Vrijdach 12 Februarii 1574.
Sint de heren coronell als commissarys, sampt lieutenant, de raedtsheren, oeck rentmester Frijtema mit de heren 2 borgermesteren van der stadt ende der abt van Teetsinge ende prior van Scharmer mitten syndicus der Omlanden buten Steentillpoerte het verlaet gaen visiteren, doch is vermidts hoechte des waters int Dampsterdiep ende anders ditmael nichts decreteert geworden, anders dan dat men midler wijle solden moegen de straten na behoer repareren ende maecken.
Nota, dat de gantse Raedt voer den middage den heren coronell deser voersz. ende andere saecken halven begrueth, daer onder anderen up gesecht, woe sijn edele om tverlaet ende de vernijerong der wet principalyck gekomen ende up de appoictementen, so de heren gesanten overgesant, dat van de 9000 weynich troestes in Westerlant voerhanden, wust neet wat van Overissel sijn muchte, het ander leet sijn Str. oversetten.