Kleine gedichten voor kinderen
(1913)–Hieronymus van Alphen[p. 26] | |
| |
[p. 27] | |
Mij geeft men vleesch, en brood, en wijn,
En dikwijls lekkernij;
Maar, kan een beest zoo dankbaar zijn,
Wat wacht men niet van mij!
|
|
[p. 26] | |
| |
[p. 27] | |
Mij geeft men vleesch, en brood, en wijn,
En dikwijls lekkernij;
Maar, kan een beest zoo dankbaar zijn,
Wat wacht men niet van mij!
|
|