Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .v. Capittel.

1

Ga naar margenoot+ENde een man ghenoemt Ananias, met Saphira zijn wijf, heeft zijn acker vercocht,

2

ende hadde van tloon wech gheleyt, dat zijn wijf oeck wiste, ende een deel brenghende heeft hijt voor die Apostelen voeten geleyt

3

Ende Petrus heeft geseyt tot Ananiam. Anania, waer om heeft die duuel v hert becoort op dat ghi den heyligen gheest liegen soudt, ende bedriegen van tloon des ackers?

4

En bleef hy nyet altemale v, ende vercocht zijnde, was hy niet in uwe macht? waer om hebt ghi dit in v herte opghesedt? Ghi en hebt den menschen nyet ghelogen, maer God.

5

Ende Ananias dese woorden horende, heeft nederuallende den gheest gegeuen. Ende daer is een grote vreese gecomen, op alle die ghene die dit gehoort hebben.

6

Ende die iongelinghen opstaende hebben hem wech gedaen, ende wt dragende, hebben hem begrauen.

7

Ga naar margenoot+Ende daer tusschen is geleden een wijl, ontrent van drien vren, dat zijn wijf, niet wetende watter geschiet was, in gecomen is.

8

Ende Petrus heeft haer geseyt. Segt mi vrouwe Hebt ghy den acker alsoe duer vercoft? Ende si heeft gheseyt: ya, also duer.

9

Ende Petrus heeft tot haer geseyt. Wat baet v te tempteren den gheest des heren? Siet die voeten van die ghene die uwen man begrauen hebben, zijn hier voor die dore, ende sullen v oeck wtdragen

10

Ende ter stont is si voor die voeten geuallen, ende heeft den gheest gegeuen. Ende die iongelingen ingegaen zijnde, hebben haer geuonden doot, ende hebbense wt ghedragen, ende by haer man begrauen.

11

Ende daer is een groote vrees ghecomen op alle die vergaderinghe, ende op alle die ghene dye dyt hoorden.

12

Ga naar margenoot++ Ende doer die handen der Apostelen worden veel teekenen ende wonderlicheden ghedan int volck. Ende si waren alle gader eendrachtelick in Salomons portael.

13

Mer nyemant van die ander dorste hem met haer voegen, maer tvolck maecte haer groot.

14

Ende die veelheyt van dye inden Heere gheloefden, vermeerderde van mannen ende vrouwen

15

alsoe dat si de crancken wt brochten op dye

[pagina O1r]
[p. O1r]

straten, ende leydense in bedden, ende koetsen op dat die scaye van Petrus comende, te minsten yemant van haer bescemen soude ende al te samen verlost souden mogen worden, van haeren siecten.

16

Ende daer is ooc een menichte van die omliggende steden te Ierusalem gecomen, aenbrengende die siecken, ende die vanden onreynen gheesten gequelt werden, die welcke al gesont gemaect werden.

17

Ende die prince der priesteren opstaende, ende al die met hem waren, dwelc is die sect der Saduceen, Ga naar margenoot+ veruult zijnde van nidicheyt,

18

hebben die handen in die Apostolen geslegen, ende hebben haer geset in die gemeen geuankenis.

19

Maer die engel Gods heeft in dien nacht op gedaen die dore vanden kercker, ende haer wt geleyt hebbende, heeft geseyt,

20

Gaet ende inden tempel staende, spreect den volcke alle die woorden van desen wege

21

Ende als si dit gehoort hadden, zijn si inden dageraet gegaen inden tempel, ende leerden.

Ende die prince der priesteren comende, ende die met hem waren, hebben tsamen geroepen den raet, ende al die ouderen der kinderen van Israel, Ga naar margenoot+ ende hebben toten kercker gesonden om dat si voort gebrocht souden worden.

22

Ende als die dienaers gecomen waren, ende den kercker geopent zijnde, haer niet gheuonden en hadden, weder om gecomen zijnde, hebben gebootscapt,

23

seggende, Wi hebben den kercker geuonden gesloten met alle neersticheit ende die bewaerders buiten staende voor die doren. Maer als wi hem op gedaen hadden, en hebben wi daer niemant in gheuonden.

24

Ende als dese woorden gehoort hadden die meesters vanden tempel, ende die princen der priesteren, so twifelden si van haer, wat dinc dattet worden soude.

25

Ende een tot haer comende, heeft haer gebootschapt, Siet, die mannen die ghi inden kercker geset hadt zijn inden tempel staende, ende leerende tvolc

26

Doen hebben die tempel meesters, ende die dienaers henen gegaen, ende hebben haer ghehaelt sonder gewelt, want si vreesden tvolc dat si niet gesteent en souden worden.

27

Ende als si haer gehaelt hadden, hebben si haer gheset inden raet. Ende die prince der priesteren, heeft haer geuraecht,

28

seggende, Ghebiedende, hebben wi v geboden, dat ghi niet en soudt leeren in desen naem, Ende siet, ghi hebt Ierusalem veruult met v leeringhe ende ghy wilt tbloet van desen mensche op ons brenghen.

29

Petrus, ende die Apostolen antwoorden-[kolom]de hebben geseyt, Ga naar margenoot+ Het is van noode datmen Gode meer gehoorsaem is, dan den menschen.

30

God onser vaderen die heeft Iesum verwect, welcken ghi gedoot hebt, hangende aen dat hout.

31

Desen prince ende behouder, heeft God verheuen met zijnder rechter hant, om te geuen penitencie Israel, ende verghifnis der sonden.

32

Ende wi zijn getuigen deser woorden, ooc die heylige gheest, dien God gegeuen heeft allen die hem gehoorsaem zijn.

33

Ende als si dit gehoort hadden werden si tweedrachtich, ende dachten haer te dooden.

34

Ende een Pharizeeus inden raet opstaende, genaemt Gamaliel, een doctoer vander wet, die groot gerekent was bi al tvolck, heeft geboden dat die Apostolen een weynich buyten gaen souden.

35

Ende heeft tot haer geseyt, Ghi mannen van Israel, siet voor v van dese menschen, wat ghi doen sult,

36

want voor dese dagen is geweest Theudas, seggende, dat hi wat groots was, den welcken aenhingen een getal van ontrent vier hondert mannen, die welcke ghedoot is, ende al die hem geloofden zijn verstroyt, ende tot niet gebrocht.

37

Ga naar margenoot+Na desen isser gheweest Iudas Galileus, inden dagen des belijdincs, ende heeft veel volcs nae hem verkeert, ende hi is vergaen, ende alsoe veel alsser hem gehoorsaem geweest hadden, zijn verstroyt.

38

Ende nv seg ic, bescheyt van dese menschen ende laetse wesen, want ist dat desen raet oft werck wten menschen is, hi sal verghaen

39

Maer ist dattet wt God is, soe en moecht ghijt niet te niet maken, op dat ghi niet beuonden en wort te strijden tegen God. Ende dese sentencie, hebben al die ander geuolcht

40

Ende als si die Apostolen geroepen hebben hebben si haer, geslagen wesende, geboden, dat si niet spreken en souden inden naem Iesu, ende si hebben haer quijt gelaten.

41

Ende si ghingen, blijde wesende vanden aensicht des raets, want si waerdich waren voor den naem Iesu schandelicheyt te lijden.

42

Ende si en hielden nyet op dagelics inden tempel, ende bi die huysen te leeren, ende te Euangelizeren Iesum Christum.

margenoot+
A

margenoot+
B

margenoot+
C

margenoot+
D

margenoot+
E

margenoot+
F

margenoot+
G


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken