Frans Sierens
Gent 29 juli 1929 - Gent 7 augustus 1981
Dinsdag 11 augustus heeft een talrijke schare kunstbroeders Frans Sierens uitgeleide gedaan. Hij rust nu op het Campo Sancto te St.-Amandsberg, naast zovele andere Gentse en Vlaamse kunstenaars.
Frans Sierens heeft nagenoeg gans zijn leven gewoond in de Gentse arbeiderswijk de Brugsepoort. Het leven in die buurt heeft hem als mens getekend en zijn literair werk sterk beinvloed.
Frans Sierens volgde Grieks-Latijnse humaniora en werd bankbediende in zijn geboortestad. Hoewel hij van mening was dat kreatief schrijven een full-time job was, is hij, ook al door de
dwingende eis van korrektheid en afgewerktheid in zijn eigen werk, geen veelschrijver geworden. Hij publiceerde vijf romans, een twintigtal korte verhalen, enkele eenakters, een essay en een filmscenario. Voor het BRT 3 programma ‘De zeven kunsten’ bezorgde hij jarenlang de filmkroniek.
Zijn belangrijkste werken:
1957: |
De kleurloze, toneelstuk, Paul de Montprijs voor toneel van de Provincie Oost-Vlaanderen. |
1963: |
Alfred Hitchcock, essay, Letterkundige prijs van de stad Gent voor essay. |
1964: |
De kippen, roman, onderscheiden in de letterkundige wedstrijd van de stad Gent. |
1969: |
Het verlies, roman. |
1973: |
Het onderdak, roman, Vijfjaarlijkse Prijs van de Provincie Oost-Vlaanderen. |
1975: |
De katedraal, roman. |
1978: |
Een sterke geur van terpentijn, roman. |
Als auteur drong Frans Sierens zich nooit op de voorgrond. Niettegenstaande originaliteit van zijn werk en de nagenoeg algemene lof van de kritiek voor zijn nuchtere, ironiserende stijl en precies taalgebruik, werd hij ook nooit tot de groten gerekend. Door zijn rake getuigenissen over zijn eigen tijd, menen we nochtans dat zijn werk nog geruime tijd zal gelezen en herlezen worden en ... hopelijk de waardering zal krijgen dat het terecht verdient.
Daniël Van Ryssel