisteren ende heden, die selfde ooc inder eewicheyt. *

9

En wilt niet af geleyt worden, met menigerley, ende vreemde leeringen. Want het is goet dattet herte gheuesticht wort metter gracien ende niet met spisen, welcke niet gebaet en hebben den ghenen die daer in gewandelt hebben.

10

Wi hebben een outaer, vanden welcken niet en betaemt te eten den ghenen die den tabernakel dienen

11

want die dieren welcx bloet door den bisscop in gebracht wort in die heylige voor die sonde. Ga naar margenoot+ Deser lichamen worden verbrant buten den volcke.

12

Daer om oeck Iesus, op dat hy heylich maken soude dat volck door zijn eygen bloet, heeft geleden buten der poorten.

13

Ga naar margenoot+Daer om laet ons wtgaen tot hem buten den volcke, verdragende zijn versmaetheyt.

14

Want wi en hebben hier gheen bliuende stadt maer wy soecken die toecomende. Ga naar margenoot+

15

Daer om offeren wy door hem, gode altijt een offerhande des lofs, dat is dye vrucht onser lippen, die daer belijende zijn sinen naem.

16

Voort en wilt niet vergeten den weldaet, ende medeylinghe, want met alsulcken offerhande versoentmen gode.

17

+ Sijt onderdanich v ouersten, ende eerse want si waken voor uwe sielen, als dye rekeninge geuen sullen, op dat si met blischappen dat doen mogen, ende nyet suchtende. Want dat is v onprofitelick.

[pagina N6v]
[p. N6v]

18

Bidt voor ons, want wy betrouwen, dat wy hebben een goede consciencie onder v allen, begherende eerliken te wandelen.

19

Maer noch meer soe bid ic v, dat ghi dat doen wilt: op dat ick soe veel te eer weder om gegeuen mach worden.

20

Ga naar margenoot+Ende God des vreedts, die wt geleyt heeft vanden dooden, den groten herder der schapen, door tbloet des eewigen testaments Iesum onsen heere,

21

die moet v bequaem maken in alle goet, om te doen zijnen wille: doende in v dattet aenghenaem si in zijnen aensichte, door Iesum Christum, den welcken si glorie van eewicheyt tot eewicheyt. Amen. *

22

Ick bid v broeders, wilt verdragen den woorde des vertroostincs, want ick heb v op tcorste ghescreuen.

23

Weet dat Tymotheus onse broeder ontslaghen is, metten welcken (in dien hy gheringe coemt) ick v besoecken sal.

24

Groet allen v ouersten, ende allen heyligen. Die broeders van Italien groeten v.

25

Die gracie si met v allen.

§ Hier zijn voleynt S. Pauwels Epistolen.

margenoot+
A
margenoot+
Deu. iiij.d

margenoot+
Gen xviij ende .xix.

margenoot+
Iosue. i.b.

margenoot+
Psal. xvij. ende .lv.

margenoot+
B

margenoot+
Num. xix. Mat. 27

margenoot+
C

margenoot+
Mich. ij.c

margenoot+
D


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken