Diarium van Egbert Alting 1553-1594
(1964)–Egbertus Alting–<Vrijdach> den 1 Septembris 1553.Tuschen Jan van Cleve ende Houke, Jan Schomakers nagelaten weduwe, ansprekers, ende Bebynck Sickens vanwegen hoers swagers, verandtwoerdersche, gekant, so lange als van B. ende R. den koperslagers geen verscheyden plaetze uuthgewesen is, daer se hoer handtwerck doen moegen, sal Bebynck Sickkens swager dat voersz. ampt sijne jaermalen uuth in dat hues moegen doen. De Raedt mytter Swoerne Meente ende bouwmeesteren van den ghilden sijn overeenghekomen ende vordragen, dat Hermen Koperslager bynnen deser stadt mach een eghen hues kopen ende daerin sijn ampt ende hantwarck doen, angeseen men noch neet bevonden, dat den koperslagers voer deser tijt verscheyden plaetze uuthgewesen, daer se hoer handtwarck doen solden. Actum Donredages na Martini episcopi in den wynter ao. etc. 41Ga naar voetnoot1). Onderstondt: Ex libro sententiarum civitatis Groninge. Dyt sulve verzegelt voer recht gewest den 10 Augusti 1556Ga naar voetnoota). |
|