Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vorsterman Bijbel (ca. 1528-1531)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

XML (13.01 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vorsterman Bijbel

(ca. 1528-1531)–Anoniem Vorsterman Bijbel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

§ Dat .ix. Capittel.

1

Ga naar margenoot++ ENde Saulus, noch dreygementen ende slagen blasende, teghen die discipulen des heeren, is totten princen der priesteren ghegaen,

2

ende heeft brieuen van hem begeert in Damascum, tot die Sinagogen, op oft hi eenige mannen oft vrouwen van desen wege beuonden hadde, die gebonden brengen soude te Ierusalem.

3

Ende als hi reysde, ist geschiet, [kolom] dat hi naecte bi Damascum. Ende haesteliken heeft hem een licht vanden hemel omschenen,

4

ende in die aerde geuallen zijnde, heeft een stemme gehoort, hem seggende, Saule Saule, wat veruolcht ghi mi?

5

Ende hi heeft gheseyt, Heere, wie zijt ghi? Ende die Heere heeft gheseyt, Ic ben Iesus, dien ghi veruolcht.

6

Het is v hert teghen den prickel te stooten. Ende beuende ende verscrickende, heeft geseyt, Heere, wat wilt ghi dat ic doe? Ende die Heere sprack tot hem,

7

Staet op, ende gaet inde stadt, ende daer sal v geseyt worden wat v van noode is te doen.

Ga naar margenoot+ Ende die mannen die zijn mede gesellen waren, inden wech, stonden verbaest, die stemme hoorende, nochtans niemant siende.

8

Ende Saulus is opgestaen vander aerde, ende met open oogen en sach hi niemant. Maer metter hant hem leydende, brochten si hem in Damascum.

9

Ende hi was daer drie daghen niet siende, ende en heeft niet gegeten, noch ghedroncken.

10

Ende daer was een discipel in Damasco, genoemt Ananias, ende die Heere heeft door een visioen tot hem gheseyt, Anania. Ende hy heeft geseit, Siet, ic ben hier Heere.

11

Ende die Heere sprac tot hem, Staet op ende gaet in een straet, welcke genoemt wort die rechte, ende soect in Iudas huys, Saulum ghenoemt van Tarsen, want siet, hi bidt,

12

Ende hi heeft gesien eenen man genoemt Ananias incomende, ende hem die handt oplegghende, op dat hi tghesichte onfanghen soude.

13

Ga naar margenoot+Ende Ananias heeft geantwoort, Heere, Ic heb van velen van desen man gehoort wat grooter quaet hi v heylighen ghedaen heeft te Ierusalem.

14

Ende dese heeft machte vanden princen der priesteren, om te binden alle die uwen naem aenroepen.

15

Ende die Heere heeft tot hem geseyt, Gaet, want dese is mi een wtuercoren vat, om te dragen minen name voor die heydenen, ende coningen, ende kinderen van Israel,

16

want ic sal hem thoonen, hoe veel dat hi om minen naem liden moet.

17

Ende Ananias is henen gegaen, ende int huys gecomen, ende hem die hant op leggende heeft geseit, Saule broeder, die heere Iesus die v gheopenbaert heeft inden wech, daer ghi door quaemt, die heeft my ghesonden, op dat ghy tghesicht ontfanghen soudet, ende veruult worden metten heylighen gheest.

18

Ende ter sont zijnder van zijn ooghen gheuallen, gelijc schellen van visschen, ende hi heeft tgesichte ontfangen. Ende opstaende, is ghedoopt,

19

ende als hi spijs

[pagina O3v]
[p. O3v]

ghenomen hadde, soe is hi ghesterct.

Ende Saulus heeft met die discipulen die te Damasco waren, een deel dagen geweest

20

Ga naar margenoot+Ende ter stont predicte hi Christum in die Synagoge, dat dese was die sone Gods.

21

Ende si verwonderden hen alle die dit hoorden, ende seyden. En is dese niet, die welcke te Ierusalem beuocht die gene die desen naem aenriepen? ende hi is hier daerom gecomen, op dat hi haer gebonden soude brengen totten prince der priesteren.

