Diarium van Egbert Alting 1553-1594
(1964)–Egbertus Alting–Dinxsdach 14 Februarii 1570.Landtdach, daerup tot onderholdt ende leheninge der soldaten in den Omblanden nochmaels weder een halve jaertaxt, terstundt up to brengen, vorwilliget, daervan de egeners de eene ende de meyers dander helffte betalen sullen, doch sunder consequentie. Dam, Zijll, Farmssum, Oterdum etc. hebben supplicatien wegen hoere private onkosten overgegeven, om deselve van de gemene lande verguetset tho worden. Frans Pansser, so van den 25 novembris laestleden gevencklick gewest (omdat em een gevangen entlopen) is affgeslagen, up eenen borgen entledight tsijnde. De prelaten hebben sich beclaget, woe hoere zeendtrechten per reverendissimum oder desselffs gerichtsdieneren vorkortetGa naar voetnoot1). Nota, dat de Lande voergenomen, dat de van de Oldtampten hoer halve jaertaxt noch evenwall sullen upbrengen an handen Pieter Zijll, niettegenstaende Pieter van Statijn sampt sijne medesoldaten hoere besoldinge rede daervan entfangen, des dan an den heren coronell ende heer lieutenant geschoven. |
|