Yang. Jaargang 17(1981)– [tijdschrift] Yang– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 23] [p. 23] Cis Laleman Ik heb mijn eigen kleine essentie en dat is erkenning van de geest (Jack Kerouac) jij en ik wij zijn een beetje mystiek als wij in onze nachtgewaden het jouwe doorschijnend net genoeg om vaag je gestalte te ontwaren sierlijk fantastisch je zwarte haar in kontrast met het ijle licht dat de maan door het raam verspreidt een sigaret hangt in je mond te doven tussen je zachte lippen rood als bloed als ontmaagdend verschijnsel heerlijk en ik ik probeer een beetje te zingen alleen maar om te doen alsof ik daar allemaal niet op let alsof ik niet zag dat jij stiekem schroomvallig wellicht je borsten streelt terwijl je mij vragend aankijkt en de maan achter een wolkje verdwijnt later wij hebben on spel gespeeld maar wat zeg ik te breekbaar en te echt zijn onze kozende lichamen geen spel maar de essentie dat waarvoor wij leven het enige echte mooie ware fantastische dat waarvoor het leven nog zin heeft want ik vertel je mijn intiemste gedachten nu en jij luistert als naar een goddelijke stem ik ben gevleid het is winter en wij hebben geen verwarmde kamer anders zouden wij stellig onze gewaden uittrekken en ons kleden in het enige kleed het naakte lichaam dat dan zou schitteren in de glans van onze geheimhoudende ogen zou dat niet zijn als een sleutel die geketende poorten naar nieuw leven opent wij zijn een beetje mystiek als wij slapen en onze dromen elkaar raken omdat wij in dezelfde luchtledige koepel ons denken hebben gevat Vorige Volgende