Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten (1947)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten
Afbeelding van GedichtenToon afbeelding van titelpagina van Gedichten

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.30 MB)

Scans (3.11 MB)

ebook (3.01 MB)

XML (0.18 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten

(1947)–Bertus Aafjes–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 142]
[p. 142]

Ballade op Hollands water

 
Wie eenmaal in den vreemde was
 
En tot de reis gereed,
 
Hij weet hoe nooit de wond genas,
 
De wond, die Holland heet;
 
En zit hij 's avonds op een plein
 
Bij staf en ransel neer,
 
Dan staart hij in zijn beker wijn,
 
Dan ziet hij Holland weer.
 
 
 
Dan tuurt hij - door dien droom bezocht -
 
Achter een groene ruit,
 
Op een der grachten in de bocht
 
Van Hollands hoofdstad uit;
 
Hij nipt aan zijn jeneverglas
 
En zet het stil weerom:
 
De maan drijft in den waterplas
 
Als in een glazen kom.
 
 
 
Dan ziet hij plotseling de zee,
 
De kleine Zuiderzee;
 
De botter op den horizon
 
Verdwijnt van lieverlee;
 
De golven worden grauw als asch,
 
Het waterveld vergrijst:
 
Antiek gelijk een spiegelglas,
 
Dat niemand meer polijst.
 
 
 
Dan vriest het eensklaps dat het kraakt,
 
Op Frieslands helder meer;
 
De schaats, die nauw den ijsvloer raakt,
 
Grift een verwaaide veer;
 
De schaduw met den ronden rug
 
Ijlt langs het dorre riet
 
En van de ijsschol zingt terug
 
Een onverstaanbaar lied.
 
 
[pagina 143]
[p. 143]
 
En komt de lente in het land,
 
Dan fonkelt de rivier,
 
De visch springt naar den overkant
 
En zedig wuift het wier.
 
En nergens is natuur zoo frisch,
 
Waar twee verzameld zijn,
 
Als tusschen madelief en lisch
 
In Hollands springfontein!
 
 
 
Wie eenmaal in den vreemde was
 
En tot de reis gereed,
 
Hij weet hoe nooit de wond genas,
 
De wond, die Holland heet;
 
En zit hij 's avonds op een plein
 
Bij staf en ransel neer,
 
Dan staart hij in zijn beker wijn
 
En ziet zóó Holland weer.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken