Diarium van Egbert Alting 1553-1594

Rottmestern in de 4 clufften 1588.

A 14 Ebbinge
	Hans Cock	1
	Johan Luchtemaker	3
	Johan Gayckens	5
	Derck van Wedde	7
	Hinrick Eenekens	9
	Hans Olthoen	11
	Berent van Hardenberg	13
	Evert Wantscheer	2
	Hermen Slachter	4
	Daniel Rolefs	6
	Berent Pottgeter	8
	Peter Janssen	10
	Lambert Moltmaker	12
	Gerryth Hoemaker	14
B 15 Oester, Gaddinge oft Gelckinge
	Hinrick Hopenbinder	1
	Johan Tijmens	3
	Hermen Bouwknecht	5
	Berent Schroer	7
	Johan Smydt Steenwijck	9
	Engelbert Froene	11
	Eppe Wantscher	13
	Leffert Wever	15
	Johan de Wilde	2
	Hinrick Aleffs	4
	Berent Popkens	6
	Hermen Grubbe	8
	Arent Backer	10
	Luythien in de Hose	12
	Hermen Baertscher	14
C 19 Der Ae
	S<alige> Koop Kannegeter	1
	Johan Schroer	3
	Tonnis Leyendecker	5
	Roleff Backer	7
	Lambert Storck	9
	Lubbert Schoemaker	11
	Geert Pottebacker	13
	Willem Smit	15
	Pauwel Slachter	17
	Albert van Norden	19
	Hinrick van Velthusen	2
	Berent Maler	4
	Willem Gardener	6
	Hinrick Schoemaker	8
	Bartolt Frewolt	10
	Hermen Ockens	12
	Jacob Hinricks	14
	Peter Jorys	16
	Julle Hakemaker	18
D 13 Bottringe
	Johan Hermens in de Pau <we>	1
	Wolter Jansen in Guldenstrate	3
	Jacob Hoemaker	5
	Abele Allens	7
	Hinrick Jurgens	9
	Tonnys Rempts	11
	Johan Joestes	13
	Reyner Goldensteen	2
	Johan van Reen	4
	Rolef Woerdinck, backer,	6
	Barelt Hopenbinder	8
	Willem Gerrytz	10
	Willem Proest	10

[p. 719]

	A	Hermen Backer, Hinrick Hovinck hoptman,
	B	Redmar Koeninck, Hinrick Pellenrock,
	C	Berent Maler, Simon Simens,
	D	Dominicus Tasschemaker, Gerrydt Jorys.
	Dese sullen uuth de S.M. mitten diener de penningen vergaderen.
C. Lib. 10 pag. 395	De iure fisci. Poenis fiscalibus creditores praeferri, titulus 7. Rem suam persequentibus poenae exactio postponitur^1).
	Summa 29 rotten, elck rott 11 mannen, noch 2 rott edelluden, facit 31 rotten ende 341 mannen^a).
a	Hans Kock 10 st., Hans Olthoen 20 st.
	Lambert Moltmaker 20 st., Gerrydt Hoemaker 10 st.
b	Hinrick Hopenbinder 1 daler, Arent Backer 1 daler,
	Engelbert Froene 1 daler.
c	Berent Maler 20 g. st., Lambert Storck 20 g. st.
d	Johan Hermens in de Pau <we> 1 daler, Reyner Goldenstein 20 g. st., Wolter Janssen 1 daler, Roleff Woerdinck, backer, 20 gr. st.,
	Barelt Hopenbinder 1 daler, Willem Gerryts 20 st.
	Nota, deze vorss. rotmestern sullen mede totter palissade contribueren, als vorsz.
	Finis der pronuntiaten van sententien 4 Martii 1588.

1) Titel 7 van het 10^e boek van het Corpus iuris civilis heeft blijkbaar betrekking op een niet nader aangeduide rechtszaak. Enigszins vreemd staat deze aantekening tussen de opgaven omtrent de rotten.

a) In margine staat: Der jonge gesellen vendel 1588.