Diarium van Egbert Alting 1553-1594
(1964)–Egbertus Alting–
[pagina 390]
| |
Maendach 2 Septembris 1577.Bij den geswoeren ende borgeren mitten ghylden entsloten, na de gemeente tot et familiegeldt neet willen verstaen, dat dan nu de replycke, neets uuthbesundert, als voerhen de onreplycke ghoeder, neet den vijfften offte 2 parten van dien, dan den 10en penningk, na advenant sesse ten hundert gheven solden, dat is van 1000 gl. weerde 6 gl. eens ende soe voerts. Nota, dat oeck Don Jans brieff den vrunden samptlyck voergelesen. Landtdach upt raedthues, daer der commissarien tot collectatie van den vijfften penninck gedane rekenschafft approbeert, thodem een honorarium denselven accorderet. Oeck hebben de hoefftmannen den brieff van zijn alteze voerlesen laten. Vorder is bij Stadt ende Lande noch rekenschafft gefordert van 7 edder 8 jaren van allerleye extraordinaryse bijschattingen, bij enige van den Umblanden allene tijdtlicx geraempt, daerup dan enige disputatie ende altercatie gevallen ende tot meerder bijkumpst uuthgestelt. Nota, dat de Lande de stadts voerslach van de tylber goeder als voer affgeslagen ende bij dat verwillighde familiegeldt persisteert, doch is de saecke up eenen nijen landtdach uuthgestelt, als dytmael weynich int getall wesende. Hiirna volght der voersz. commissarien edder gedeputeerden gedane rekenschafft. Also bij Stadt und Omblanden believet ende verordent is, dat de weerdigen, edlen, erenvesten und erbaren herren Arnoldus Kenning, abt ter Munthe und administrator tho Grote Awert, Joachim Ubbena, hoeftman in der tijdt, Herman Sickinga, hoeffling, Derck Roeberts, raedtsvorwanter, Egbert Clandt, hoeffling, Joest van Cleve, raedtsvorwanter, als verordente commissarien tot entfang und uuthgave der penningen tot betalinge van den ses vennelen des regiments van den heern van Billi etc. rekenschap solden doen van oer entfang und uuthgave in presentie ende tegenwoerdicheyt van allen, die van Stadt und Omlanden daerbij begeerden te sijn, midts dat die affwesende mitter rekenschap, in bijwesent der presenten geschien, solden moeten tefreden sijn. Demnach is die rekenschap van voergen. heren commissarien gedaen und gesloten up den 25en dach Augusti 1577 und bij slot van rekeninge befunden bij ergenanten heren commissarien up interest tegens 12, 10, 8 und 6 ten 100 van wegen voersz. Stadt und Omlanden gelicht et und genomen te sijnde de summe van 106398 car. gl. 2 brab. st. 3 placken, van den vijfften der huyren uuth der stadt Groeningen, den Omlanden, Stadthamrichen, Ghorechten, Oldampten und Westerwoldinge gecollecteert 76553 car. gl. 5 st. br. 6 ½ placken, voerts van der gefangenen capiteinen gheldt, der burgeren schulden up den soldaten staende, mit tgene den soldaten van wegen der wapenen und 100en penningen affgetogen und van dem muntemester geleent, entfangen de summa van 14567 car. gl. 18 st. br. und tom laesten an klippen und verkoffte sulver entfangen 4139 gelijcke gulden 2 st. br., makende tgeheele voersz. entfanck in alles de summe van 201658 gulden als voersz. 9 st. ½ plack. Van welchere entfang (sunder den penningen van Drenthe) an den voersz. 6 vennelen van wegen voersz. Stadt und Omlanden pure uuthgegeven de summe van 185238 car. gl. 17 st. ½ plack. Voerts in allerleye uutgave und onkosten 2025 car. gulden 9 st. br. 1 placke. Und tom laesten an de penningen, up interest genomen, betaelt und affgeloesset 12735 car. gl. 16 br. st. 3 placken, makende de geheele uuthgave tosamen de summa van 200030 car. gl. und 3 st. Welcher uuthgave affgetogen van voersz. gantze summa des untfangs, befunden bij voersz. heren commissarien meer untfangen dan uuthgegeven te sijn de summa van 1628 car. gl. 6 br. st. | |
[pagina 391]
| |
½ plack und in resten te sijn 179 car. gl. 17 st. 4 placken, so den gedeputeerden van Drentlant tot vervullinge van oere penningen totten soldaten gelient sint, bet 136 car. gl. 12 st. 4 placken, so olde Johan Bruyns van het sulveren vergulden schraetGa naar voetnoot1) schuldich gebleven. Tegens welchere 1628 car. gl. 6 st. ½ plack mitten voersz. resten blifft over (so van wegen Stadt und Omlanden onder den voersz. heren commissarien obligatien upgenomen) unbetaelt van upgenomen penningen up interest de summe van 93732 car. gl. 6 st. br., van borgeren schulde den soldaten affgetogen 2008 car. gl. 18 st. 7 placken, bet van der burgeren und gefangenen sulverwarck 4589 car. gl. 4 st. br., makende tesamen 100330 car. gl. 8 br. st. 7 placken. Des is bij den heren commissarien van het entfangene sulverwarck noch verbleven 15 punt 20 1/4 loot. Aldus gerekent und gesloten up tijdt als boven binnen Groeningen up dem raedthuyse in tegenwoerdicheyt und bijwesent der edlen, erenvesten, erbaren und ersamen Gerhardi Ahues, abt tho Thesinge, Johan Thedema, Harman Clandt und Reynt Alberda, burgemesteren der stadt Groeningen, Edzardt Rengers, hoeffling, Dato Broersma, hoeffling, Gheerdt Krull, Evert Eeltz, Wolter Schatter und Fredrick Moysteen, raedtsvorwanten, Ghijsbert Arents, Harman van Covorden und Luloff Roeleffs, taelmans, und Tyado tho Nanssum wegen der Swoerne Meente, Tonnys Crabbe und Johan Möller, boumesteren der ghilden, Ballo Froma, Abel Eppens tho Wirdum, Albert Winckrode tho Holwierda, Johannis Lamberti tho Nijhove und Johan Cornellis to Lettebert, vullmachtigen. In oerkunde der waerheyt hebben wij ondergeschr. desen mit onse eigen handen ondergeteeckent up tijdt und plaetze bovengeschr. Und vermidtz die van den Omlanden bij tslot van gedane rekenschap weinich int getal gewest, sint up dem lantdach, den 3den Septembris 1577 up voersz. raedthuyse geholden, gecommittiert die erenveste und erbaren Fecko Ompteda, hoeffling, Eme Tammen van den Dam und Reneke Elama, um desen tegenwoerdigen in name und van wegen der absenten und presenten van den Omlanden mede te ondertekenen. Onder stondt.......Ga naar voetnoot2)). |
|