Yang. Jaargang 13(1977)– [tijdschrift] Yang– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 51] [p. 51] Luk Maeckelbergh Geuzelied genees me, mijn reumavingers, leer me dat ik niet te leren heb zoals een aan de drank verslaafde hofpianist zonder inspiratie zijn bevende handen wast in 't koude water van een gelend lourdes steeds wachtend op elektroschokken want woorden op vermolmde krukken dwalen opstandig in een vertwijfelde maag en daarbij, geen boer kan je meer laten dan maagzout om de signalen te vertalen signalen als puntige zwaarden op de tong de onafgewerkte produkten van mijn -kwel- geest de spoken die jouw dromen soms komen storen en mij opvreten met staal en haar en been trachten jouw cipiers van mijn eel om te kopen ik, de grote polisjinel, je gladde sidderaal glijd soms geil in honderd toestanden weg over je voorverwarmde, straks rimpelend lijf laat ze maar beweren, wij de stoere mannen koude metten kunnen maken met jullie wetten maar ze blijft de gastvrouw, maria, de maagd en jozef heeft haar onbevlekt weer ontvangen zo ben ik niet (altijd), ik zit vol bocht en braam ik ben ik, zo ben jij, anders dan ik ben maar ik blijf, je onverzettelijke twijfelgeus die zijn dromen in jou tracht waar te maken laat me, mijn kneukelhanden, verleer me dat ik veel te leren heb zoals een aan't vuurwater verslaafde popartiest met inspiratie zijn magische vingers blust in 't warme water van je immense oceaan steeds zoekend naar elektroschokken Vorige Volgende