Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Yang. Jaargang 43 (2007)

Informatie terzijde

Titelpagina van Yang. Jaargang 43
Afbeelding van Yang. Jaargang 43Toon afbeelding van titelpagina van Yang. Jaargang 43

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave



Genre

sec - letterkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Yang. Jaargang 43

(2007)– [tijdschrift] Yang–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 2]
[p. 2]

[YANG 43ste jaargang nr. 1 - april 2007]



illustratie

[pagina 3]
[p. 3]

Vooraf

Overvalt u bij de eerste zonnestralen ook de drang armen en benen te spreiden, dan komt yang graag tegemoet met ‘drijfvergunningen’. Tot onze grote vreugde hebben we ongepubliceerd werk van Gwenaëlle Stubbe mogen opdiepen. Een tijdige waarschuwing voor onbezonnen inktvisongevallen en een absurd exposé over de gevaren of mogelijkheden van het openbaar vervoer zetten de toon. Wie bij het zien van de zee steeds de bergen wil en bij dobberrust naar stadsdrukte verlangt, geven we graag een duwtje richting Berlijn, Brest, Buenos Aires en Mar de la Plata. Robert Walsers ‘Berlijnse verhalen’ tonen de stad op een koudere, half zonnige, half bewolkte ochtend en Oliverio Girondo's ‘Zes gedichten voor op de tram’ nemen een duik in de internationalistische roaring twenties. Alles is er goud en blauw! ‘Che’, een fragment uit de bijna bestaande roman van Marc Reugebrink, biedt u ter afwisseling van eindeloze horizonten graag iets tastbaars - of misschien net niet. Van eenzaamheid is er bij gedreven lectuur nooit sprake. Nick J. Swarth heeft zijn marionettentheater uw knapzak binnengesmokkeld en Lisa Robertson slaagt erin de halve wereldbevolking aan uw geestesoog te laten passeren in ‘Mannen slimme mannen’ uit haar bijzondere laatste boek The Men. Op lyrische wijze zet Robertson mannen in beweging. They come and go, talking about, oh, I don't know.

 

Verder in dit nummer een gevarieerde boekhandel. Samuel Vriezen bespreekt er Bay Poetics van Stephanie Young en zou u wel eens durven overhalen San Francisco aan te doen. Hans Groenewegen daarentegen zoekt het met zijn review van Tsead Bruinja's Bang voor de bal in meer noordelijke wateren. Dacht u eindelijk land te zien, maak dan uw borst maar nat want Liselotte Vandebussche voorziet Dirk Verhofstadts De derde feministische golf van constructieve kritiek. Saskia de Jong, onze nieuwe writer in residence, heeft voor

[pagina 4]
[p. 4]

literaire flessenpost gezorgd met haar ‘Inleiding’ en doet er twee gedichten bovenop - met uitzicht op het waterfront.

 

Met vier hoofdstukken uit het erg omvangrijke ‘gedicht in romanvorm’ N30 laten we u ten slotte kennismaken met het even absolute als tedere talent van wijlen Jeroen Mettes. Het ‘lange prozagedicht’ N30, genoemd naar de codenaam voor de protesten tegen de bijeenkomst van de Wereldhandelsorganisatie eind 1999 in Seattle, kwam tot stand in de periode 2000 tot 2005 en werd aangetroffen in zijn nalatenschap. In een e-mail gericht aan Samuel Vriezen gaf de schrijver een korte toelichting:

 

Je kent vast die romans in dichtvorm. Dit is vice versa. Mijn fantasie is een Rainbow Pocket die iemand koopt en thuis ontdekt dat het, dude!, poëzie is. (...) Ik ben begin 2000 beginnen schrijven met ‘new sentences’. Daarvoor schreef ik een soort lange gedichten als Pound / H.C. ten Berge in de Texaanse Elegieën. Maar dat vond ik te poëtisch. Voor dat moment. De ‘nieuwe zin’ leek me bijzonder geschikt om te schrijven met wat me aangereikt werd vanuit de wereld zoals ik die toen begreep. Als niet discursief, narratief, syllogistisch, etc., maar ook niet simpelweg fragmentarisch. Ik dacht dat de wereld eerder iets is waar je je IN bevindt, temidden van alles, en dat zinnen zoiets zijn als onzichtbare ledematen waarmee je je kunt voortbewegen. Ik heb altijd een poëzie van de wereld willen schrijven. Niet de wereld zoals alleen IK die beleef, maar zoals ik door de straat loop (wat niet de vorm van een anekdote is, maar een dynamische assemblage). En ook de wereld zoals die de straat mogelijk maakt (een socio-politieke wereld). Werken met wat in m'n handen viel, als een wapen of een stuk gereedschap.

 

Dan wuiven wij tot besluit met onze grote witte zakdoek naar Daniël Rovers die na zes vruchtbare jaren uit de redactie stapt en gedurende die tijd in niet geringe mate bijdroeg aan de groeiende stapel fanmail die ons prachtblad kreeg toegezonden. Auteurs waarover hij schreef, kwamen met liefdesverklaringen die wij veiligheidshalve voor hem verzwegen om hem als redacteur in onze gelederen te kunnen behouden. We zullen zijn inspirerende bijdragen als redacteur missen.

 

de redactie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken