Diarium van Egbert Alting 1553-1594
(1964)–Egbertus Alting–
[pagina 520]
| |
Donderdach 15 Junii 1581.Doldamsteren beclagen sich noch des mandaets. Ingesacht, se sich noch musten daerna reguleren. Men weren bedacht, wegen, wateren ende stegen tdoen repareren. Den barbieren beloeft, van stadt wegen tdoen betalen, wen se van den gewondeden soldaten neet contenteert werden. Adriaen Ripperda sampt Egrigh, drost van SallantGa naar voetnoot1), sijn den van Deventer ter handt voer een stucke geschutz borge bleven, dat in Wynsum mede eroevert. Datum 4 April 81 van 8 £ swaer. Sijn Gen. heft twe metalen ende een ijseren na Coverden gesent. Voerdragent om de demolitie van Wynsum, daer men een blawvinger ende een maelcontentenpoort upgericht, sampt wage ende anders, mede dusser stadts onderganck steedtz in gepractizeertGa naar voetnoot2). De borger hedden den 15 Novembris waernung van des vijants ankumpst gedaen; begeerden, noch wijder quaet voergekomen muchte worden; an sijn Ex. tversueckende. |
|