Diarium van Egbert Alting 1553-1594

Donderdach 15 Maii 1578.

Den nijen bussenschutten van Bremen de borgerschafft geschencket.

Pinxterdinxsdach 20 Maii 1578. B. Thedema loco R. Alberda.

Landtdach¹⁾, daerup de weinich anwesende mitten angeholdenen der Staten geproponeerde middelen van impoosten, tollen ende axcijsen upte koopmanschappen in den Omlanden (de de stadt hem overall neet tostaet) genoech geconsenteert, dan de stadt hebben alsulcke middelen umb erheefflycke angetogende rheden affgeslagen.

Entsloten, dat voer eerst de rottmesteren sullen alle weecke neffens het upgebrachte geldt mede scryfftlick overgheven de personen, de oer gesatte penningen up to brengen geweygert, des sullen de 4 stadtdienaren sodane cedelen der weygerende personen, van de vrunde totter collectatie verordnet, iider in sijn clufft entfangen ende de onbetaelde penningen stracx inforderen offte rede panden nemen ende deselve daetlick verkopen ende daerna de gesatte penningen brengen in der voersz. verordenten handen. Actum den 21 Maii 1578. Nota, dat dese penningen gekomen tot het rondeell buten Bottringepoerte.

Johan Claessen van dopsicht, dat de karen wal gevult ende tuuthdelen van de lootkens, togesecht 7 st. sdaegs.

Hinrick Muntinck voer dordinantie vant warck ende uptekeninge van de warckluyde 3 daler iider weecke.

Voer iider peert ende grote kaere, soe mannich voer soe mannich ende van iider voer upt bolwarck gebracht, een lootken entfangen.

1) Zie dossier G.A. voorl. nr. 1339.