Diarium van Egbert Alting 1553-1594
(1964)–Egbertus Alting–Saterdach 12 Januarii 1583.Soe der heer Verdugo schepen, om materialia van Wynssum ofte Dam tot reparatie der vesten tdoen haelen, per suos anvorderen laten, hefft men sulcks sijn Gestr. om diverse respecten neet moegen affslaen. Reliquen van huijsen ende bomen te demolieren ende uuthrhoden. Lieutenant wegen der heer Verdugo voergedragen, van de ratificatie der affrekeninge durch doctor Westendorp an sijn alteze ende bij den contador general mit prompt er erlegginge te versuecken, mit erbiedinge van promotorialen etc. Soe der Omlande verordenten selffherich besendinge to hove befurdert (neettegenstaende borgermester Ubbena ende syndicus an Con. Mat. selffs Stadt ende Lande saecken te remonstreren gesonden) ende der expensen halven consent van B. ende R. begeert, is tselve in bedencken stelt ende ingesacht, se doen muchten, als se het verstonden ende hebben daerna doctor Johan Roerda an sijn alteze ende Billy mit commissie affgefeerdight ende want daerna oeck doctor WestendorpGa naar voetnoot1) darwerts werde reysen, hebben Lieutenant ende Hoefftmannen sampt B. ende R. denselven oeck, om Stadt ende Lande saecken bij sijne alteze to beforderen, special commissie ende bevel gegeven, boven ende beneffen het scrijven ende breven, so bij Lieutenant ende Hoefftmannen als durch B. ende R. an sijne alteze insunderheit affgesonden. |
|