Maendach 16 Julii 1576.
Derwijlende heren van den Jacopijnen besheer gheen axcijs nastendich ende de tijdt desselffs axcijssbedienaren van nu voertan weynich maenden wert duyren ende tvoersz. convent voerhen in der cijskamer vrij gewest, hefft men voer gueth angesehen, se oeck noch behoeren daermit als mendicanten onbelastet tsijnde.
Wij B. ende R. der stadt Groeningen doen kundt ende certificeren midts desen, dat wij ten versuecke van Cornelia Cinnema, nagelaten weduwe saligen Johannes Leo, hebben doen visiteren den regyster der naemen van de personen, soe anno 1569 l.l. durch bevell van Con. Mats. affgesante commissarys alhiir affpubliceert ende proclameert worden sint ende dat wij daer neet mede in noch onder bevonden en hebben de naemen edder thonaemen van bemelten Johannes Leo, noch desselffs gewesene huesfrouwe Cornelia voergen.