Diarium van Egbert Alting 1553-1594

Vrijdach 22 Junii 1582.

De samptlycke heren hebben nootsaeckelick verordnet, dat men den koe-

[p. 562]

ningks philipsdaler na desen dage sall entfangen ende uuthgeven ten prijse van 50 brab. st. tot 8 placken den st.

Up L. Huyngen supplicatie:

De heren B. ende R., oldt ende nije, sampt T., S.M. ende B. v. gh. hebben den suppliant Huynge up te presentatie, in desen vormeldet, geaccordeert den tijdt van twe maenden offte 8 weecken na datum van desen, omme daerentusschen sijn nootdrufft tegens de Leuwen ende anderen clagenden partijen in den besten to beforderen ende te verrechtfeerdigen ende daerna voert stracks sunder dilay weder in dusser stadt tho erschijnende, midlerwijle dennoch in der selven plicht als nu verblijvende bes eens erb. Raedtz ende geswoern goede discretie ende vordere ordinantie. Sal oeck den vijand van Con. Ma^t, ende deser stadt mit raedt noch daet neet vorderlyck noch bijstandich zijn...