Diarium van Egbert Alting 1553-1594

[p. 516]

Saterdach 29 Aprilis 1581.

De gesanten van Embden an Lieutenant ende Hoefftmannen, van sijne Gen. vrijbuteren de Emstroem to befriende ende restitutie tdoende, wes den hoeren ende anderen, geenen vianden zijnde, affgenomen. Respons: woe de Ma^t. wegen sijnen landen ende heerlickheyden also wal sich den Emsestroem anmetigede als der graeff edder stadt Embden; dat mede der onser affgenomenen goeder binnen Embden bracht ende upgeholden, dat derwegen wedertsijden de gebreecke gebetert, oeck verschaffet worde dat der viande schepe vandaer verdreven etc.¹⁾).

Vinckenborchs gewesene vendell bij sijn Gen. mit consent Stadt ende Lande affdanckt zijnde, is volgendts de affreeckeninge mitten hoptman van 11 geheele maenden gescheen, soedat de rest suyver gebleven^a).

1) Reg. Feith 1581 nr. 18 (Rijksarchief Gron.): Brief van graaf Edzard aan luitenant en hoofdmannen om zijn gezanten Johan Wilcken en Henricus Paulinus te ontvangen.

a) Het bedrag niet ingevuld.