Donderdach 8 Augusti 1585.
Den soldaten van Goutum affrekeninge togesacht bes an zijn starffdach.
Johan Lantmeters wedewe mach mit hoer boeck voertfaren, der dochter van Hayco Doinga oer requeste van den oss tegens het uhrwarck vorbeholden.
Johan van Gelder inweringe vergunt upt sulverwarck van mefrouwe van Moncheau (bij de raedsheer Baroltz berustende), sonder nochtans executie tdoende, voer dander credit oren zijn gehoert.
7, de in Peperstrate lossgeschoten (sodat ener dootgebleven), sint samptlick hen upten poorten verdeelt ende hengesett, bes se eenen schuldigen man onder hoer gemaket. Simile in Derck Lubberts sake.
Also der commissarys Vasques, om borgermester Schaffers hues in thebbende, gvster angeholden ende vermidts zijn erb. bij zijn alteze gereconciliert, nu om een ander thuyrende gesinnet, begerende te genietende, wes dan Melle Coenders huys (dat he, Vasques, idtz bewoent) sol moegen thuyre doen. Ingesacht, een Raedt becroende sich ditmael der confisquerden ghoeder neeth.