22

Ende Saulus wert veel meer gesterct, ende beschaemde die Ioden die in Damasco woonden, vast seggende dat dese is Christus. *

23

Ende alst veel daghen geleden was, hebben die Ioden onder haer eenen raet gehouden, om hem te dooden.

24

Maer haer lagen zijn Saulo bekent geworden. Ende si bewaerden die poorten dach ende nacht, op dat si hem dooden souden.

25

Ende die discipulen hem nemende in de nacht, hebben hem ouer den muer af gelaten, in een mande neder latende.

26

Ga naar margenoot+Ende als Saulus te Ierusalem gecomen was, Ga naar margenoot+ so arbeyde hi hem te voegen bi de discipulen, ende si vreesden hem alle gader, niet geloouende dat hi een discipel was.

27

Ende Barnabas hem nemende, heeft hem totten Apostolen geleyt, ende heeft haer vertelt, hoe dat hi den heere inden wech gesien hadde ende dat hy hem ghesproken hadde, ende hoe dat hi in Damasco getrouwelic ghewracht hadde, inden naem Iesu.

28

Ende hi was met haer ingaende ende wtgaende, te Ierusalem, getrouwelic doende inden naem des heeren,

29

ende hi sprac ende disputeerde tegen die griecken, maer si sochten hem te dooden.

30

Dwelc alst die broeders bekent hadden, so hebben si hem tot Cesaream geleyt, ende wt gesonden tot Tarsum.

31

Aldus so hadde die kercke vrede door geheel Iudeen ende Galileen ende Samarien, ende si werden ghesticht, wandelende in de vreese Gods, ende door die vertroostinge des heylighen gheests werden si veruult.

32

Ga naar margenoot+Ende het is gebuert dat Petrus als hijse al door wandelde, ooc gecomen is totten heylighen die tot Lidde woonden.

33

Ende hi heeft daer eenen mensch geuonden genoemt Eneas, nv bi na acht iaer int bedde liggende, welcke was gichtich.

34

Ende Petrus heeft hem geseit, Enea, Die heere Iesus Christus die make v gesont, Staet op ende vermaect v seluen tbedde. Ende ter stont is hi opgestaen

35

ende si hebben hem alle gesien die tot Lidde woonden ende tot Assarone, die welcke tot den heere bekeert zijn.

36

Ende te Ioppe was een discipulinne, ghe-[kolom]noemt Tabita, dwelcke beduit zijnde, hiet Dorcas. Dese was vol van goede wercken ende aelmissen, die si gaf.

37

Ende het is geschiet in dien dagen, dat si siec wesende, starf, welcke als zijse gewasschen hadden, hebben haer op den solder geleyt.

38

Ende als Lyda by nae Ioppen was, ende die discipulen gehoort hadden, dat Petrus daer in was, hebben si gesonden tot hem twee mannen, biddende dat hijs hem niet en liet verdrieten tot haer te comen.

39

Ende Petrus opstaende, is met haer gecomen. Ende als hi gecomen was, hebben si hem op den solder geleyt, ende alle die weduwen stonden ront om hem screyende ende thonende hem die rocken ende cleederen welcke Dorcas haer maecte.

40

Ende als si alle buyten geiaecht waren, so heeft Petrus met gebogen knieden gebeden, ende gekeert zijnde tottet lichaem, heeft hi geseyt, Tabitha, staet op. Ende si heeft haer oogen opgedaen, ende als si Petrum gesien hadde, so heeft si weder geseten,

41

ende haer die hant gheuende heeft hi haer opgerecht, ende als hi die heyligen ende weduwen geroepen hadde, soe heeft hi haer leuendich ghetoont.

42

Ende dat is bekent gheworden, door geheel Ioppen, ende veel hebben inden Heere ghelooft.

43

Ende het is gebuert, dat hi veel dagen bleef te Ioppen, by Simonem den leertouwer.

margenoot+
A

margenoot+
B

margenoot+
C

margenoot+
D

margenoot+
E
margenoot+
ij.corin. xi.b

margenoot+
F


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken